184 Het beroep van commissionair in effecten, en het voor eigen rekening uitoefenen van het Kassiers en bankiersbedrijf zijn overeenigbaar met het lid's maatschap van den Raad van Toezicht en van het Bestuur. Nu is het in den laatsten tijd meermalen voorgeko* men, dat leden van den Raad van Toezicht of van het Bestuur eener boerenleenbank benoemd werden tot be* stuurder of commissaris eener hypotheekbank, van eene Spaarkas of optraden als agent van de een of andere bankinstelling. En de vraag werd toen gesteld aan het Bestuur der Centrale Boerenleenbank, of deze betrekkingen even* eens vielen onder het verbod van bovengenoemd ar* tikel? Het Bestuur der Centrale Boerenleenbank heeft hier* op geantwoord dat het van meening was, dat al deze betrekkingen eveneens vielen onder de verbodsbepaling van art. 16., omdat dezelfde redenen hier aanwezig zijn, als welke geleid hebben tot het bovenvermelde verbod. Zou derhalve in de een of andere boerenleenbank zich zulk geval voordoen, dan zou het Bestuur of de Raad van toezicht dezer boerenleenbank zulk lid voor de keuze moeten stellen: of bedanken als lid van Be stuur of van Raad van Toezicht der boerenleenbank, of bedanken als bestuurslid, commissaris of agent eener hypotheekbank, spaarkas of andere financieele insteh ling. De vragenlijsten van het Centraal Bureau voor de statistiek te 's-Gravenhage. In de laatste dagen wordt ons van meer dan een zijde de vraag gesteld, of het noodzakelijk is, aan het verzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek om de toe» gezonden vragenlijst in te vullen, te voldoen. Zooals in den „Gdis" op bladzijde 103 is uiteengezet, achten wij het van zeer groot belang, dat het Centraal

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1921 | | pagina 8