136 de Centrale Bank van Eindhoven 469 de Centrale Bank van Utrecht 632 de Centrale Bank van Alkmaar 46 totaal 1147 Als men bedenkt, dat ons Lahd ongeveer 1120 ge* meenten telt, dan blijkt wel, welke verspreiding onze boerenleenbanken gevonden hebben. Het goede dat onze boerenleenbanken aan onze land; bouwende bevolking gebracht heeft is niet onder cijfers te brengen. Toch zijn ook hier cijfers welsprekend. Op den 31 December 1918 bedroeg het aantal voor schotten gegeven door de boerenleenbanken aangeslo; ten bij: de Centrale Bank te Eindhoven 17.615 de Centrale Bank te Utrecht 25.646 de Centrale Bank te Alkmaar totaal (minstens) 43.261 Dat wil dus zeggen dat meer dan veertig duizend land; en tuinbouwers bij hunne eigen banken voor; schotten hadden kunnen krijgen, tegen matige rente, met gemak van afbetaling en zonder van iemand af; hankelijk te worden. Vergelijk hiermede den toestand van voorheen; wie dien tijd heeft meegeleefd weet maar al te goed hoe moeilijk het was, vooral voor den kleinen nog zoo op; passenden landbouwer, om aan eenig crediet te komen; de rente was hoog, de voorwaarden bezwaarlijk, af; lossing met kleine bedragen onbekend en o, wee! als de landman in handen van woekeraars viel. Er wordt wel eens beweerd dat de boerenleenbanken niet veel meer zijn dan spaarbanken. Daarom is het wei belangrijk de sommen te zien, welke door de verschillende boerenleenbanken op het einde van 1918 aan leden als voorschotten waren ge; geven.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1921 | | pagina 4