252 of landbouwfond, als hij er althans lid van kan worden. Zooals men dus ziet, kunnen alléén voorschotten ges geven worden „ter verbetering van het landbouwbet drijf," zoodat men aan de leden der boerenleenbanken geen voorschotten zou mogen verstrekken óm, bijvoor* beeld, mooie meubles aan te schaffen, pleizierreisjes te maken, enz. ook al zou de terugbetaling dier voorschots ten nog zoo goed gewaarborgd zijn. Zooals wij later zuls len zien, moet dan ook het doel, waarom een voorschot gevraagd wordt, aangegeven worden. Het geven van voorschotten aan de leden wordt op de eerste plaats genoemd, omdat juist hierdoor de leden het meest geholpen worden. Woekerwinsten maken, en de boeren geheel afhankelijk doen worden van koops lieden, en nog erger, van woekeraars, zijn thans geheel onbekende zaken op on?^e dorpen; maar vóór een vijf en twintig jaren was het anders; daar weten onze oudere boerenleenbanken van mee te spreken. Naast het geven van voorschotten wordt ook gespros ken van het „zekerheid stellen ten behoeve van derden". In den beginne dacht men aan de mogelijkheid, dat er boerenleenbanken konden zijn, dei niet over voldoende geldmiddelen zouden kunnen beschikken, zoodat leden van boerenleenbanken bij anderen (derden) zouden kuns nen geholpen worden als de boerenleenbank zekerheid stelde of borg bleef. Gelukkig is dit niet het geval ges weest, want de boerenleenbanken die in eigen spaarbank geen voldoende inlagen hadden om voorschotten te geven, hebben steeds van de Centrale Boerenleenbank de benoodigde gelden kunnen krijgen. Zoover ons bekend is, wordt van de bevoegdheid der boerenleenbank, om voor de leden zekerheid te stellen ten behoeve van derden dan ook zelden of nooit gebruik gemaakt, tenzij wanneer een lid meer dan 2/3 der ge= schatte waarde bij de Boerenbpotheekbank wenscht op te nemen. Als tweede doel wordt gesproken van „gelegenheid geven, om geld veilig te beleggen" met andere woorden, iedere boerenleenbank is een spaarbank die door hare geheele inrichting de hoogste waarborgen biedt van soli*

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1921 | | pagina 8