De harde strijd om de vraag: wie betaalt 't betalen? '1991 wordt het jaar van de betaal automaat' Rabo band Al een aantal jaren staan er in Ne derland betaalautomaten. Tot nu toe vooral bij benzinestations van de bekende oliemaatschappijen. In winkels komen ze slechts mondjesmaat voor. 'Dat gaat ver anderen', stelt Wim Kremers van de Produktgroep Betaaldiensten. 'Van de drie betrokken groepen zijn er al twee enthousiast. De banken en de consumenten. En ik denk, dat we ook de retailer kunnen overtuigen.' Nummer 3/11 februari 1991 Elektronisch betalen is sinds een jaar of tien technisch mogelijk. Het idee komt uit Amerika. In 1985 besloten de Nederlandse banken tot een proef met betaalautomaten in de regio Eindhoven/Til burg. Zestig automaten werden geplaatst bij benzinestations, supermarkten, doe-het- zelfzaken en kledingwinkels. Het resultaat was positief. BeaNet 'In 1987 hebben de gezamen lijke banken BeaNet opgericht', vertelt Kre- mers. 'Die kreeg de opdracht om binnen twee jaar een infrastructuur op te zetten, zo dat op grote schaal overal in Nederland bea's geplaatst zouden kunnen worden. Vervolgens schreef BeaNet potentiële klan ten aan: U koopt een betaalautomaat, te kent een contract, betaalt een bedrag en wij doen de rest. Helaas liepen die onderhan delingen nogal stroef. Men had zich in één ding misrekend. De retailer vond het ge woon te duur. Wij dachten dat onze argu menten algemeen zouden worden onder schreven: snelle verwerking, snelle credite ring, lager overvalrisico, korte doorlooptij den bij de kassa, etcetera. Dat viel dus te gen. Eigenlijk hebben we tot nu toe alleen succes bij de benzinestations. Die hadden samen al ruim 1.000 automaten staan van de voorgangers van BeaNet. Hun klanten waren dus aan de bea gewend. Eind vorig jaar is met de oliemaatschappijen overeen stemming bereikt. Ik verwacht, dat halver wege dit jaar zo'n 3.000 benzinestations in Nederland een bea hebben.' Zeven procent Van de Rabobankcliën- ten, die een pas met pincode hebben, be taalde vorig jaar maar drie procent via een bea. Dat ligt nu al op zeven procent. Kre- mers: 'We hebben vorig jaar onderzocht of men weet dat men via een bea kan betalen. Het antwoord was verrassend: We weten dat het kan en willen het ook, maar we gaan er niet voor omrijden. Als er bij het benzine station of de winkel op de hoek een bea Veel publiciteit over elektronisch betalen. stond, zouden we die zeker gebruiken. De consument wil dus wel, maar er zijn nog te weinig bea's. Daar zit het probleem. Ik denk dat in de olie de marges zodanig zijn, dat men het elektronisch betalen kan bekos tigen. Maar in andere bedrijfstakken zijn de marges kleiner. In onderhandelingen met NCOV, KNOV en de federatie van het groot winkelbedrijf werd duidelijk gesteld, dat zij elektronisch betalen te duur vinden en het dus niet invoeren.' IKosten Een bea-transactie kost grof weg 60 cent. 20 cent voor de aanschaf van het apparaat, 20 cent voor datacommunica- tiekosten en 20 cent voor de variabele kos ten van BeaNet. De vaste kosten, zoals ge bouw en personeel betalen de banken. 'De retailers vinden dat dus te duur', stelt Kre mers. 'Wij willen als Rabobank voortaan graag zelf de onderhandelingen met cliën ten over bea's doen. Wij willen de bea be trekken in de totale onderhandelingen over het betalingsverkeer.' Vraag van bedrijven Er komen steeds meer geluiden van winkels, dat zij wél aan de betaalautomaat willen. Kremers: 'Ik durf te stellen, dat van de zakelijke klanten eigenlijk niemand principieel tegen elektro nisch betalen is. Maar men blijft de prijs te hoog vinden. Na veel onderhandelen is vorig jaar de transactieprijs gezakt van 60 naar 58 cent. Daar gingen KNOV, NCOV en het grootwinkelbedrijf mee akkoord. Dat werd breed uitgemeten in de pers: Akkoord be reikt, grote aantallen bea's zullen worden geplaatst. Maar dat gebeurde dus niet. De achterban vond het onderhandelingsresul taat te mager. Toen kreeg je de voorbeelden in de media, die zeiden: Ik verkoop voor een tientje, daar zit 10 cent winst op en dan moet ik 60 cent voor de transactie betalen. Betekent dat ik er 50 cent op verlies. Dat ga ik doorberekenen aan de klant. De Consu mentenbond sprong erin en uiteindelijk werd zelfs minister Kok om zijn mening gevraagd. Hij heeft zich niet in de discussie gemengd, maar wel aangegeven dat hij er vanuit gaat, dat het betalingsverkeer in Nederland laag drempelig moet blijven, ledereen moet er te gen minimale kosten gebruik van kunnen maken. Een tweede uitgangspunt van Kok is, dat in het betalingsverkeer de veroorza ker van de kosten ze ook betaalt. Zelf onderhandelen Hoe meer bea's we plaatsen, hoe beter het is', vindt Kre mers. 'Volgens mij moeten we de commer ciële functie bij de plaatselijke banken neer leggen. Zij moeten deals kunnen maken met de plaatselijke ondernemers. Zij moeten kunnen zeggen: 'U heeft zoveel cheques, een bea-transactie is voor de bank goed koper. Voor maakt het niet zoveel uit. Weet u wat we doen, we nemen een deel van de aanschafkosten van uw bea het eer ste jaar voor onze rekening. Belangrijk is daarbij wel, dat de banken nooit onder de kostprijs gaan werken. Anders schieten we er niks mee op en maken we het betalings verkeer op organisatie-niveau nooit kosten dekkend. En dat blijft toch de achterliggen de gedachte. Het moet een succes kunnen worden. Simpel gezegd: Als we de koppen bij elkaar steken en afspreken dat we alle maal een deel betalen, dan moet het kun nen. De consument is best bereid om iets Bea's in steeds meer winkels. meer voor zijn pas te betalen om daar meer gebruiksgemak voor te krijgen. En de winke lier is best bereid om wat te investeren om de bea-transacties te stimuleren als vervan ging van kasgeld, creditcards en cheques. Minder afstortingen betekent minder werk op de bank en dus minder kosten voor de cliënt.' Saldocontrole 'We zijn bijna klaar met een centrale fiatteringsdatabase', kondigt Kremers aan. 'Die zal in de tweede helft van het jaar worden geïntroduceerd. Als een consument een transactie doet bij een bea of een gea, wordt straks het actuele reke ningsaldo bekeken. Nu is het zo, dat een cliënt voor transacties een bepaald pas-sal do per week heeft. Is dat saldo op, dan kan dat heel hinderlijk zijn voor de cliënt. Centra le fiattering lijkt slechts een technische voorziening, maar het heeft grote commer ciële uitstraling. Je kunt iedere klant een pas met pincode geven, want elke transac tie gaat via het centrale fiatteringssysteem. Heeft de klant geen saldo, dan gebeurt er niks. Het wordt dan ook voor andere bedrij ven interessant een bea neer te zetten. Bij voorbeeld in zaken die wasmachines of vi deo's verkopen.' 'Door de particulier zal de bea net zo snel worden aanvaard als de gea', verwacht Kremers. 'Als men voor de bea kiest, spaart ons dat geld. Voorlopig leiden we nog steeds verlies op het betalingsverkeer. We streven ernaar om op nul uit te komen. De bea is een stap in de goede richting.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1991 | | pagina 5