W s- n r Rabo band Nummer 16/24 augustus 1992 bedrijf vroeg zich af of we ons verhaal ook in de praktijk zouden kunnen volhouden. Toen hebben we voorgesteld, dat hij een kijkje zou nemen in de keuken van een bestaande rela tie. Dat is de mooiste reclame die je kunt hebben. We hebben vooraf wel met de be staande relatie overlegd en je moet natuurlijk niet de mist ingaan met het bankgeheim.' Persoonlijke benadering Van Benten: 'De bank moet meer zijn dan een instituut. Het moet een persoon zijn, die alles afweet van buitenland.' De Ruiter ziet ook een pro bleem in die benadering: 'Als relatiebeheer der ben je niet in staat het volledige pakket van diensten optimaal te beheersen. Je be schikt wel over een stuk basiskennis, maar verder heb je specialistische ondersteuning nodig. Onze bank is niet groot genoeg om een specialist voor buitenlands betalings verkeer in huis te halen. Je krijgt dus een combinatie van functies of je moet iemand inhuren bij Rabobank Nederland.' Taak relatiebeheerder Van Benten: 'Ik denk niet, dat het op voorhand op sleeptouw nemen van je produktspecialist naar een be drijf effect heeft. Als er vragen worden ge steld die je niet kunt beantwoorden, dan hoefje daar niet van te schrikken. Je kunt ze gewoon meenemen naar de bank. Als rela tiebeheerder moetje vooral voeling hebben met het buitenlandgebeuren.' De Ruiter re ageert: 'Ja, maar de klant wil het liefst met Leon Brouns (35). Kwam bij de Rabobank Hel- riond in 1985. Werkzaam als hoofd Bedrijven en onderdirecteur. Helmond is een groeigemeente vet een uitgebreid industrieterrein. Internationaal leeft de bank vooral relaties uit het MKB en enkele oeursgenoteerde industriële bedrijven. Het balans- :otaal van de bank is f 550 miljoen. an van Benten (45). Sinds 1970 (senior)-relatie- eheerder bij de Rabobank Kop van Noord- lolland. Is afkomstig van de 'bloembollenbank' nna Paulowna-Breezand, die met Den Helder fu- eerde. Het balanstotaal is f 400 miljoen. Voor e buitenlandactiviteiten zorgt hoofdzakelijk de loembollensector. één persoon zakendoen. Het blijft organisa torisch een spanningsveld of dat een specia list of een generalist moet zijn.' Brouns con stateert: 'De tijden dat er één contactper soon was voor een bedrijf, liggen achter ons. Een klant moet niet voor elk aspect van ban kieren bij een andere persoon terechtko men, maar hij kan best voor een paar heel specifieke zaken naar een specialist.' Samenwerking De Ruiter is niet onte vreden over de samenwerking met Rabobank Nederland: 'Rabobank Nederland bezoekt sinds kort eigen potentiële grote relaties sa men met een plaatselijke bank, in wiens werkgebied ze zijn gevestigd. Dat is bij ons intussen al twee keer gebeurd. Er is dan de ingang met Rabobank Nederland en datje te kort schiet in bepaalde specialismen, is op die manier ook opgelost.' Vingerling vertelt dat de bank Zuidland ook niet aan samen werking ontkomt, zowel met Rabobank Ne derland als binnen de eigen bank. Concurrentie Na de fusie van ABN en Amro kregen de vier banken van bedrijven ver zoeken om te komen praten of om een offer te uit te brengen. De Ruiter heeft daar een verklaring voor: 'Door de fusie kost het ne men van beslissingen bij de ABN Amro meer tijd. Ook durft men voor een cliënt minder zijn nek uit te steken.' Vingerling en De Ruiter hebben gemerkt dat een goede persoonlijke relatie soms zwaarder kan wegen dan een la ger tarief bij de overweging om klant te wor den. 'Een directiewisseling kan een breek punt zijn', heeft De Ruiter ervaren. 'Een al ja renlang bestaand persoonlijk contact kan dan een rol spelen.' Van Benten belicht een ander aspect: 'Bij buitenlandse bedrijven kun je met zaken als de triple-A status scoren.' Buitenlandse kantoren 'In Zuidland hebben we goede ervaringen opgedaan met de kantoren in Luxemburg, Zwitserland en Curagao', vertelt Vingerling. 'Ze kunnen vra gen over de specifieke situatie ter plaatse beantwoorden.' De Ruiter valt hem bij: 'De Raibobank in Brazilië attendeerde ons op een bedrijf in Zevenaar. Dat deed zaken met een klant van ons Braziliaanse kantoor. Naar de klanten toe, ook potentiële klanten, zijn de vestigingen in het buitenland belangrijk.' Minder goed Brouns: 'De eerste con tacten met alliantiepartner Lloyds Bank wa ren teleurstellend. Zij waren gevraagd de fi nanciering te regelen voor een relatie van onze bank, die een bedrijf in Engeland wilde overnemen en dat ook heeft gedaan. Dat is slecht verlopen. Het was rond de startdatum van de alliantie, dus het kunnen aanlooppro blemen zijn geweest.' Ook Van Benten is min der positief: 'Wij hadden te maken met een Nederlands bedrijf, dat zich in Amerika had gevestigd, aan de westkust. Het bedrijf was niet groot genoeg voor het kantoor New York om het in haar boeken op te nemen. Een klant die een rekening wilde openen bij de Rabobank Deutschland was een ander voor beeld. Bij Rabobank Nederland in Utrecht werd nadrukkelijk gevraagd naar de rentabili teit van het bedrijf. Uiteindelijk liep het op niets uit. De klant heeft toen rechtstreeks een rekening geopend bij de Rabobank Deutschland. Past dit wel in de beleidsuit spraak 'Buitenland dient binnenland'?' Rol buitenlandse vestigingen 'Wat is de rol van de buitenlandse vestigingen eigenlijk?', vraagt Brouns zich af. 'Zijn ze er voor de plaatselijke banken en onze relaties of voor de relaties van Rabobank Neder land?' Van Benten stipt een ander punt aan: 'Het is niet zo dat iedereen in de houding springt, als je een potentiële relatie of een redelijk grote klant aanmeldt bij een buiten lands kantoor. Het lijkt of er vooral wordt ge keken of de klant rendabel is voor het bui tenlandse kantoor.' De Ruiter: 'Het zou aan de houding van de medewerkers kunnen lig gen. Misschien moeten er meer mensen van plaatselijke banken bij de buitenlandse kantoren gaan werken. Overigens zorgen de buitenlandse vestigingen wel voor een stuk omvang van de kredietverlening.' Relatiemarketing In juni waren er Bui tenlanddagen voor cliënten op de Floriade. Een vorm van relatiemarketing. 'Daar zijn wij niet geweest', zegt Vingerling. 'We zagen er te weinig toegevoegde waarde in voor de relatie met de klanten.' Van Benten en Vin gerling vinden de Landendagen, waar één land wordt gepresenteerd, concreter. Van Benten: 'We gaan er steeds naar toe. Je houdt er hele goede contacten met je klant aan over. Maar we pikken er niet alleen bui tenlandevenementen uit. We richten ons meer op de totaalrelatie.' De Ruiter stelt datje als bank zelf een keus moet maken uit het aanbod van Rabobank Nederland. 'Je kunt niet aan alle relatiemarketing-activi- teiten meedoen.' Hulpmiddelen 'Onze folders en brochures zien er prima uit', vindt Van Ben ten. 'Het Rabobank Export Plan spreekt mij bijzonder aan. Bij bedrijfjes, die zich heel voorzichtig op het internationale vlak gaan bewegen, scoort het heei goed.' De Ruiter heeft een ander voorbeeld: 'Bij ons werkt de Exportwijzer aan de verhoging van het imago en een stuk deskundigheid. Wij sturen dit hulpmiddel aan onze relaties.' Van Benten: 'Wij zijn met een aantal banken in onze regio en met Rabobank Nederland in overleg over het organiseren van een buitenlandcursus voor cliënten. Door het promoten van de Rabobankprodukten en de buitenlandactivi teiten kan dat imagoverhogend werken.' De Ruiter is ook te spreken over de hulpmidde len voor de medewerkers. 'Het PC-program- ma voor leverings- en betalingscondities en het Expertsysteem zorgen ervoor dat er meer kennis naar de bank wordt gebracht.' Veranderingen Van Benten: 'Mensen die bij ons met buitenland werken, hebben de Buitenland Wegwijzer, een kaart met tele foonnummers van medewerkers van Buiten land in Utrecht, op hun bureau. Het is een kleinigheid, maar het maakt de lijnen korter. De verlenging van deposito's en financierin gen in vreemde valuta gaat tegenwoordig heel simpel per telefoon. Vroeger was dat wel anders.' De Ruiter is het daarmee eens: 'Vroeger was buitenland moeilijk, maar het is een normaal produkt geworden. Heel veel medewerkers zijn zich daarvan bewust.' 'We moeten in het achterhoofd houden dat we net zo goed zijn als de concurrentie', vindt Van Benten. De Ruiter stelt, dat de grootste markt voor de Rabobank in Europa ligt. 'Daar moeten we ons netwerk van bui tenlandse kantoren vooral verder uitbou wen.' Dat vindt Brouns ook. 'Maar kennis en opbrengsten moeten op een zo laag mogelijk organisatieniveau komen te liggen, dus bij de plaatselijke banken,' voegt De Ruiter daaraan toe. Vingerling besluit: 'Rabobank Nederland heeft een aantal hele goede produkten en hulpmiddelen aangereikt. Maar nu zijn wij - de plaatselijke banken-aan zet.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1992 | | pagina 13