337 Voor 1920 geeft dit alzoo een totaal van rond fr 228.80o.000. Rente voor de spaargelden. De Middencredietkas vergoedt voor de spaargelden eene rente, welke stijgt, naargelang de spaargelden voor langeren termijn worden vastgezet. Ook is de rente in de verschillende jaren gewijzigd. Volgend staatje geeft een overzicht van de rente, welke voor de verschillende soorten van beleggingen worden uitbetaald: Zooals wij boven gezegd hebben, worden voor de vaste belegingen ook stukken aan toonder uitgegeven. Volgens de Belgische Wet van den 30en Juli 1921 mogen in de toekomst geen stukken aan toonder uitgegeven worden, waarvan de coupons vrij van belasting zijn. Dientengevolge heeft voor deze stukken aan toonder de Middencredietkas de rente met 10 percent verhoogd, zoodat de opbrengst voor den rentetrekker nagenoeg dezelfde blijft. (Wordt vervolgd) Beleggingen, die onder zekere erstvoorwaarden vóór afloop opvor er- yan cjen termjjn kunnen are-spaar- terugbetaald worden gelden. voor 5 jaren voor 10 jaren Vaste beleggingen jaren jaren lOjar. vóór en in 1917 Jan.-l Sept. '18 Sep.-31 Dec. 18 1919 1920 1921 3 o/o 3 o/o 1 '/2 0/0 (l) 3 o/o (2) 3 0/0 (2) 3 0/0 (2) 3.6 o/o 3.6 o/o (2) °/o (2) 0/0 (2) 3.60 o/o 4 o/o 4 °/o (2) 4.5 0/0 (2) 4.5 0/0 (2) 3.750/0(2) 3.750/o(2) 4.5 0/0 (2) 4.5 (2) 50/0(2) 50/0(2) (1) Deze interest van ll/2°/0 gold slechts voor de spaargelden, welke van 1 September tot 31 Dec. werden ingebracht. Voor de reeds ingelegde spaargelden bleef een rente van 3°/o gehandhaafd. Vanaf 1 Jan. 1919 werd over alle spaargelden wederom 3 °/o vergoed. (2) De Middencredietkas betaalt de IO0/0 belasting op de rente.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1922 | | pagina 15