15
thans zeer ongunstig, omdat juist op dit punt tegenwoordig
sterke verdeeldheid bestaat.
Het beroep op de omstandigheid, dat de Duitsche land-
bouwvereenigingen ook credieten verleenen, aan niet-Iand-
bouwers doet hiertegen niets af: omdat, wat door de Duitsche
Landbouwvereenigingen thans zonder gevaar kan gedaan
worden, niet zonder gevaar is voor onze Bóeren-Leenbanken.
Men mag hierbij toch niet vergeten, dat de Duitsche Land
bouwvereenigingen ook niet in eens, zooals thans het geval
is, hare taak en haren werkkring zoo omvangrijk hebben
opgevat: een halve eeuw is daarvoor noodig geweest.
Daarentegen is het bestaan onzer Banken nog jeugdig, zij
moeten nog merkelijk in financieele kracht vooruitgaan, en
niet alle hare besturen hebben reeds volkomen bedrevenheid
in zaken en in de praktijk van het Raiffeischen-stelsel, gelijk
ons uit sommige inspectie- rapporten gebleken is. Om al
deze redenen meenen wij, dat: „uitsluiting van niet-land-
bouwers bij onze locale leenbanken gebiedend gevorderd
wordt," gelijk zulks in overeenstemming is met de thans
vigeerende statuten.
De vraag echter of landbouwers, die bij hun boerenbedrijf
nog een ander bedrijf uitoefenen, als winkelier, neringdoende,
handelaar, ambachtsman, enz. tot de locale Banken moeten
worden toegelaten, meent uwe Commissie aldus te moeten
beantwoorden
Met het oog op de toegezegde aanstaande oprichting van
Hanzebanken, en bij de overweging, dat er bezwaar kan
gelegen zijn in de deelneming van een Landbouwer- nering
doende in twee banken, n.1. voor zijn boerenbedrijf bij de
locale boerenleenbank en voor zijn nering of handel bij de
Hanze, is de conclusie Uwer commissie aldus:
In plaatsen, waar Hanzebanken, die voor Landbouwers-
i neringdoenden toegankelijk zijn, gevestigd zijn, moet aan
zulke landbouwers-neringdoenden het gebruik der locale ban
ken worden ontzegd, en moeten deze personen naar de Hanze
banken worden verwezen.
In plaatsen echter, waar geen Hanze-banken gevestigd zijn,
kunnen deze landbouwers-neringdoenden voor zuiver Land-
bouw-doeleinden, dit is voor belangen, die het boerenbedrijf
betreffen en bij aanvrage der gelden moeten worden aange
geven, door de locale banken geholpen worden, mits zij
landbouwers als borgen kunnen stellen.