Bruikbaarheidslab betrekt
gebruiker bij ontwikkeling
«omputerprogramma's
ESJSBjH
E2JJB3S5E3
3 Ontwikkelingen
RABOBAND NUMMER 18/19 SEPTEMBER 1994
Simpel te gebruiken computerprogramma's, die geen ergernis opwekken.
Dat is de doelstelling van de tests, die vanaf november gaan plaatsvinden
in het bruikbaarheidslaboratorium van Rabofacet in Zeist. Medewerkers
van plaatselijke banken en, in een later stadium, cliënten zullen actief
worden betrokken bij het testen van computertoepassingen. Hun mening
heeft invloed op het uiteindelijke resultaat.
>- Wanden zijn al geplaatst, plafonds en vloe
ren liggen nog open. Zo'n 100 vierkante me
ters in het computercentrum van Rabofacet
veranderen de komende weken in een bruik
baarheidslaboratorium. Wat gaat daar gebeu
ren? 'We zullen computertoepassingen testen
op bruikbaarheid. Dat gebeurt door mede
werkers van Rabobanken die er dagelijks mee
werken, zoals baliemedewerkers, relatiebe
heerders en medewerkers van de afdeling Be
drijfsvoering', licht Gerard van der Heiden,
projectleider van het bruikbaarheidslab, toe.
'De tests vinden aan het begin van de ontwik
keling plaats, zodat makers bij de bouw van
een toepassing meer dan nu rekening kunnen
houden met de gebruikers. Daarmee komen
we ook tegemoet aan de wensen van plaatse
lijke banken, die vinden dat de gebruiks
vriendelijkheid van door Rabobank Neder
land aangeboden computertoepassingen niet
altijd even optimaal is.'
Nu nog een kale ruimte, begin november
het bruikbaarheidslab van Rabofacet.
Een bruikbaarheidslab in de praktijk.
Vanuit de observatieruimte is te zien en
te horen wat er in de testruimte gebeurt.
Testen en observeren
Bij de opzet van het bruikbaarheidslab wordt
gebruik gemaakt van de ervaringen van be
drijven die al over zo'n laboratorium be
schikken, zoals de ING Bank. Het bruikbaar
heidslaboratorium van Rabofacet zal uit een
test- en een observatiegedeelte bestaan. De
testruimte wordt uitgerust met videocame
ra's. Wat zich daar afspeelt, is te zien en te ho
ren in de observatieruimte. Een observatie
team volgt het testproces. Dat team bestaat
uit een aantal leidinggevenden van afdelingen
die met de toepassing gaan werken, de op
drachtgever van de test en medewerkers van
het bruikbaarheidslab, die onder meer de ob
jectiviteit van de test bewaken.
Nabootsing praktijksituatie
Aan een bruikbaarheidstest zullen in het alge
meen vier gebruikers meedoen, die elk een
halve dag met de toepassing aan de slag gaan.
Van der Heiden vertelt dat tests bij andere
bruikbaarheidslaboratoria hebben uitgewezen
dat dit aantal ruim voldoende is. Tijdens de
test wordt de praktijksituatie zoveel mogelijk
nagebootst. 'De tester krijgt bijvoorbeeld tus
sendoor telefoontjes of er komt regelmatig
iemand binnen met een vraag', aldus Van der
Heiden. Na de test wordt de deelnemer ge
vraagd naar zijn ervaringen. Als de hele test
sessie achter de rug is, inventariseert het ob
servatieteam de knelpunten. De testresultaten
worden vastgelegd in een rapport, dat onder
alle betrokkenen wordt verspreid. Verder zet
ten de medewerkers van het bruikbaarheids
lab de belangrijkste videobeelden op een rijtje
voor de makers van de computertoepassing.
Bruikbaarheidstest voorkomt problemen
'Op dit moment worden plaatselijke banken
onvoldoende betrokken bij het testen van toe
passingen', vervolgt Van der Heiden. 'In een
acceptatietest bijvoorbeeld ligt het accent op
inhoudelijke aspecten, zoals de juiste werking
van de toepassing. En als produkten bij proef-
banken worden getest, ligt het accent meer op
technische zaken. Het grote voordeel van de
tests in het bruikbaarheidslaboratorium is, dat
de makers van een computertoepassing met
eigen ogen zien waar gebruikers op vastlopen.
In tegenstelling tot andere testmethoden ge
beurt dat in een vroeg stadium, aan het begin
van de ontwikkeling. We schatten dat we door
deze aanpak zo'n 80 procent van de gebruiks-
problemen kunnen voorkomen. Het beroep
op de helpdesk zal daardoor afnemen. We ver
wachten ook besparingen als gevolg van min
der omvangrijke handboeken en kortere of
minder cursussen.'
Opmerkingen hebben zin
Hoewel het bruikbaarheidslaboratorium van
Rabofacet nog niet klaar is, zijn de medewer
kers van het lab al met hun activiteiten ge
start. Vorige maand is de toepassing Infor
matie over Cliënten (IOC), een onderdeel van
Laura, in een extern bruikbaarheidslab getest
door plaatselijke banken. Joke van 't Hol, as
sistent-relatiebeheerder bij de Rabobank Lun-
teren, was één van de vier mensen die een hal
ve dag met het produkt werkte. 'Ik had nogal
wat opmerkingen en die heb ik ook doorge
geven. Dat heeft zin, omdat er nog dingen
kunnen worden veranderd. Als je een kant en
klaar systeem op de bank krijgt, geef je je com
mentaar niet zo gauw door aan Rabobank Ne
derland. Je hebt dan toch het idee dat aanpas
singen bijna niet meer mogelijk zijn.'
Kans op acceptatie groter
Carlo Kant, kantoormanager bij de Rabobank
Eindhoven, was bij de bruikbaarheidstest van
het IOC aanwezig als lid van het observatie
team. Hij woonde alle testsessies bij. Samen
met de andere gebruikersvertegenwoordiger
nam hij het commentaar van de vier testers en
hun eigen bevindingen onder de loep. Dat re
sulteerde in een aantal aanbevelingen aan de
makers van het IOC-systeem. Ook hij vindt
het prettig dat gebruikers in een vroeg stadi
um worden betrokken bij de ontwikkeling van
nieuwe computertoepassingen. 'Op deze ma
nier kun je grote gebruiksproblemen voorko
men. En doordat je plaatselijke banken meer
betrekt bij de ontwikkeling, wordt de kans ook
groter dat we in de toekomst allemaal met de
zelfde automatiseringsprodukten gaan wer
ken. Ik vond het heel plezierig dat de begelei
ders van de test zich kritisch en onafhankelijk
opstelden en ik hoop dat het ook zo zal gaan
in ons eigen bruikbaarheidslaboratorium.'
O Rabofacet Spectrum 030-904670