J
Baan bij
'Bedrijven'
populair
bij
HBO-ers
Het gesprek rond de tafel
Rabo
Een jaar lang heeft een groep HBO-ers ervaring opgedaan bij
plaatselijke banken. 'Bedrijven', 'Particulieren' en 'Beheerstech-
nische Zaken' stonden op het programma. Dat alles werd voor
zien van een intensief opleidingsprogramma. Binnenkort zullen
deze goed voorbereide medewerkers aan de slag gaan bij plaat
selijke banken. Voor het zover is spraken vier van hen met elkaar
over ervaringen en toekomstplannen. 'Bedrijven' blijkt heel po
pulair.
'Elke bank
heeft haar eigen identiteit'
Nummer 17/7 september 1990 b8lld
Mensen uit de Rabobankorganisatie schuiven aan. Rond de tafel praten ze over allerlei onderwerpen.
Deze keer gaat het over de ervaringen van HBO-ers die vorig jaar in dienst traden, opleidingen volgden en stage liepen. Binnenkort gaan ze aan de
slag bij plaatselijke banken. Wat viel ze op tijdens dat eerste jaar. Hoe kijken ze nu tegen de organisatie aan?
Een openhartig gesprek.
e kunt absoluut niet spreken van
'de' plaatselijke bank. Romeijn-
ders heeft dat ervaren. 'Iedere
bank is weer anders. Je hebt banken waar
ontzettend professioneel wordt gewerkt.
Daarnaast zijn er banken waar minder pro
fessioneel wordt gewerkt. Overigens is het
vaak wel zo, dat men het anders moet gaan
doen. Er zijn banken waar de bedrijvenaan-
pak heel erg is gespecialiseerd. Een relatie
beheerder doet dan de handel en industrie,
een ander doet agrarisch en weer iemand
anders ziekenhuizen. Heel professioneel.
Maar je hebt ook banken waar één man of
vrouw wat losse posten heeft en een ander
ook. Daar zit geen structuur in.'
Groot en klein 'Er is ook een groot
verschil tussen kleinere banken en grotere
banken', merkt Pardijs op. 'Ik heb op veel
grote banken stage gelopen. Ook daar is
een behoorlijk verschil in de werkzaamhe
den.' Peeters: 'De structuur is vaak heel
verschillend. Elke bank heeft haar eigen
identiteit. Wat me wel steeds opviel, is
dat de cultuur bijna overal dezelfde is.
Heel open. Niet moeilijk doen, je hoort
er meteen bij. Bij grote en kleine ban
ken, je ziet het overal terug. Zeker als
je zo vaak per jaar van bank wisselt.'
De anderen bevestigen dat.
Ervaringen Op terugkomdagen
evalueerden de stagiairs hoe het de af
gelopen tijd is gegaan. Lange: 'Het uit
wisselen van ervaringen is nuttig. Je
hoort dan hoe anderen problemen op
lossen.' Pardijs is het met haar eens:
'Je hoort ook veel leuke dingen waar
anderen mee bezig zijn en die je zelf
ook wel eens zou kunnen doen.' Niet
alleen op de terugkomdagen is er on
derling contact. Ook tijdens de dagelijk
se praktijk. Peeters: 'Dat komt vast en
zeker tot uiting in de telefoonkosten
van de banken. Je pakt de telefoon als
je tijdens een terugkomdag hebt ge
hoord dat iemand met transactie-ge-
bonden tarifering bezig is. Je infor
meert dan hoe ze het daar doen. Je
weet van elkaar, wat je doet. En wat
Myrthe net al zei, er zijn heel veel mensen
die hetzelfde doen. Dus waarom zouden we
allemaal opnieuw het wiel uitvinden.'
Netwerk Vaak werken mensen heel
bankgebonden. Peeters: 'Het is niet alleen
datje met collega-HBO-ers belt. Als ik heb
gehoord dat ze op een andere bank iets op
een goeie manier doen, en ik heb daar con
tacten van m'n stage, dan hang ik al snel
aan de telefoon. Je hebt een netwerk opge
bouwd waar je gigantisch goed gebruik van
kunt maken. Dat is echt een voordeel.'
Pardijs vindt ook het contact met mensen
van Rabobank Nederland nuttig. 'Je belt mi
nimaal met de mensen in Utrecht of Eindho
ven, waar je opleidingen hebt gevolgd. Die
Herman Peeters wordt binnenkort relatiebeheer
der Bedrijven bij de Rabobank Beek en Donk. Later
ziet hij zich in een leidinggevende functie. Bij een
afdeling Bedrijven als hoofd Commerciële Onder
steuning of hoofd Bedrijven.