Delta wil relatiebeheer in stroomversnelling brengen 6 Achtergrond RABOBAND NUMMER 22/15 NOVEMBER 1993 Onafhankelijk van elkaar kwamen het Werkgebied Aangesloten Banken, het WAB, en adviesbureau McKinsey tot dezelfde conclusie. Er zit méér potentie in de bewerking van de particulierenmarkt - met name in de P/E-segmenten - en de bedrijvensector. Het WAB, vijf proefbanken en McKinsey bundelden de krachten. Zo ontstonden de contouren van een verkoopstimulatieprogramma dat de relatiebeheerder moet helpen bij de vergroting van de slagkracht. Het programma kreeg de naam 'Delta' en draait op dit moment bij de vijf onderzoeksbanken proef. Naar verwachting zal Delta voor relatiebeheer particulieren begin volgend jaar ver genoeg zijn ontwikkeld om in de praktijk te kunnen gaan werken. Delta voor relatiebeheer bedrijven volgt direct daarna. >- Wat is een rendabele klant en wat niet? Uit onderzoek bleek dat het in de P/-E-segmenten wemelt van de cliënten die maar één enkele dienst van de bank afnemen. Niet minder dan 14 procent van deze groep heeft alleen een be taalrekening. De Edab-projectgroep signa leerde braak liggend terrein aan de bovenkant van de particulierenmarkt, de P/E-segmen ten. Ook bij het relatiebeheer bedrijven wer den onbenutte kansen gesignaleerd. Om deze twee sectoren rendabeler te maken ontstond Delta. Projectleider van Delta particulieren is Henk de Vrind. Hij licht de achtergronden van Delta particulieren toe: 'Uit de bevindingen van het Edab- team bleek, dat het relatiebeheer binnen de banken beter kan wor den georganiseerd. 'Bovendien bleek dat de resultaten in de sec toren, waar we kunnen scoren - de P/E-segmenten en de bedrij- venmarkt dus - achterbleven. Verder werd geconstateerd dat de relatiebe heerder heel weinig tijd besteedt aan de actie ve benadering van de cliënt. Het percentage aan tijd bleef zo rond de 10 a 15 procent ste ken. Als wij daarover praatten met het ma nagement van een bank bleek, dat men niets liever zou willen dan een gestructureerde aan pak van het relatiebeheer. Maar hoe krijg je die reconstructie van de grond? Iedereen heeft het druk en de relatiebeheerder wordt geleefd door de klant. De klant wordt zo snel en vol ledig mogelijk geholpen en als hij klaar is staat er alweer een nieuwe te wachten. Er blijft wei- De Edab-projectgroep signaleert braak liggend terrein bij de P/E-segmenten. nig of geen tijd over voor het opzetten van structurele wijzigingen.' Eerst inzicht creëren De Vrind: 'Delta zet enerzijds een methode neer waarbij het mogelijk wordt de tijd beter de beheersen. Werken op afspraak, niet voor alles gelijk naar de balie gaan, is daarbij het doel. Anderzijds biedt het plan mogelijkhe den tot een stijlverandering. Daarmee bedoel ik, dat vanuit Delta wordt geadviseerd veel meer actief te gaan handelen. Een relatiebeheerder gaat met een van te voren ingevulde agen da werken en heeft door deze ac tieve opstelling tevens de moge lijkheid het gesprek voor te be reiden. Daardoor kan hij vooraf al een in schatting maken van de behoeften van de klant en hiervoor oplossingen inventariseren. Hij kan zo ook meer produkten afzetten. 'Voor met een dergelijke werkwijze kan wor den gestart, moet eerst inzicht worden ge creëerd', zegt De Vrind. 'Wie is die klant? Wat heeft hij nodig? Wat neemt hij af? Wat doet hij met de concurrent? Wat verdien ik aan die produkten? Dat soort gegevens zullen verza meld moeten worden om het nodige inzicht te krijgen. Aan Delta zit niets briljants. 'Het bevat de herkenbare stappen van een ver koopproces. Als je voldoende inzicht hebt, is het mogelijk dat te vertalen naar een plan. Dan is er een situatie ontstaan waarin keuzen ge maakt kunnen worden.' Rendabele Cliënten De Vrind: 'In de particulierenmarkt richt Del ta zich voornamelijk op de bovenkant van de markt. Uit onderzoek blijkt, dat de P/E-seg menten ongeveer een kwart van de Rabo- bankcliënten vertegenwoordigen. De P/E- cliënten zijn samen goed voor ongeveer drie kwart van de opbrengsten in de particulieren markt. Gemiddeld zijn P/E-cliënten dus veel rendabeler dan cliënten in het S- en B-seg- ment. Maar ook onder P/E-cliënten komen onrendabele diensten voor. Ongeveer een der de van de P/E-cliënten heeft een negatieve ren tabiliteit. Ook bij deze cliënten moet er dus geld bij. Per saldo houd je wel wat over, maar dat kan veel meer zijn. We hebben gezien dat ook in de P/E-segmenten de dienstenafname vaak gering is. Gemiddeld neemt een P/E-klant maar 2,61 dienst van ons af. Slechts 3 procent neemt 5 diensten af en niet minder dan 14 pro cent beperkt zich tot één enkele dienst: zij heb ben alleen een betaalrekening. Zo heeft iemand wel een grote voeding op de betaalrekening maar spaart niet, belegt niet, heeft geen verze keringen bij ons. Je mag bij zo'n cliënt toch nog veel potentieel verwachten en als de cliënt niet op dat idee komt, dan zal de relatiebeheerder zelf het initiatief moeten nemen.' Programma op de banken De Vrind: 'Er is een formulier ontwikkeld waarmee de relatiebeheerder de cliënt in beeld kan brengen. In die eerste fase van Delta gaat heel wat tijd zitten in het invullen van deze cliënt-informatieformulieren, dat realiseer ik me maar al te goed. Maar het is wel noodza kelijk om verder te kunnen. In fase twee wor den verkoopideeën gegenereerd en wordt ge zocht naar mogelijkheden om de relatie te ver diepen. Ook dat is een moeilijke exercitie. We beginnen met een workshop om het kennis niveau te verhogen. Heel vaak heeft een klant fiscale argumenten om een bepaald produkt van ons af te nemen. Tijdens de workshop ko men ook de moeilijkere bankdiensten aan de orde. Alle deelnemers beschikken aan het eind van de workshop over dezelfde basiskennis. Zo kan de bank als team de klanten in beeld brengen en als team zoeken naar verkoop- De Vrind: 'Uit de bevindingen van het Edab-team bleekdat het relatiebeheer binnen de banken beter kan worden georganiseerd.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1993 | | pagina 6