'Je hebt recht op regelmatige beoordeling' Rabo band 'Het zou het mooiste zijn, als de medewerker net zoveel kennis heeft van het beoordelings systeem als de manager. Dan wordt het echt iets wat ze sa men doen.' Aan het woord is Roy Hoyer van Personeelsmanage ment Ondersteuning. 'Bovendien zou de beoordeling als het ware doorlopend moeten plaatsvinden en niet alleen aan het eind van het jaar. Dan krijg je een veel be ter inzicht en bovendien kan steeds worden bijgestuurd.' De vier vragen bij beoordelen Nummer 19/4 oktober 1993 Bij 45 procent van de plaatselijke ban ken is vorig jaar gewerkt met een nieuw beoordelingsformulier. Nog eens 35 procent van de banken gaf aan er dit jaar mee te gaan werken. Bij Rabobank Nederland is er vorig jaar ook al ervaring mee op gedaan. Een groot deel van de ge bruikers, managers en medewerkers, bleek tevreden. 'Toch kan er nog heel wat worden verbeterd aan het werken met dit nieuwe for mulier', meent Hoyer. Nog eerder 'De voorbereiding voor het beoordelingsgesprek begint al op 1 januari', vindt Hoyer. 'Wil je goed kunnen beoordelen, dan moetje zogenaamde dynamische func tieprofielen maken. Dat is iets anders dan de traditionele functiebeschrijving. Die pro fielen geven, op basis van jaar- en activitei tenplannen, aan welke produkten en dien sten van een medewerker worden verwacht in een bepaalde functie. En ook welke ge- dragscritera daarbij horen en wat voor op leiding, ervaring en kennis nodig zijn. Daar moet ook de medewerker bij betrokken wor den.' Recht Een deel van het management van plaatselijke banken en alle managers van Rabobank Nederland hebben tijdens op leidingen waarin beoordelen aan de orde kwam, kennis kunnen maken met dynami sche functieprofielen. Hoyer: 'Maar wat ge beurt er? Na een maand zijn velen dit ver geten en wordt het niet gebruikt. Heel jam mer, want volgens mij kun je zonder die pro fielen helemaal niet beoordelen. Wat gebeurt er anders tijdens het jaarlijkse beoor delingsgesprek? Men buigt zich over het for mulier en denkt: O jé, wat is dat moeilijk. Je loopt dan het risico, dat de voorbereiding op het gesprek te gehaast gebeurt. De afspra ken en criteria waarmee wordt beoordeeld zijn dan niet goed overdacht. Hier ligt ook een taak voor de medewerker. Je hebt er recht op om op een goede manier te worden beoordeeld. Maak gebruik van dat recht!' Mentor Na het invullen, aan het eind van het jaar, blijft het proces doorlopen. Er moet voortgangscontrole zijn, de manager moet feedback geven en - heel belangrijk - de manager moet zich als een mentor op- ij Qi c 3 stellen. Dat is nogal wat anders dan af en toe vragen hoe het thuis is. Gaat het goed? 0, mooi, wegwezen. Dat was de ouderwet se chef. Nu moet er betrokkenheid zijn. In de workshops proberen we daar wat nadruk op te leggen. Personeelsmanagement houdt in: regelmatig bezig zijn met de medewerker om te komen tot optimale resultaten. De voort gangscontrole moet zo periodiek en frequent zijn, dat het jaarlijkse beoordelingsgesprek geen verrassingen meer oplevert. Tot nu toe deden we als het ware alleen de laatste stap, het gesprek. Nu moeten we aan de slag met het voortraject.' Tijdsbeslag 'Het is makkelijk om tijdens opleidingen te vertellen hoe het moet', er kent Hoyer, 'maar ik besef heel goed dat het voor de manager een groot tijdsbeslag bete kent. Die tijd moet er maar net zijn. Bij het starten van personeelsmanagement in de lijn zei een Hoofddirectielid: Je bent pas een ma nager als je 80 procent van je tijd besteedt aan je mensen. Dat is natuurlijk nog ver weg. Laten we voorlopig streven naar 40 procent, dan zouden we op de goede weg zijn.' Toekomst De toekomstverkenning, het laatste onderdeel van het formulier, wordt slechts beperkt gebruikt. Hoyer: 'Die toe komst is zo onzeker, zegt men soms. Daar ga ik niet over praten. Maar het hoort er juist nu bij. Ik besef, dat het een vervelende bijkom stigheid is, dat we nu in een krimpende ar beidsmarkt zitten. Toch moet iedereen in een vroegtijdig stadium kijken, wat een mogelijke volgende stap zou zijn als je werk zou weg vallen en je moet iets anders. Daar moet iedereen tegenwoordig op voorbereid zijn. Het kan ons allemaal gebeuren en als het je overvalt, heb je een probleem.' 'Beoordelen blijft de verantwoordelijkheid van beide partijen', besluit Hoyer. 'De me dewerker is een volwaardige gesprekspart ner, geen lijdend voorwerp. Manager, infor meer je medewerkers. Medewerkers, vraag erom bij je manager. Het zou ideaal zijn als beide partijen het hele jaar door aanteke ningen maken, met elkaar praten en op tijd bijsturen. Dat maakt het werk voor alle par tijen aantrekkelijker. Bovendien is dan het gesprek eind van het jaar zo klaar.' Voor managersdie meer willen weten over ver schillende aspecten van het beoordelen zijn er specifieke opleidingen en workshops. Meer in formatie bij de OPO- en P&O-adviseur Hoyer: 'Oefenen met je eigen managementteam betekent onderlinge steun bij het beoordelen. Welk kennis-, opleidings- en ervaringsniveau is voor het uitoefenen van de functie vereist? Er wordt een inventarisatie gemaakt en zo nodig afspraken over te volgen opleidingen of stages. Aan welke gedragscriteria moet de medewerker voldoen om de vereiste resultaten te bereiken? De vereiste gedragscriteria worden genoteerd en beoordeeld. Afspraken kunnen worden gemaakt over bijvoorbeeld vaardigheidstrainingen. Welke resultaten worden van de medewerker in de functie verwacht? De taakstelling wordt gemaakt op basis van activiteiten- en jaarplannen. Een en ander eenduidig, concreet, meetbaar, tijdgebonden en in overleg geformuleerd. Hoe wordt de toekomstige inzetbaarheid van de medewerker ingeschat? Dit kan zowel betrekking hebben op de huidige als op een andere functie, op korte of op langere termijn.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1993 | | pagina 5