Kunstwerk creëert prettige omgeving voor medewerker en klant 9 Drieduizend werken Proefproject Prettige omgeving Eén-procents-regeling Lijn in collectie Amsterdamse Limburgers Een brug slaan De Rabobank verzamelt kunst. 'We willen daarmee de werkomgeving ver levendigende zit ook op een prettige stoel en niet op een krukje. En een klant komt liever in een aangeklede bankhal dan in een kale ruimte', verklaart kunsthistorica en hoofd Kunstzaken Marieke van Schijndel.'Kunst heeft een toegevoegde waarde voor een bedrijf. Je gunt je medewerkers en klanten een prettige omgeving.' de Kunstcommissie en de afdeling Kunst zaken. Van Schijndel: 'Wij beperken ons tot Nederlandse kunstenaars en hebben nu zo'n drieduizend werken, die samen een grote waarde vertegenwoordigen. Dat is ook de kracht van de kunst. Als je kunst koopt, dan kun je verantwoorden wat je met het geld hebt gedaan, want het staat of hangt ergens. En het behoudt meestal zijn waarde. Je kunt ook een poster op hangen, maar die moet je na een paar jaar weggooien. De Rabobank ziet kunst niet als belegging, maar dat aspect is wel mooi meegenomen.' De plaatselijke banken voeren wat kunst betreft hun eigen beleid. Maar Kunstzaken zag ook daar een ondersteu nende rol. Van Schijndel: 'Vorig jaar heb ben we een proefproject in Baarle-Nassau gedaan om te kijken of we die advisering aan plaatselijke banken moesten gaan doen. Dat is positief uitgepakt. Het bank gebouw is vernieuwd en als eigentijdse bank wilde men een hedendaags beeld. Kunstenaar Huib Fens uit Tilburg maakte in opdracht van de bank het beeld 'De Cycloop'. En samen met de bank wordt gewerkt aan het aanleggen van een eigen kunstcollectie met werken van belangrijke kunstenaars uit de regio.' 'Een bank die bewust met kunst bezig wil zijn kan bij ons terecht', meldt Van Schijndel. 'Ik wil proberen de banken be wuster te maken van wat kunst kan bete kenen. Wat wil je als bank uitstralen? Je zet een modern, professioneel gebouw neer en hangt dan landschapjes op van een plaatselijke amateur. Dat is niet logisch. Denk er eens over na wat voor gezicht je als bank wilt laten zien. Wat wil je wél uit stralen. Dat verschilt per bank. Natuurlijk staat kwaliteit voorop. Alleen werk kiezen van kunstenaars uit de eigen plaats is vaak te beperkt. Uit de eigen regio lukt vaak Van Schijndel: 'Wij prefereren actuele kunst waaruit een onverwachte kijk op de dingen spreekt.' 'Maar er is meer', aldus Van Schijndel. 'De Rabobank is een Nederlands bedrijf dat zich betrokken voelt bij de samenle ving. Naast economische en maatschappe lijke ontwikkelingen willen we ook cultu rele ontwikkelingen stimuleren. Wat de kunst betreft, varieert dat van kerstkaar ten tot kunst in de kantoren en van de kunstagenda tot kunstsponsoring. Kunst kan je imago als eigentijds bedrijf ver sterken.' Elf jaar geleden viel de Beeldende Kun stenaars Regeling BKR weg. Met die rege ling kocht de overheid kunst aan. De BKR is min of meer overgenomen door bedrij ven. Die kopen werken aan om kunste naars te stimuleren in hun ontwikkeling én om zelf tot een collectie te komen. In 1984, het jaar dat de BKR-regeling werd afgeschaft, werd in Utrecht het nieuwe ge bouw van Rabobank Nederland neergezet. Net als bij de overheid werd 1 procent van de bouwsom aan kunst besteed. De inrich ting van het nieuwe kantoor met kunst vormde aanleiding voor het oprichten van wel. Ziet een klant in de bankhal een werk van iemand uit de buurt, dan doet dat iets. Dan praat je weer over de bank die mid den in de gemeenschap staat.' Van Schijndel is bezig het kunstbeleid van de organisatie op papier te zetten. Welk verhaal zit er in onze collectie? Voor dat Kunstzaken bestond, werden ook al werken gekocht. Rijp en groen door el kaar. Als er iets nodig was ging iemand met de portemonnee op stap en kocht wat hij zelf mooi vond. Van Schijndel: 'Je kunt zeggen dat de Rabobank een collectie ge abstraheerde kunst bezit, waar vaak een figuratieve ondertoon in zit. Kleurig werk, beweeglijk, vrij toegankelijk, energiek, vrij conventioneel ook. Er zijn bedrijven, die kans hebben gezien hun identiteit te ver binden met hun kunstcollectie. Door de buitenwereld worden ze als het ware her kend aan hun kunstcollectie. Je collectie moet logisch zijn en bij je uitstraling pas sen. Grote naakten in de bankhal kan dus niet. Dat is niet des Rabobanks. Een land schapje ook niet meer.' 'Onze kerncollectie bestaat uit Amster damse Limburgers', vertelt Van Schijndel. 'Dat zijn Limburgers die in de jaren vijftig naar Amsterdam zijn getrokken, als Jef Diederen, Lei Molin en Ger Lataster. Zij stonden altijd in de schaduw van Cobra. Nu wordt de collectie uitgebreid met het werk van jongere kunstenaars, die een ander deel van onze werkelijkheid laten zien. We zien - zeker binnen de bank - al tijd maar een stukje van de werkelijkheid, de alledaagse sleur. Daar komt de toe gevoegde waarde van kunst om de hoek kijken.' Van Schijndel: 'Wij hechten eraan dat mensen over dingen gaan nadenken of ge woon gestimuleerd worden in hun verbeel ding. Daarom geen realistische kunst. Er moet een brug worden geslagen tussen kunstenaar en toeschouwer. De kunste naar reikt iets aan, je kunt er zelf verder op door fantaseren. Dat is een geestelijke stimulans voor mensen. Ik verwacht niet dat iedereen voortaan huppelend door de bank gaat als er iets nieuws hangt, maar kunst speelt een belangrijke rol in de leef omgeving op een kantoor.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1995 | | pagina 9