9 VERLIES- EN WINSTREKENING OVER 1919 VAN DE COÖPERATIEVE CENTRALE BOERENLEENBANK. De aangesloten boerenleenbanken zullen met genoegen vernemen, dat de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank over 1919 een gunstig jaar te boeken heeft. Wel moest er weerom een groot bedrag afgeschreven worden op het Effectenfonds, voornamelijk ten gevolge van de daling der Nederlandsche fondsen, maar toch kon er eene winst gemaakt worden van ruim f. 65.000. Wij laten hier de Verlies- en Winstrekening over 1919 in haar geheel volgen BATEN. 1. Renterekening 2. Provisierekening 3. Restitutie O.W. 1916 4. Safehuur 5. Boete Algemeene Vergadering f. 850.126.53 22.607.20 9.270.— 200.— 157.50 f. 882.361.23 LASTEN. 6. Onkostenrekening 7. Koersverlies op Effecten 8. Bijdrage Pensioenfonds 9. Safehuur 10. Reserve Gebouwen 11. Afschrijving Meubilair 12. Winst f. 113.354.31 698.239.44 2.933.69 40.- 1 600.— 1.000.— 65.193.79 f. 882.361.23 Uit bovenstaande cijfers ziet men dat van de betaalde oorlogswinst-belasting (zie n°3) eene restitutie van f. 9.270 heeft plaats gehad. Het koersverlies op effecten, ten bedrage van f. 698.239.44 (zie n° 7) drukt natuurlijk het winstcijfer. Indien de effecten in de laatste jaren niet zoozeer gedaald waren, vooral door de uitgifte van stukken, die hoogere rente geven, zoude de Centrale Boerenleenbank een flink Reservefonds bezitten.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1920 | | pagina 9