54 heid van den Directeur gebruikt kon worden. Maar toen hij eenmaal zijn geheel denken en werken aan de Centrale Bank kon schenken, ging er van hem een bezieling uit, die zulke groeiende instelling niet enkel uiterlijk, maar vooral innerlijk aan kracht en invloed deed winnen. Het was een der schoonste karaktertrekken van den Directeur Berkvens, dat hij de Centrale Bank niet beschouwde als eene gewone bankzaak, maar als eene instelling, die bestemd was om zooveel mogelijk goed te doen. Daardoor leefde hij in nauwe zielsverwantschap met alle beheerders der Centrale Boerenleenbank en der plaatselijke Boeren leenbanken, die enkel uit het oogpunt van christelijke liefde de zorg en de leiding dezer instellingen van onderling hulp betoon op zich namen. Er heerschte steeds een geest van onderling vertrouwen tusschen Directeur en beheerders, een vertrouwen, dat nooit in al die lange jaren is geschokt ge worden. En uit dit onderlinge vertrouwen bloeide op, die oprechte waardeering en aangename verhouding, welke de vergaderingen zoowel van Bestuur en Raad van Toezicht der Centrale Bank als de algemeene vergaderingen dezer Centrale kenmerkten. Eenzelfde onderling vertrouwen en prettige verhouding heerschte er tusschen den Directeur en de ambtenaren der Centrale, van wie hij veel vorderde, maar voor wie hij ook alles overhad. De toewijding van den heer Berkvens aan zijne zaak was onbeperkt; met de meeste zorg werden alle vergaderingen van Bestuur en Raad van Toezicht voorbereid, en de be sluiten onmiddellijk uitgevoerd. Langdurige en moeilijke besprekingen en onderhandelingen en onophoudelijk heen en weer trekken telde hij niet, als het in het belang der Cen trale was. ledereen, ook de meest eenvoudige man, werd met voorkomendheid ontvangen, en zoo mogelijk, met raad en daad geholpen. En bij zijne drukke werkzaamheden had hij een onverstoorbaar goed humeur, dat kleur en leven bracht in welk gezelschap hij ook vertoefde. Toewijding zou echter niet voldoende geweest zijn, om eene zaak te beheeren, die grooter afmetingen heeft aange nomen dan in den aanvang de meest optimistische voor stander had durven voorspellen. Maar aan toewijding paarde Directeur Berkvens een helder doorzicht en een door blij vende studie en scherpe opmerkingsgave steeds vermeerderde

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1920 | | pagina 2