Trainees CBB:
De eerste
stap in een
loopbaan
Rabo
band
'Een béétje drs. heeft door de
bank genomen in twee jaar tijd
al weer heel wat afgeleerd'. Na
een selectie uit de 450 reacties
op deze advertentietekst ging
bijna een jaar geleden het eer
ste trainee-project voor het Cen
trale Bankbedrijf van start. Veer
tien, toen net afgestudeerde,
academici nemen nu alweer een
jaar een kijkje in de keuken van
de Rabobank. Een tussenstand.
Nummer 15/12 augustus 1991
De arbeidsmarkt gaat veranderen, in de
toekomst - en eigenlijk is dat nu
reeds het geval - is het niet meer van
zelfsprekend dat een bedrijf zijn medewerkers
van de arbeidsmarkt kan halen. Voorspeld
wordt dat de verschuivingen in vraag en aan
bod gaan leiden tot een tekort aan jonge,
hoog opgeleide medewerkers. De Rabobank
wil zich verzekeren van kwalitatief goede men
sen. Met het aanstellen van jonge HBO-ers en
academici in zogenaamde trainee-projecten
hoopt de bank tekorten te kunnen voorko
men. Trainees volgen
een intensief leer/werk
programma dat één a
twee jaar duurt. Binnen
Rabobank Nederland be
staan drie traineeprojec
ten: bij het Centrale
Bankbedrijf (CBB), het
Werkgebied Aangesloten
Banken en de Centrale
Dienst Informatica.
Mogelijkheden Ger-
da Galekop is perso
neels- en opleidingsadvi
seur binnen het CBB. Zij
coördineert het trainee
project, dat is bestemd
voor schoolverlaters op
HBO/WO niveau met
een bedrijfseconomische
oriëntatie. Galekop: 'De
mensen worden opge
leid voor commerciële ju
nior-functies bij de direc
toraten Bedrijfsrelaties,
Buitenland, Financiële
Markten en voor management-functies bij het
directoraat Bedrijfsvoering/Operationele Za
ken. Bedenk wel dat het een eerste stap in
hun loopbaan is. Er zijn diverse mogelijkhe
den voor ze binnen de Rabobankorganisatie.'
Drie fasen Het traineeprogramma CBB
is verdeeld in drieën. De acht mannen en zes
vrouwen krijgen allereerst een brede oriënta-
Het zomerprogramma: Glaucia Schoone-
Canabrava maakt een analyse van een
buitenlandse bank.
tie op de Rabobankor
ganisatie. In de tweede
fase wordt het Centrale
Bankbedrijf van Rabo
bank Nederland onder
de loep genomen. Daar
naast zijn er trainingen
op het gebied van so
ciale en communicatie
ve vaardigheden en in
formatica. Vervolgens
wordt een keuze ge
maakt voor de toekom
stige functie. Het derde
deel biedt de mogelijk
heid de trainee in de
praktijk op te leid'en tij
dens een stageperiode.
Daarna volgt een eind
beoordeling met belang
stellingsregistratie. Daarin staat de vraag
centraal of de trainee de gewenste functie
ook daadwerkelijk kan vervullen.
Lokaal Bij de algemene oriëntatie op de
Rabobank hoort een stage van een maand bij
een plaatselijke bank. 'Dat was ontzettend
leerzaam', vertelt Glaucia Schoone-Canabra-
va. Zij komt uit Brazilië, waar zij onder andere
economie studeerde. 'Ik mocht bij de bank in
Bunnik alles doen. Ik heb geld geteld, reizen
verkocht, een export adviesgesprek meege
maakt, post geopend, rekeningafschriften 'af
gevinkt', met KIK/KTS gewerkt, noem maar
op. ledereen heeft me overal bij betrokken.'
Ook Niek Broeyer is enthousiast: 'Ik ben bij
de Rabobank Putten geweest. Dat was echt
een eye-opener voor me. Een perfect bruisen
de bank met heel gemotiveerde mensen.'
Eerste keer De maand stage op een lo
kale bank en een praktijkopdracht van vier we
ken zijn tot nu toe de enige momenten waarin
de academici aan de praktijk hebben kunnen
ruiken. Ze popelen dan ook om na het theore
tisch gedeelte 'echt' aan de slag te kunnen
gaan. 'We overwegen
een volgend traineepro
ject anders op te zetten',
vertelt Galekop. 'De theo
retische fase heeft te
lang geduurd. Het was
ook het eerste traineepro
ject voor ons. Een volgen
de keer willen we dat an
ders doen.'
Opbouwen Hoe keek
Broeyer vooraf tegen de
Rabobank aan? En wat is
zijn mening nu? 'Ik was
eigenlijk van plan om in
het buitenland te gaan
werken. Dat ging op het
laatste moment niet
door. Toen ik bij de Rabo
bank solliciteerde hoorde
ik over de plannen voor
het buitenland. Dat vond
ik erg interessant, met
name omdat je ergens
kunt gaan werken waar
iets wordt opgebouwd.
Het gevoel hebben datje zelf iets kunt doen.
De Rabobank staat niet meer langs de inter
nationale zijlijn en dat zal steeds beter wor
den.'
Zelfstandig Een groot voordeel van de
Rabobankorganisatie vindt Broeyer de zelf
standigheid van de plaatselijke banken. 'Door
de coöperatieve structuur hebben ze een gro-
Het zomerprogramma: Niek Broeyer verdiept zich vier weken in vliegtuig
financieringen.
te mate van autonomie. Daardoor verschaf je
een bank identiteit en de medewerkers kun
nen zich met een doel identificeren. Ze reke
nen zichzelf er ook op af. Je bent met je eigen
toko bezig en dat werkt motiverend. Bij een
plaatselijke ABN of AMRO is dat niet zo. Daar
worden de meeste beleidsbeslissingen op
een hoger niveau genomen. Een nadeel van
een coöperatie vind ik dat het moeilijk is de
gezichten één kant op te krijgen. Er is veel
overleg nodig. Dat lijkt me moeilijk te bestu
ren.'
Plannen Vanaf 1 oktober gaan de trai
nees een verkennende stage uitvoeren bin
nen het Centrale Bankbedrijf. In december/
januari maken ze een keuze voor de plaats
waar ze willen gaan werken. Van februari tot
augustus is er dan een individueel program
ma, gericht op de toekomstige functie. De
Braziliaanse Glaucia Schoone-Canabrava
weet al wat ze wil: 'Ik zou graag bij de Lan-
densdesk Noord- en Zuid-Amerika gaan wer
ken. Daar gaat mijn interesse naar uit èn ik
denk dat ik door mijn achtergrond over een re
delijke kennis beschik van die landen.' Maar
niet alleen de wens van de trainees is belang
rijk. 'Uiteindelijk beslist het management',
stelt Galekop. 'Het wordt straks nog best een
spannende tijd. Strookt de belangstelling van
de trainee met het oordeel van het manage
ment?'
Riant? De trainees bevinden zich vol
gens sommigen in een riante positie. Twee
jaar wordt er in ze geïnvesteerd. Beetje wer
ken, beetje leren, wordt er soms gedacht.
'Mensen die dat denken mogen zo een
maandje met ons ruilen hoor', lacht Schoone.
'Het is allemaal heel intensief.' Broeyer en
Schoone besteedden naast het dagelijkse
programma al hun vrije uren aan NIBE-cursus-
sen en voorbereiding van de lessen. Daar
naast volgt Broeyer een bedrijfseconomische
cursus aan de Open Universiteit en Schoone
lessen Nederlands. Broeyer: 'Het heeft me
veel vakanties gekost. Dat geeft niets, ik heb
het er graag voor over. Maar het is dus niet al
leen rozengeur.'
Eventueel komen over een jaar onderde
len van het traineeproject beschikbaar
voor medewerkers die al in dienst zijn. 'Het
nieuwe personeelsontwikkelingsbeleid vraagt
om meer beweging van medewerkers', stelt
Galekop. 'We investeren niet alleen in nieuwe
mensen, maar ook in ons huidige personeel.
Maar als je iets wilt, moet het wél van twee
kanten komen. Werkgever en werknemer
hebben daarin een eigen verantwoordelijk
heid.'