62 voor ons landbouwcredietwezen een ontzettende slag en een gevoelig verlies. Zal er ooit iemand gevonden kunnen worden met zijn kennis, met zijn talenten, met zijn werkkracht en energie, met zijn helderzienden blik en financiëele en commerciëele routine en vaardigheid? Zal iemand zijn plaats kunnen innemen, die he,m evenaart aan liefde en offervaardigheid voor den boerenstand, aan gehechtheid aan onze organisatie, aan degelijkheid in zijn opvattingen en hulpvaardigheid in het bijzonder van den zwakkeren boer? Wij wagen het haast dit te betwijfelen, en toch hopen en vertrouwen wij dat de Heer, Die ons thans zoo beproefd heeft, ook den balsem zal weten te geven om deze diepe wonden te genezen. Wij hopen dat Hij, Die alle goede werken beloont, ook onzen vriend Jan Berkvens de kroon reeds gegeven zal hebben voor het vele goede, dat hij als directeur van de Centrale Bank, als medewerker van onze organisatie, en als degelijk en voorbeeldig huisvader van een talrijk en groot gezin gedaan heeft. Wij en onze geheele N. C. B. willen aan zijn diepbe droefde echtgenoote en weenende kinderen, aan het zwaar getroffen bestuur der Centrale Bank en aan alle leenbanken van Eindhoven's Centrale onze innig gevoelde deelneming betuigen met het smartelijk verlies, dat zij allen geleden hebben. De Heer moge zijn ziel bij Zich hebben opgenomen in het Paradijs en de overiedede moge thans bij Hem een voorspraak voor ons zijn. Jan Berkvens ruste in vrede tot wij allen hem wederzien op den dag der opstanding. De Heer heeft gegeven, de Heer heeft genomen, Zijn wil zij gezegend. Deze vrome gedachte zal zijne dierbaren en ons allen slechts kunnen troosten. Dr. KUSTERS. In een volgend nummer van dit Weekblad wijdde de Redacteur, de heer Wintermans, Lid der Tweede Kamer nog een diepgevoeld artikel aan den trouwen vriend van den Boerenbond. LAND EN VEE, Orgaan van den Limb. Landbouwbond Wat een slag! Zoo in eens, in de volle kracht van zijn leven, is de sympathieke beheerder van het katholieke land-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1920 | | pagina 10