'Je krijgt er veel voor terug' Nummer 8/21 april 1992 Directeur Van der Weij (r) en hoofd Commerciële Zaken Van der Meulen (m) in gesprek met een klant in de bankhai. voorlichting en gesprekken te komen tot groepsvorming van ondernemers die met dezelfde teelt bezig zijn. In eerste instantie wat breed geredeneerd en later wat enger, zodat je de echte liefhebbers overhoudt. Die moeten weer worden ondersteund door vaktechnische mensen op teeltplan-gebied. Zij zetten dan een studieclub op waarmee ze elkaar kunnen ondersteunen in kennis, maar ook met werkzaamheden. We probe ren kleine, gelijkgerichte groepen onderne mers bij elkaar te brengen.' Kleinschalig De eerste boeren zijn aan de slag gegaan met een fruitbomenpro ject. 'Dat is nog vrij kleinschalig', aldus Van der Weij. 'In het najaar komen er wat onder nemers bij en dan zitten we als aanzet met zo'n vijftien hectare in dit gebied. We heb ben het geluk dat we kunnen profiteren van de Groningse herstructureringsplannen.' ve ondernemers. Van der Weij vindt echter dat je je als bank op tijd uit de rol van trek kervan zo'n project moet terugtrekken. 'Het zou niet goed zijn als je voorop blijft lopen. We zitten nu gewoon in die werkgroep. We denken mee, ondersteunen waar nodig, maar we zijn geen voorzitter meer. Het ini tiatief ligt nu bij anderen.' Ondersteuning 'Op een gegeven mo ment moet je wel oppassen dat je niet in het werk verzuipt', erkent Van der Weij. 'Daarom moest er professionele ondersteu ning bij komen. We hebben een adviseur aangetrokken, die wordt betaald door de Fe deratie van Landbouwverenigingen en de bank. Hij zal alle initiatieven, die inmiddels zijn ontstaan, bundelen en met groepjes on dernemers verder gaan. Dat is een beste keus geweest. De bank moet ook goed draaien. We moeten niet op de stoel van die De directeur van de bank in Slochteren denkt vooruit: 'Als het fruitbomenproject slaagt, dan is er straks een koelfaciliteit no dig. Dat is dan niet alleen voor het fruitbo menproject interessant, maar ook voor de bloemen- en groenteteelt. We proberen zo'n faciliteit binnen de gemeente Slochteren te krijgen.' Koelproject In een kleine gemeen schap heeft iedereen overal mee te maken. 'Je moet er heel zorgvuldig mee omgaan', vindt Van der Weij, 'en je afvragen wat de juiste rol is. Zowel vanuit de gemeente als vanuit de bedrijven hoor je vaak, dat de Rabobank maar moet participeren. Die heeft toch genoeg geld, wordt er gezegd. We doen ontzettend veel, maar ook wij moe ten zorgvuldig met ons geld omgaan. Het koelproject zou echter wel eens geschikt kunnen zijn voor financiële betrokkenheid. Ik kan me voorstellen dat we een stukje van de winst daarvoor bestemmen. Dat past in de doelstellingen van de bank. Bovendien profileer je je daarmee in dit gebied.' Juiste rol De bestuurders van de bank De Wolden waarderen de activiteiten van de directeur en ondersteunen die ook. Twee zitten er zelfs in de projectgroep, zelf actie ondernemers gaan zitten. Bovendien is het gevaar groot dat je teveel aandacht be steedt aan één groep ondernemers en dat is niet goed.' Bank zelf Door veranderingen van bui tenaf verandert er veel in het werkgebied van de bank in Slochteren. De landbouwers moeten omzien naar andere produkten en ze moeten hun bedrijfsvoering aanpassen. Maar ook voor de bank zelf wordt de druk steeds groter. Bijvoorbeeld in de credit- sfeer. Directeur van der Weij: 'Er zijn concur renten die met enorme tarieven voor vrij op neembaar geld komen. We moeten er aan wennen en er mee leren leven, denk ik. En we moeten onze organisatie daarop aan passen. We gaan de commerciële onder steuning herstructureren. Dan kunnen de commerciële mensen tachtig procent van hun tijd buiten zijn.' Commerciëler Allerlei aanpassingen moeten het antwoord vormen op de veran derende situatie bij de bank. Inmiddels heeft de Rabobank De Wolden twee geld automaten. De bank heeft zich aangemeld voor PIA en zo snel mogelijk wil men in de Woldstreek overgaan op LAURA. De bijkan toren zullen minder worden opgezadeld met administratieve werkzaamheden. Van der Weij: 'Schaduwadministraties die daar wor den bijgehouden, kosten alleen maar tijd. Dat moet daar weg. Dan kun je meer doen aan commercie. Onlangs hebben we daar een bijeenkomst over georganiseerd. De mensen waren enthousiast. We moeten an ders gaan werken. We moeten actiever wor den.' Plannen 'Twee jaar geleden zijn we begonnen met, wat we hier noemen, plan ning en control. We zijn gewoon eens plan matig een aantal activiteiten op papier gaan zetten. Daar zaten ook een personeelsplan en een opleidingsplan bij. We hebben *straks een plan voor driejaar klaar. Daarbij kijken we naar de kennis en de vaardighe den van de mensen. En naar wat men nodig heeft voor een bepaalde functie. Als er man co's zijn, dan moeten die worden aange vuld. Daarna gaan we naar de vervangbaar heid kijken. Naar de naastgelegen functie en als dat alles is voorbereid dan gaan we met de mensen praten.' In de Woldstreek verandert veel. Bij de cliënten en bij de bank zelf. De boeren moe ten zoeken naar andere gewassen. Ze moe ten gaan samenwerken. De bank bereidt zich voor op een nog grotere concurrentie druk. Eén van de middelen in de strijd vindt Van der Weij belangrijk: 'De plaatselijke be trokkenheid, het profileren als coöperatieve bank, als kredietcoöperatie, dat is onze kracht voor de toekomst. We moeten ons in het werkgebied laten zien en dat kost in spanning. Je moet erbij betrokken zijn. Dat moet je ervoor over hebben. Het kost je veel, maar je krijgt er gigantisch veel voor te rug. Bovendien kun je met een stukje zelf standigheid het beleid van de bank afstem men op het werkgebied. Dat is de kracht die een handelsbank nooit krijgt. Daar moeten we heel zuinig en goed mee omgaan.' Het 'goud' van Slochteren zit onder de grond. Daar schiet de plaatselijke bevolking weinig mee op.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1992 | | pagina 9