Onderhandelingen nieuwe cao gestart Rabo band Maandag 25 maart zijn de onderhandelingen voor een nieuwe cao voor de 115.000 werknemers in het bankbedrijf begonnen. De vak bonden lichtten hun voorstellen toe. De werkgevers gaven daarop een eerste reactie. De onderhandelingen verliepen volgens de werkgevers in een plezierige sfeer. De vertegenwoordiger van de VHP Banken en Verzekeringen sprak van onderhandelingen die uiterst stroef op gang kwamen. De gesprekken worden op 17 en 22 april voortgezet. Daarna is duidelijk wat de mogelijkheden zijn voor een nieuwe cao. Nieuwe cao waarschijnlijk 22 april rond Werkgevers: Werk boven inkomen Nummer 7/8 april 1991 CNV, de Unie BLHP en de VHP Banken en Verzekeringen hebben looneisen die varië ren van 4 tot 4,5 procent. De stijging van de lonen moet volgens de werkgevers echter beperkt blijven. 'Nu de groei afvlakt, moe ten wij zorgen dat we de loonkosten onder controle houden', aldus Crijns. 'De beste werkgelegenheidsafspraak is een beheers te loonkostenontwikkeling. Het gezamenlijk belang van werknemers en werkgevers op korte en lange termijn is een structureel ge zond bankbedrijf.' Arbeidsongeschiktheid De Diensten bond CNV besteedt in haar voorstellen veel aandacht aan het bestrijden van de langdu rige arbeidsongeschiktheid. Zij voorziet dat het voortdurend stijgend aantal langdurig ongeschikten één van de grootste sociale vraagstukken van de jaren negentig zal zijn. Preventie en herindiensttreding moeten ook De partijen die deelnamen aan het cao-overleg hebben de eerste ge sprekken achter de rug. In de nieu we vergaderzaal van de werkgeversvereni ging aan de Amsterdamse Singel wisselden de werkgevers en de vakbonden informatie uit. Gewoontegetrouw deed werkgeverson derhandelaar Crijns de aftrap. Hij belichtte de economische situatie van het bankbe drijf en, in relatie daarmee, de ontwikkelin gen op het gebied van de werkgelegenheid en de loonkosten. 1990 omslagjaar 'Over de jaren 1982- 1990 gemeten, is er ondanks de gematigde loonontwikkeling sprake van een koop krachtverbetering in het bankbedrijf van jaarlijks gemiddeld 2 procent', aldus Crijns. 'In menig opzicht is het vorig jaar echter voor banken een omslagjaar geweest in de loonkostenontwikkeling door de verhou dingsgewijs grote stijging van de lastenont wikkeling met bijna 6 procent, terwijl de ba tenstijging hierbij duidelijk is achtergeble ven.' Winstgevendheid Volgens de woord voerder van de werkgevers is het rende ment in het bankbedrijf - nettowinst/eigen vermogen - vorig jaar gedaald tot 9,4 pro cent en daarmee in vergelijking met de rest van het bedrijfsleven te laag. 'De winstge vendheid van het bankbedrijf moet absoluut worden verbeterd', vindt Crijns. 'Dat kan slechts door een betere kosten-batenver- houding. De toenemende concurrentie maakt dat niet eenvoudig. Er moet tegen steeds scherpere prijzen worden inge speeld op de wensen van de klant.' Kwaliteit De eisen die door de klanten worden gesteld aan de kwaliteit van de dienstverlening, leiden volgens Crijns tot een sterkere verschuiving van het aantal werknemers naar de midden- en hogere functiegroepen. Tegenover een daling van 37 procent in de periode van 1983 tot 1990 in de laagste functiegroepen, staat een toename van het aantal werknemers in de midden- en hogere groepen met 32, res pectievelijk 43 procent. Bij vrouwelijke werk nemers was deze tendens nog sterker. Illu stratief voor de toegeno men kwaliteitseisen zijn ook de investeringen in opleidingen. Deze be droegen voor de drie gro te banken - de Rabo bank, de ABN AMRO en de NMB Postbank - f 335 miljoen, ofwel 7 procent van de totale loonkosten. Werkgelegenheid Werkgeversonderhande laar Crijns rekende de vertegenwoordigers van de vakbonden voor, dat in tegenstelling tot de gangbare mening, de werkgelegenheid in het bankbedrijf een groei heeft doorgemaakt. Sinds 1982 kwamen er ruim 6.000 arbeidsplaatsen bij. Het aantal medewerkers in deeltijdarbeid groeide in die periode van 11 tot bijna 20 procent. Ook benadrukte hij dat de automatisering de werkgelegenheid heeft bevorderd. Dankzij de automatisering was het mogelijk de dienstverlening sterk uit te breiden. Enquête Ook aan de kant van de werk nemers heeft men zich terdege op de onder handelingen voorbereid. De Dienstenbond FNV verspreidde eind vorig jaar 39.000 en quêteformulieren met 65 vragen. Daarvan kwam bijna een kwart terug. De resultaten van die enquête vormen één van de uit gangspunten voor het overleg. Uit de enquê te bleek dat een vierdaagse werkweek po pulair is. 'De prioriteit ligt voor de Diensten- bond bij werkgelegenheid', aldus onderhan delaar Noten. 'Via een meerjarentraject wil len we naar een vierdaagse werkweek.' De andere bonden voelen niets voor verkorting van de werkweek. Looneis De hoogte van de looneis is voor het FNV afhankelijk van de afspraken die de werkgevers over de werkgelegenheid willen maken. Zij wil in ieder geval een ver goeding voor de gestegen prijzen. Die wordt geschat op 2,8 procent. De Dienstenbond Na 22 april is duidelijk wat de mogelijkheden zijn voor een nieuwe cao. in het bankbedrijf belangrijker worden, vindt de vakbond. Onbetaalbaar De voorstellen van het VHP werden bijna zonder uitzondering door de werkgevers van de hand gewezen, meldt deze bond. Voorstellen om de scholingsre gelingen los te koppelen van het adv-verlof, het partnerpensioen en regelingen met be trekking tot uitbreiding van de werkgelegen heid werden volgens de bond als onbetaal baar bestempeld. Het VHP toonde zich te leurgesteld. Vijftig voorstellen De bonden kwamen met een totaalpakket van ongeveer vijftig voorstellen voor aanpassing van de cao. Crijns nodigde de vakbonden uit hun pakketten in te dikken tot een haalbare omvang. Hij gaf aan dat binnen een éénjari ge cao slechts een zeer beperkt aantal pun ten in bespreking kan komen. In een twee jarige cao zou dat pakket iets ruimer kun nen zijn. Volgens de werkgevers geeft de cao 1990/1991 samen met de door de over heid verhoogde premies voor de sociale ver zekeringen, al een kostenstijging voor het lopende kalenderjaar van 4,4 procent. Des ondanks mogen de werknemers een fair eindbod verwachten, dat ook rekening houdt met de koopkrachtontwikkelingen. 'Essentieel is immers dat onze dienstverle ning valt of staat met de kwaliteit en de in zet van onze mensen. De 'human-factor' is echt de kurk waarop wij drijven. Dat bete kent dat wij ook door de cao onze medewer kers moeten motiveren', aldus Crijns.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1991 | | pagina 3