op het hyper-individualisme
4 nIkl
dialoog
Een gesprek tussen Maaike van Breugel,
lid van de raad van commissarissen
van Rabobank Dommelstreek, en
cultuursocioloog dr.Carl Rohde.
Ook aan tafel: Wilbert van den Bosch
van het directoraat Coöperatie en Bestuur.
Over jongeren, allochtonen en Rabobank
als coöperatie.
N-:rt
ij
É^nïii
nm
-
i
1
l'4 -s\
R i
■-
Carl Rohde: "Jullie willen als Rabobank graag jongeren
aanspreken op het thema coöperatie. Dat is een lastige,
want daar hebben ze niet bij voorbaat wat mee. Je zult het
heel goed moeten brengen. Het enige voordeel dat je hebt
is dat ze jou als coöperatie net wat sympathieker zullen
vinden dan een beursgenoteerde bank."
Maaike van Breugel: "Ik heb het idee dat je allochtonen
wat dat betreft anders moet aanspreken dan autochtonen."
CR: "Absoluut. Voor autochtone Nederlanders is
coöperatie een sympathiek begrip. Men heeft het wel
gehad met het hyper-individualisme en de excessen
daarvan. Wat dat betreft zou Rabobank zich die term
krachtiger moeten toe-eigenen. Maar allochtonen
associëren een coöperatie van huis uit met bittere
armoede, en daar zijn ze nou net aan ontsnapt door
naar Nederland te komen. Overigens geldt dit niet voor
alle allochtonen, maar je moet hier wel extra zorgvuldig
communiceren waarom een coöperatie nu juist positief is."
MvB: "Als allochtone jongeren bij het woord 'coöperatie'
aan armoede denken, is het dan niet zinvol om in de
communicatie een relatie te leggen met wat Rabobank
in het buitenland doet, bijvoorbeeld de activiteiten
van Rabo Development en Rabobank Foundation in
ontwikkelingslanden?"
CR: "Ik ben bang dat het als een zwaktebod overkomt
om daar op in te haken. Maak liever duidelijk dat je niet
vanuit zwakte voor een coöperatie kiest, maar vanuit
BANK IN BEWEGING 27