ai Rabo band Melding en registratie van ongevallen en beroepsziekten medew. per bank Sociale ontwikkelingen en trends 1990 Op deze pagina's staan gegevens vermeld in het kader van de Arbowet. Meer informatie staat in het Arbojaarverslag. Zie pagina 15. Ongevallen In de Arbowet gaat het om beroepsongevallen: 'Het aan een werknemer overkomen ongeval tijdens de uitoefe ning van de dienstbetrekking, waarbij zodanig letsel ontstaat dat dood respectievelijk arbeidsongeschiktheid wordt veroorzaakt'. Ook de bedrijfsongevallen moeten in de melding worden betrok ken. Hiervan zijn uitgesloten de ongevallen die op weg van huis naar het werk of omgekeerd plaatsvinden. Voor bedrijfsongevallen bestaat een meldingsplicht aan de arbeidsinspectie via stan daardformulieren. In 1990 waren er bij de Rabobank 51 bedrijfs ongevallen. Het betrof hier voornamelijk ongevallen in de huis-, tuin- en keukensfeer zoals uitglijden, verstappen en dergelijke. Maatregelen Werken bij een administratief bedrijf brengt weinig direct gevaar met zich mee. De meeste bedrijfsongevallen zijn toe te schrijven aan onvoorzichtigheid of toevalsfactoren. De BGD-RABO beschouwt het als haar taak in voorkomende gevallen na te gaan wat de oorzaak van het ongeval was en indien nodig het verantwoordelijk management te adviseren maatregelen te treffen om herhaling te voorkomen. Beroepsziekten Sinds 1 januari 1988 is de werkgever ver plicht beroepsziekten en vermoede beroepsziekten te melden aan het districtshoofd van de arbeidsinspectie. Deze taak kan door de werkgever worden overgedragen aan de bedrijfsartsen. Dit is bij de Rabobankorganisatie het geval. De huidige opzet voldoet in de praktijk (nog) niet, met name door het gebrek aan eenduidigheid in de bestaande richtlijnen. Gemelde gevallen Werknemers zijn volgens artikel 12 van de Arbowet verplicht de door hen opgemerkte gevaren voor de vei ligheid of gezondheid terstond ter kennis te brengen van de werk gever, of aan degene die namens deze ter plaatse met de leiding is belast. In 1990 is door leidinggevenden bij de BGD-RABO geen melding gedaan van gevaren die door werknemers zijn gemeld. Over het algemeen worden wel zaken gemeld waarvan men vindt dat deze hinder voor de gezondheid opleveren. 14 Verzuim wegens ziekte in 1990" N.B.: De gegevens van het verzuim wegens zwangerschap/beval ling en op grond van gehele of gedeeltelijke WAO zijn buiten be schouwing gelaten. De cijfers tussen haakjes hebben betrekking op 1989. Toelichting De kortdurende verzuimdagen (1 t/m 15 dagen) dalen licht voor de totale organisatie. Bij de plaatselijke banken is er absoluut ge zien wel een stijging, maar gerelateerd aan het aantal arbeidsda gen is ook hier sprake van een daling. Daarentegen stijgt het lang durig verzuim (16 dagen en meer) voor de totale organisatie. Dit spoort met de toegenomen instroom in de WAO. 15 Verzuimgegevens, gesplitst naar mannen en vrouwen Plaatselijke banken Rabobank Nederland Totaal Mannen Arbeidsdagen Verzuimdagen Vrouwen Arbeidsdagen Verzuimdagen 3.063.833 102.878 4.171.558 181.336 926.767 44.035 305.011 24.687 3.990.600 146.913 4.476.569 206.023 Verzuimpercentages Mannen Vrouwen 3,36 (3.42) 4,35 (4.43) 4,75 (4,8) 8,09 (8,30) 3,68 (3,75) 4,60 (4,70) Plaatselijke banken Rabobank Nederland Totaal Arbeidsdagen 7.235.391 1.231.777 8.467.168 (6.951.792) (1.204.088) (8.155.880) Verzuimdagen 284.215 68.722 352.937 (277.703) (68.573) (346.276) Gesplitst in: 1 t/m 15 dagen 129.635 29.126 158.761 (128.619) (31.007) (159.626) 16 dagen en meer 154.580 39.596 194.176 (149.084) (37.566) (186.650) Ziektemeldingen 49.851 9.681 59.532 (48.953) (10.021) (58.974) gesplitst in: 1 t/m 15 dagen 47.058 8.892 55.950 (46.192) (9.246) (55.438) 16 dagen en meer 2.793 789 3.582 (2.761) (755) (3.536) Verzuimpercentages 3,93 5,57 4,17 (3,99) (5,70) (4,25) 16 Verzuimpercentage gesplitst naar categorieën plaatselijke banken Aantal medew. per bank 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-100 >100 totaal Mannen 2,01 3,09 3,14 2,99 3,44 3,46 3,95 3,35 (2,08) (3,00) (3,40) (3,21) (3,38) (3,75) (3,66) (3,42) Vrouwen 2,73 3,53 3,65 3,71 4,36 4,76 5,32 4,34 (2,97) (3,40) (3,83) (4,11) (4,55) (4,77) (5,63) (4,43) Totaal 2,41 3,35 3,44 3,41 3,98 4,23 4,71 3,93 (2,57) (3,24) (3,65) (3,73) (4,06) (4,34) (4,72) (3,99) 17 Ontwikkeling verzuimpercentages over 1985 tot en met 1990 Verzuimpercentages gesplitst naar categorieën plaatselijke banken Aantal 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1-10 2,29 2,29 2,59 2,32 2,56 2,41 11-20 2,86 2,84 2,90 3,18 3,23 3,35 21-30 2,97 3,20 3,31 3,20 3,64 3,44 31-40 3,43 3,30 3,64 3,74 3,71 3,41 41-50 3,46 3,52 3,68 3,73 4,04 3,98 51-100 3,94 3,92 3,85 4,00 4,32 4,23 >100 4,67 4,79 4,55 4,34 4,70 4,71 Totaal gemiddeld 3,55 3,60 3,65 3,71 3,98 3,93 Toelichting Opvallend zijn de (kleine) daling in 1990 ten opzichte van 1985 in categorie van 31-40 medewerkers en de geringe stijging in 1990 ten opzichte van 1985 in categorie van banken met meer dan 100 medewerkers. De gemiddelde stijging bedroeg in de jaren 1985 tot en met 1990

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1991 | | pagina 10