324 Wanneer eene aangesloten boerenleenbank een ere» diet vraagt bij deze Middencredietkas, moet zij voor iedere fr. 1000 crediet één aandeel nemen van fr. 100. Deze Middencredietkas had in: 1914 aandeelenkapitaal fr. 856.700 met fr. 8.567.000 aansprakelijkheid; 1920 aandeelenkapitaal fr. 1.724.800 met fr. 17.248.000 aansprakelijkheid; Enkel in den loop van het jaar 1920 waren 5.426 aam deelen genomen; de reden van dit hoog bedrag zullen wij later zien. Evenals in ons Land kunnen de boerenleenbanken, die geld behoeven ten bate harer leden dit opnemen bij de Middencredietkas. In 1914 was door de Middencredietkas aan de aanges sloten boerenleenbanken een crediet verstrekt van fr. 1.517.639. In oorlogstijd verminderde dit crediet ges leidelijk, wijl de boeren in den eersten tijd van den oor* log veel moesten verkoopen, wat zij niet meer konden inkoopen en later voor hunne producten goede prijzen maakten. Daardoor konden veel credieten bij de boerern leenbanken worden afgelost, en dit weerspiegelde zich in de credietopnamen bij de Middencredietkas. In 1915 daalden deze credietopnamen tot fr. 1.013.000 en in 1918 zelfs tot fr. 182.000. Maar het volgend jaar begon de hulpverleening aan de geteisterde en verwoeste streken, en steeg dit bedrag tot fr. 933.000, om in 1920 het hoogste tot dan toe verstrekte bedrag te bereiken van fr. 2.827.000. (Wordt vervolgd) Voor BIJGESCHREVEN rente is geen zegelrecht verschuldigd. Men teekene dus in het boekje zonder zegel. c

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1921 | | pagina 16