Bestuur is klankbord voor directeur ortret 13 Achtergrond RABOBAND NUMMER 17/5 SEPTEMBER 1994 Sicole Heutink: 'Lokale structuur Rabobank is prima constructie.' lubbele coöperatieve structuur. 9.000 - zijn lid van één van de i beurt zijn de banken lid van n een plaatselijke bank is in >zen uit de leden van die bank. in de Raad van Beheer van Ie orgaan bestuurt. Een lid van Nederland en een bestuurslid besturen bij de Rabobank. De bank Giessenlanden is een middelgro te bank met 35 medewerkers en 750 le den. Het driekoppige bestuur van de bank ver gadert één keer per maand. Zaken die aan de orde komen zijn onder meer het beleid van de bank, de begroting, rentetarieven en openings tijden. Ook wordt het bestuur op de hoogte ge houden van de verstrekte financieringen. Een afvaardiging van het bestuur woont de Kring vergaderingen bij. De bestuursleden worden telkens voor een periode van drie jaar gekozen. Waarom bent u lid geworden van het bestuur? 'Om een aantal redenen. Ik reken het tot ieders verantwoordelijkheid om binnen de gemeen schap waar je werkt een aantal maatschappelij ke taken te vervullen. Verder vind ik het be langrijk dat vrouwen vertegenwoordigd zijn in plaatselijke netwerken en verenigingen, zoals een Rabobank. Er komen immers steeds meer vrouwen op de arbeidsmarkt, ook als onder nemer. Wat mij aansprak in deze functie, was het besturen. Dat is iets waar je als dierenarts amper mee te maken hebt.' Wat vindt u van de Rabobank als coöperatie? 'Ik zou coöperatie vooral willen vertalen met samenwerking. Dat wordt als een nieuwe in vulling van het begrip coöperatie gepresen- Nicole Heutink (35) werkt als dierenarts én als vice-voorzitter van het Bestuur van de Rabobank Giessenlanden. Is één van de 46 vrouwelijke bestuursleden van plaatselijke banken. Bankiert sinds 1987 bij de Rabobank en kwam in 1991 in het bestuur. Was anderhalf jaar voorzitter en had zitting in de fusiecom missie, die het samengaan van de banken Giessenburg en Hoornaar per 1 januari begeleidde. teerd, maar volgens mij is het niet zo nieuw. In de praktijk is het heel gewoon dat Rabobanken samenwerken met en een onderdeel zijn van de gemeenschap. Via het bestuur en de raad van toezicht kan de gemeenschap invloed uitoefe nen op het beleid van de bank. Die band met de gemeenschap houd je in stand door een dicht vestigingennet en de autonomie van de plaatselijke bank. Maar tegelijkertijd zijn dat ook zwakke punten. Een groot aantal kantoren betekent een enorme kostenfactor en verschil len tussen Rabobanken kunnen onduidelijk overkomen naar vooral particuliere cliënten. Verder getuigt het zo goed en zo lang mogelijk begeleiden van cliënten ook van een coöpera tieve instelling, net als het streven naar scher pe tarieven voor financieringen. De toege voegde waarde van de Rabobank ten opzichte van andere banken is vooral de vertrouwens relatie met de klant, persoonlijke aandacht, kennis van de plaatselijke omstandigheden en van de bedrijfstakken.' Hoe kijkt u aan tegen de werkwijze van het bestuur? 'Ik zie het bestuur van een plaatselijke bank hoofdzakelijk als klankbord voor de directeur en het management. Daarom zijn, naast de vergaderingen, informele contacten, belang rijk. Het voorleggen van alle financieringsaan- vragen in het bestuur is in mijn visie niet no dig. Wij krijgen wel rapportages over het aan tal verstrekte financieringen en bespreken de risicoposten. Toen ik voorzitter werd, verga derde het bestuur samen met de raad van toe zicht. Dat vond ik niet verstandig, omdat het organen zijn met verschillende functies. Nu vergaderen we apart en één keer in het kwar taal samen. Doordat de besturen bij veel Rabobanken ook toezichthoudende taken hebben, denk ik dat we de rol van raden van toezicht opnieuw moeten invullen. Wellicht zouden ze zich wat meer kunnen richten op de ledenbetrokkenheid.' 'Normen en waarden toepassen in je werk vind ik vanzelfsprekend.' Hoe ziet u de coöperatieve overlegstructuren binnen de Rabobank? 'De lokale structuur van de Rabobank, met le den, bestuur en raad van toezicht, is op zich een prima constructie. Toch blijkt dat het met de ledenbetrokkenheid, als je die afmeet aan de op komst op de algemene ledenvergadering, vaak matig is gesteld. Wij willen bij de Rabobank Giessenlanden proberen de ledenvergadering aantrekkelijker te maken door bijvoorbeeld een spreker uit te nodigen, die een thema belicht waar de leden ook daadwerkelijk wat aan heb ben. Leden hebben volgens mij ook vaak het idee dat ze geen invloed kunnen uitoefenen op het beleid van de bank en komen daarom niet. Dat gevoel, geen invloed te hebben op het be leid, hebben bestuursleden van plaatselijke banken nogal eens ten aanzien van de Centra le Kringvergadering. In theorie zijn er vol doende mogelijkheden voor inspraak, onder andere via Kringvergaderingen, maar in de praktijk werkt dat niet altijd. Vaak voel je je overvallen door kant en klare voorstellen van Rabobank Nederland. Dat had ik bijvoorbeeld bij het nieuwe beleid voor de particulieren- markt. Terwijl het eigenlijk zo zou moeten zijn dat het beleid van onderaf wordt ontwikkeld.' Wat betekenen normen en waarden volgens u voor de Rabobank? 'Normen en waarden toepassen in je werk vind ik een vanzelfsprekende zaak. Je moet wel re alistisch blijven, want ook een coöperatieve bank is een bedrijf. En het uitspreken van een waarde-oordeel, over wat er volgens de bank wel en niet kan in een plaatselijke gemeenschap, is naar mijn mening gevaarlijk. Misschien zou den sommige leden zich naar de bank toe ook wat meer kunnen aantrekken van normen en waarden. Het is niet erg coöperatief als je een 'goedkope' financiering afsluit bij de Rabobank, terwijl je voor een paar tiende procent meer rente op je spaargeld naar een ander gaat.' Wat is uw kijk op de medewerkers van de Rabobank? 'Het bestuur stippelt het personeelsbeleid niet uit, maar praat er wel over mee. Ik vind het be langrijk dat je als bestuurslid op de hoogte bent van wat de medewerkers bezighoudt. Mijn per soonlijke visie is dat medewerkers niet alleen deskundig, maar ook sociaal vaardig en be hulpzaam moeten zijn. Mensen aan de basis zie ik vooral als breed inzetbaar, naar de top is er meer behoefte aan specialisten. Bij kleinere ban ken is de toenemende behoefte aan specialisa tie vaak niet te realiseren en kan een fusie een oplossing zijn. Daarom is de bank Giessenburg ook gefuseerd met de bank Hornaar.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1994 | | pagina 17