Rabo band 'Capaciteiten mensen afstemmen op wensen bank' Nummer 22/18 november 1991 paalde functie voldoen. Dan gaat de afde ling van Van Woezik extern werven. 'In over leg met de directeur van de bank verzorgen we dat. Je kunt je zelfs voorstellen dat we een extern gespecialiseerd bureau inscha kelen. Maar dat zal zeker voor plaatselijke banken zelden voorkomen. Het gaat dan om het plaatsen van advertenties. Daarbij gaan we natuurlijk niet in Groningen adverteren als we iemand in Limburg willen hebben. Zulke onlogische eisen stellen we niet aan de mobiliteit van de mensen.' Individueel De Caar vindt dat medewer kers zich ook individueel moeten kunnen melden. 'Daarmee zitten we echt', legt Van Woezik uit. 'Er zijn een hoop mensen die zich wel willen melden, maar ze willen niet dat hun manager het weet. Om welke reden dan ook. Maar wij moeten dan de intake met een sollicitant doen en dat hoort niet tot onze taken. We proberen er incidenteel wel een oplossing voor te vinden. Ook pro beren we eerst of de medewerker toch met z'n meerdere er over wil praten. Als de bank waar de medewerker in dienst is deelnemer is aan de interne arbeidsmarkt mag het ei genlijk geen probleem zijn.' Doorstromen Van Woezik: 'Als je goede krachten hebt, dan moetje die voor een tijd je houden. Maar als je dat doet, ben je ei genlijk ook een beetje verplicht ze de facili teiten te geven die nodig zijn om te kunnen doorstromen. Zitje binnen de Rabobankor- ganisatie en je wilt daarin verschuiven, dan is de interne arbeidsmarkt een instrument, dat daarbij kan helpen. Ik vind dat je als werkgever eigenlijk verplicht bent daaraan medewerking te verlenen. En als men dat wil, mensen aan te melden waardoor ze van dat instrument gebruik kunnen maken.' Belangstelling Uit de praktijk weet di recteur Hanssen hoe moeilijk het is om ge schikte mensen aan te trekken. 'Ik heb nu twee keer meegemaakt dat een afdelings hoofd vertrok. Met vrij veel geluk heb ik het de eerste keer kunnen oplossen. Een paar jaar later lukte het maar moeilijk. Via Inte rim Management hebben we de boel gaan de weten te houden en pas na driekwart jaar hebben we iemand kunnen vinden. Het is moeilijk om als kleine bank iemand aan te trekken op het niveau van het hoofd van een afdeling. Men had geen belangstelling voor een kleine bank.' Kansen geven Hanssen: 'Bij onze bank kwam een man in dienst die naast z'n werk de avond-Heao deed. Hij had duidelijk méér aspiraties. Vanaf het begin was het helder dat onze bank voor hem een springplank was. Op het moment dat hij in dienst trad, werd al opgemerkt dat hij niet lang zou blij ven. Als hij dat wel zou doen dan zou ik hem een trap onder z'n achterste geven. Over die zaken wordt tegenwoordig gelukkig an ders gedacht dan vroeger. Mensen moeten kansen nemen.' Kleinschaligheid De bank Bocholtz is te klein om in de toekomst goed te kunnen functioneren. Daarom zijn er gesprekken met de buurbank Simpelveld-Eys over een fusie. 'Straks zijn we overigens nog geen grote bank, maar een middelgrote bank met vijfendertig mensen. Nu hebben we er zes tien. Simpelveld heeft er zo'n twintig. Na de fusie zal het gemakkelijker zijn om mensen aan te trekken. We kunnen dan meer per spectief bieden. Je kunt opvolgingsplanning regelen. Je kunt mensen een dagtaak op ni veau bieden. Een hoofd BTZ op een kleine bank is bijvoorbeeld de helft van de week op niveau bezig en de ander helft van de week verzorgt hij de input. Bij een grote bank ligt dat anders.' Excentrisch Waarom heeft Hanssen zijn bank gemeld als deelnemer? 'Als ik een cirkel van vijfentwintig kilometer rondom Bocholtz trek, dan valt daarvan driekwart in het buitenland. Mijn keuze is dus heel erg beperkt om kandidaten hier te krijgen. Ik doe daarom heel graag een beroep op een instantie die landelijk werkt en me mogelijk aan mensen van buiten kan helpen. Er zijn veel banken die excentrisch liggen en met hetzelfde probleem te maken hebben.' Coöperatief 'Zeker in een coöperatieve organisatie met autonome banken moet je zo'n probleem landelijk aanpakken', vindt Hanssen. 'Je moet niet de ene na de ande re bank doen, dan komt het niet van de grond. Je moet het coöperatief aanpakken. Ik vraag me wel eens af hoe coöperatief de coöperatieve plaatselijke bank is. Ze den ken toch alleen maar aan hun eigen zaakje als het gaat om het eigen werkgebied, om het eigen personeel, om hun cliënten, om hun eigen winst...' Autonomie Hanssen: 'Ik vraag me wel eens af waarom we met z'n allen één keer per jaar naar Utrecht gaan. Het lijkt wel een dagje uit. Daar straalt dan wel een eenheid uit, maar als puntje bij paaltje komt... De in terne arbeidsmarkt moet je ruimer zien. Daarnaast moeten mensen van Rabobank Nederland me kunnen overtuigen als ze er gens mee komen. Maar als ze me hebben overtuigd, wat let me dan om die ideeën over te nemen. Als we binnen die plaatselij ke autonomie toch zo eigenwijs willen zijn en we moeten alles zelf kunnen, waarom zijn we dan nog een coöperatieve bank?' Introductie Hanssen vergelijkt de intro ductie van de interne arbeidsmarkt met de hypothekenactie: 'Gelukkig is die overgeno men door de organisatie. Hij valt niet overal even best omdat de noodzaak niet altijd even sterk aanwezig is. Het verhaal interne arbeidsmarkt zal ook niet overal dezelfde weerklank vinden. Als je directeur bent van een bank van dezelfde grootte als die van ons of van een iets grotere en je zit ergens centraal in het land en je kunt inderdaad een cirkel van vijfentwintig kilometer rond de bank trekken, dan zal het anders liggen.' Vrijwillig In eerste instantie reageerden de medewerkers van Hanssen met gemeng de gevoelens. 'Ik kreeg zo het idee, dat ze dachten dat er met hen geschoven zou gaan worden. Maar dat heb ik snel kunnen uitleg gen, want er wordt niemand tegen wil en dank aangemeld. Het gebeurt op basis van vrijwilligheid. En daarnaast hebben we na tuurlijk ook een beperking omdat het een systeem is, dat geldt voor functies voorals nog vanaf de functiegroep vijf.' Het gaat bij de bank Bocholtz om een beperkt aantal mensen die in aanmerking komen voor de interne arbeidsmarkt. 'Ik heb de bank niet aangemeld om de proble men die vandaag spelen, maar met het oog op de toekomst', licht Hanssen toe. 'Je moet er eens mee beginnen en ik heb in ieder geval iemand die er mee aan de slag wil. Maar ik wil er mee aangeven dat ik er achter sta. En ik probeer meer landelijk te denken over die coöperatie. Je moet een plaatselijke bank toch zien als een onder deel van de keten in het geheel'. Van Woezik: 'We hebben de organisatie voor elkaar én we hebben bekwame mensen om de interne arbeidsmarkt gestalte te geven.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1991 | | pagina 9