256 Immers, er wordt gewoonlijk slechts 50 percent van de laagst geschatte waarde der onroerende goederen ges geven. En deze waarde wordt geschat zoowel door de Boerenleenbank waar de goederen gelegen zijn, als door de schatters aangesteld door het Bestuur der Boeren* hypotheekbank. In enkele gevallen wordt 2/3 der geschatte waarde toe* gestaan, maar dan moet óf de boerenleenbank waars van de aanvrager lid is, voor het meerdere dan de helft borg blijven. Dan wordt er jaarlijksche aflossing bedongen zoodat de geleende som gemakkelijk en geleidelijk wordt terugs betaald. En eindelijk ontvangen de beheerders geen aandeel in de winst (zelfs geen bezoldiging) zoodat zij er absoluut niets aan hebben om door speculatie te trachten geld te verdienen, want zij zouden er persoonlijk toch nimmer voordeel uit trekken. Wij kunnen dan ook gerust zeggen dat er geen soliet dere belegging bestaat, dan de pandbrieven der Boerens hypotheekbank. Daarenboven wil de Boerenhypotheekbank ook zoo goedkoop mogelijk geld verschaffen aan de leden der boerenleenbanken en daarom kan zij onmogelijk de hooge provisies geven, die andere hypotheekbanken voor de plaatsing harer pandbrieven aanbieden. En juist die hooge provisies zijn het lokaas, waardoor zij vele agenten krijgen. En zeer vele hypotheekbanken zoeken die agenten onder de kassiers der boerenleens banken. Uitdrukkelijk is het echter aan de Kassiers der boeren* leenbanken verboden, om voor eigen rekening te trach* ten pandbrieven te plaatsen, want art. 28, 4o der statu* ten zegt: „Het beroep van Commissionair in effecten is onvereenigbaar met het ambt van kassier der Boeren leenbank." Een Kassier der boerenleenbank mag dus geen pand* brieven van gewone hypotheekbanken verkoopen en de provisie in den zak steken. Wel mag hij, als een lid der boerenleenbank een pand*

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1921 | | pagina 12