Het is voor Rabobank zeer belangrijk dat de coöperatieve cultuur stevig wordt verankerd in de organisatie, zeker ook op het lokale commissarissenniveau die te maken hebben met de eerder genoemde drie kerntaken. Het idee is om apart van deze bijeenkomst een vergadering te houden over de stukken van de regionale en centrale kring. Een vergadering dus waarin de zeggenschap in de organisatie centraal staat en de commissaris een verbindende rol heeft, evenals overigens de directeur-bestuurder. Dit is nog een bijzonder aspect - directieleden en commissarissen vergaderen samen over de kringstukken om gezamenlijk namens hun bank inbreng te leveren. De Commissie Evaluatie Bestuursmodellen vindt het overigens belangrijk om deze vergadering gescheiden te houden van de 'normale' samenkomst van de raad van commissarissen - het in stand houden van de coöperatieve gedachte (waarbij leden en klanten en de duurzame relatie ermee centraal blijven staan). Bedoeling is dat per 1 januari 2012 alle lokale banken op het Rabomodel zijn overgestapt. De afgelopen jaren heeft Rabobank veel nieuw talent en expertise weten aan te trekken. Zowel medewerkers als commissarissen. De belangstelling voor een commissariaat bij Rabobank is verrassend groot. Nu elke lokale bank zo'n 15.000 tot 20.000 leden heeft, is het mogelijk om uit het eigen ledenbestand voldoende deskundige en betrokken toezichthouders te selecteren. Dat is en blijft een proces van omdat uit de praktijk blijkt dat te veel commissarissen nog te weinig tijd besteden aan hun verbindende taak. Te vaak nog is het alleen de voorzitter van de raad van commissarissen, of een ander lid van de raad, die naar de kringvergaderingen gaat en- zich in de stukken heeft verdiept. Met deze nieuwe vergadering moet de verbindende rol sterker worden. Coöperatieve attitude Lange tijd woedde er binnen Rabobank een turbulente discussie over de coöperatieve identiteit en welk bestuursmodel daar het best bij past. Zelfs de optie om naar de beurs te gaan, kwam in deze discussie naar voren. Uiteindelijk, in 1998, werd fundamenteel herbevestigd dat Rabobank een coöperatie was, is en vooral moest blijven. En vanaf dat moment werd er gewerkt met het partnershipmodel en, na een evaluatie in 2004, ook met het directiemodel. Beide gaan nu in elkaar op, als het Rabomodel - dat zowel garant staat voor slagvaardig opereren (in een bancaire wereld die dit meer dan ooit vereist) als voor de lokale bank. Rabobank Nederland speelt hierin alleen een adviserende rol, bijvoorbeeld met behulp van profielschetsen en taakomschrijvingen, een vorm van kwaliteitsbewaking - immers, wat er lokaal gebeurt, heeft effect op de totale Rabo-organisatie. Per slot van rekening wordt lokaal en nationaal (en internationaal) hetzelfde merk gevoerd. Over het algemeen, zo wordt breed ervaren, is de Rabobank- commissaris vakinhoudelijk en professioneel van hoog niveau. Daar staat tegenover dat de groep die de coöperatieve attitude van huis uit mee had een stuk kleiner is geworden. Het is dan ook de taak van het directoraat Coöperatie en Duurzaamheid van Rabobank Nederland om veel energie te steken in het uitleggen en kennis bijbrengen aan de commissarissen over de coöperatieve manier van werken. Het is voor Rabobank zeer belangrijk dat deze cultuur stevig wordt verankerd in de organisatie, zeker ook op het lokale commissarissenniveau. Vandaar ook dat het nieuwe commissarissen-curriculum steviger wordt neergezet dan tot nu toe het geval is geweest. 12 BANK IN BEWEGING

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Bank in Beweging' | 2011 | | pagina 12