Hans van der Linden:
"DEEFFECTIVITEIT VAN EEN
LASTIGE BOODSCHAP WORDT
NIET ALLEEN BEPAALD
DOOR DE INHOUD EN DE
KWALITEIT, MAAR OOK DOOR
DE ACCEPTATIE ERVAN"
wat ik heb geleerd
'Vaandeldragers
zijn altijd nodig'
Rabobank niet is begonnen aan investeringen waar we misschien
heel veel mee hadden kunnen verdienen. We zijn zo geworden door
klein te volgen als klein groter wordt. We zijn pas in het buitenland
begonnen toen we klanten kregen die ook in het buitenland bediend
wilden worden."
"De Rabobank is een organisatie die altijd een uitstekend
risicomanagement heeft gevoerd. In de jaren tachtig hebben
we de bedrijfsanalyse ingevoerd, dat was aanvankelijk vooral
cijferbeoordeling. En wat toen nog erg vaak speelde was de
redenering: 'Jan is de broer van Piet, dus Piet zal er wel goed
voor zijn als het mis gaat met dat krediet van Jan'. Die financiële
beoordeling is heel belangrijk, maar veel belangrijker is dat je door
de cijfers heen in het bedrijf van de onderneming kunt kijken en
gevoel hebt voor de wereld achter de cijfers. Onze kredietadviseurs
kunnen dat. Die weten dat als het aantal grootgebrachte biggen per
zeug achttien is, je met een slechte boer te maken hebt. Vijfentwintig
biggen, dat gaat er op lijken. Bankdirecteuren uit de jaren zeventig,
dat waren halve boeren. Om waar te kunnen maken dat je lang
achter je klant blijft staan, moetje heel zorgvuldig je intake doen.
Daar is Rabobank nog steeds heel goed in."
"Wat ik in die 35 jaar heb geleerd: blijf dichtbij je klanten en
de omgeving waar je vandaan komt. Wij zijn een bank van
mensen vóór mensen. Dus: droom van de bakker, de slager en de
groenteboer, maar lig er niet wakker van, en duik niet weg achter een
boom als je een klant tegenkomt in het dorp."
"Belangrijk is dienstbaarheid aan de organisatie, niks protserigheid
of dat soort gedoe, dat hoort niet bij ons. Ik sprak daar ooit over met
Bert Mertens [directeur Coöperatie en Bestuur], Die had het met
mij over oefeningen van nederigheid, in figuurlijke zin. 'Blaas jezelf
niet te veel op', zei Bert altijd. Niet overreageren. Dat heb ik in mijn
carrière altijd geprobeerd toe te passen."
"Ik zal nooit vergeten: twintig jaar geleden zat ik bij de
accountantsdienst, als hoofd van de Kredietinspectie. Er was een
zeer kritisch rapport verschenen over de kredietverlening van een
lokale bank. Dat werd dus geen gemakkelijke slotbespreking. Het
was een mooie lenteavond, de zon kwam nog door de ruiten naar
binnen en we hielden de bespreking met de voorzitter van het
bestuur van die bank. Een echte agrariër: gegroefd gezicht, handen
als kolenschoppen. Die opende het gesprek met het Onze Vader
en een Weesgegroet. Het is uiteindelijk met die bank allemaal
goed gekomen, maar die avond leerde ik dat de weg van A naar B
bijna nooit een rechte lijn is. En dat de effectiviteit van een lastige
boodschap die je brengt niet alleen wordt bepaald door de inhoud
en de kwaliteit, maar ook door de acceptatie ervan. Zo'n sfeerbeeld
raakt mij nog steeds. Dat geeft in essentie aan waar het om gaat:
empathie. Als je je niet weet in te leven in de mensen, dan maak je
brokken. Dit soort mensen op mijn pad zijn lichtende voorbeelden,
die echt in de voetsporen van Friedrich Raiffeisen en pater Van den
Eisen zijn getreden."
BANK IN BEWEGING 33