316 zegd, zoodra zijn Boerenleenbank niet meer voldoet aan art. 8. Wil hij dit risico niet loopen want opzegging van zijn voorschot met al de moeiten en kosten om elders geld te bekomen, kan zeer onaangenaam zijn wil hij dit risico niet loopen, dan getrooste hij zich de iets hoogere rente der Boerenhypotheekbank te betalen, waartegen» over het groote voordeel staat, dat hij nooit of nimmer bloot staat aan renteverhooging of opzeggingsgevaar. Verklaring van de Statuten der plaatselijkej Boerenleenbanken. Wie kan de leden eener Boerenleenbank aannemen en ontzetten. Art. 6. 1. Alleen het Bestuur heeft de macht om leden aan te nemen en te ontzetten. 2. De belanghebbende kan zich echter bin* nen veertien dagen van diens besluit beroet pen op den Raad van Toezicht, die het Bet stuur de aanneming kan bevelen, of de ontt zetting kan vernietigen. 3. Een lid van het Bestuur of van den Raad van Toezicht en de Kassier kunnen alleen door de Algemeene Vergadering uit het lidt maatschap der Boerenleenbank ontzet wort den. Wanneer iemand lid wenscht te worden van eene plaat» selijke Boerenleenbank, zoo heeft hij zich aan te melden bij het Bestuur, ofwel bij een der bestuursleden of bij den Kassier, die het verzoek aan het Bestuur kunnen overbrengen. De aanneming van een nieuw lid moet door het Be» stuur geschieden. Buiten het Bestuur is geen orgaan der Vereeniging, dus noch Raad van Toezicht, noch Alge» meene vergadering bevoegd, om een nieuw lid aan te ne» men.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1921 | | pagina 8