ai
Aanpassing hypotheek
regeling en consumptieve
financiering belangrijkste
verandering in de arbeids
voorwaarden
Rabo
band
leder jaar zijn er wel aanpassingen in de arbeidsvoorwaarden. Die
kunnen voortvloeien uit verplichtingen van de CAO, maatschappe
lijke ontwikkelingen of door het beter laten aansluiten van de voor
waarden op de bancaire voorwaarden voor particuliere cliënten.
Dit laatste was de reden om in 1990 de regelingen voor hypothe
caire geldleningen en consumptieve financieringen op personeels-
voorwaarden bij te stellen.
Sociale
ontwikkelingen en trends 1990
Autoleasing De nieuwe leaseregeling
van november 1989 heeft in de loop van
1990 geleid tot een forse uitbreiding van het
aantal lease-auto's binnen de Rabobankor-
ganisatie. De regeling houdt in, dat de bank
een lease-auto betrekt van Translease BV.
Translease is een dochteronderneming van
De Lage Landen. De bank stelt, onder be
paalde voorwaarden, een lease-auto ter be
schikking aan de medewerker. Als een auto
wordt gekozen binnen de gestelde normen,
komen vrijwel alle autokosten (ook brand
stof, verzekering, wegenbelasting) voor reke
ning van de bank. Hoofdregel van de auto
leasing is, dat medewerkers die tenminste
12.000 kilometers zakelijk per jaar rijden, in
aanmerking kunnen komen voor een door de
bank ter beschikking te stellen lease-auto.
Voor het privé-gebruik van de lease-auto is
men jaarlijks een bijdrage verschuldigd van
10 procent van de cataloguswaarde van de
auto. Voorts kunnen medewerkers die min
der dan 12.000 zakelijke kilometers per jaar
rijden, onder bepaalde voorwaarden in aan
merking komen voor een lease-auto. Dit is
het geval als men, naar het oordeel van de
Afgelopen jaar zijn de kortingsregelin
gen voor medewerkers verbeterd.
Het gaat om een wijziging van de
hypotheekregeling en de invoering van een
nieuwe regeling voor consumptieve financie-
ringsprodukten. De hypotheekregeling is al
geruime tijd in de arbeidsvoorwaarden opge
nomen. De in de regeling doorgevoerde wij
zigingen leiden ertoe, dat deze nu beter aan
sluit bij hypotheekprodukten en gangbare
bancaire voorwaarden die voor particuliere
cliënten gelden. De specifiek voor medewer
kers geldende verstrekkingsvoorwaarden
zijn tot een minimum beperkt.
Hypotheekregeling De belangrijkste wij
zigingen, die met ingang van 1 januari 1991
in de hypotheekregeling zijn doorgevoerd,
betreffen de volgende punten. Een mede
werker krijgt een procentuele korting op de
rente die hij als particuliere cliënt zou moe
ten betalen. Daarnaast kan elke medewer
ker met een arbeidsovereenkomst voor on-
bank, -vrijwel- dagelijks over een auto dient
te beschikken voor het bezoeken van cliën
ten van de bank. Bij minder dan 12.000
kilometers zakelijk per jaar, geldt een hoger
percentage dan 10 procent van de catalo
guswaarde voor het privé-gebruik van de
auto. Voor personeelsleden die op de in
gangsdatum van de regeling in dienst waren
van de bank, is de mogelijkheid geopend om
de eigen auto te verkopen aan de lease
maatschappij en deze vervolgens weer terug
te leasen. Daarvoor geldt een aantal voor
waarden, zo mag de auto niet ouder zijn dan
3 jaar en niet meer dan 80.000 kilometer
hebben gelopen. Van deze overgangsrege
ling, sale en lease back, is aanvankelijk veel
gebruik gemaakt. Begin 1990 kwam 75 pro
cent van de lease-auto's binnen de Rabo-
bankorganisatie voort uit deze regeling en
25 procent betrof nieuwe lease-auto's. Eind
1990 omvatte de verhouding 40 procent
sale en lease back en 60 procent nieuwe
auto's. Op dat moment bedroeg het aantal
lease-auto's bij Rabobank Nederland 265
en bij de plaatselijke banken circa 800. To
taal dus 1.065 auto's. Er is nog steeds spra
ke van een lichte stijging van het aantal
lease-auto's.
bepaalde tijd, nu voor deze regeling in aan
merking komen. De rentekorting op hypothe
caire geldleningen op basis van levensverze
kering, zoals de Spaar-Optimaalhypotheek,
is verhoogd naar 25 procent. Nieuw is de
kortingsregeling voor consumptieve finan-
cieringsprodukten. Het betreft hier de Per
soonlijke Lening, het Doorlopend Krediet en
het Krediet op de Betaalrekening, de
f 1.000,- faciliteit. Personeelsleden kunnen
op deze produkten vanaf 1 januari 1991 een
rentekorting krijgen van 3,5 procentpunt.
Ten slotte is in 1990 geadviseerd om me
dewerkers die kiezen voor de produkten
Rabo Termijn Spaarpolis en de Rabo Pen
sioen Premiepolis, een speciaal tarief toe
te kennen. Op het tarief wordt net als bij de
Rabo Lijfrente Koopsompolis een toeslag
van 0,3 procent gegeven.
CAO Per 1 april 1990 werd een CAO van
kracht met een looptijd van een jaar. Deze
CAO voorzag in een structurele verhoging
van de salarissen van 3 procent per 1 juli
1990 en een éénmalige uitkering van 1 pro
cent in de maand december. Voorts was er
een protocol emancipatie opgenomen. Dit
protocol bevatte onder meer aanbevelingen
en regelingen over het te voeren beleid ge
richt op het scheppen van gelijke kansen
voor mannen en vrouwen. Daartoe voorziet
het protocol ondermeer in een regeling 'Her
indiensttreding', een verruiming van de mo
gelijkheden tot deeltijdwerk en bepalingen
over kinderopvang. Daarin staat, dat de
werkgever op verzoek van de werkneemster
een bijdrage geeft in de kosten van kinder
opvang. Deze bijdrage is gemaximeerd op
50 procent van de door de medewerkster te
betalen ouderbijdrage met een maximum
van f 300,- per maand bij full-time opvang.
Het maximumbedrag wordt naar evenredig
heid uitbetaald, indien een medewerkster
voor minder dagdelen een beroep doet op
kinderopvang. Om voor deze bijdrage in aan
merking te kunnen komen moet wel aan een
aantal voorwaarden zijn voldaan. Deze voor
waarden hebben onder andere betrekking
op de kwaliteitsnormen waaraan een kinder
dagverblijf of gastouderprojekt dient te vol
doen. Deze normen worden doorgaans door
de gemeentelijke overheid opgesteld. De bij
drageregeling voor kinderopvang is ook van
toepassing op alleenstaande ouders. Voor
personeelsleden die in deeltijd werkzaam
zijn geldt de bijdrageregeling voor de dagde
len waarop zij bij de bank werkzaam zijn.
Kortingsregelingen voor hypotheken en consumptieve financieringen aangepast.