De gevolgen
van 'Oort'
op de
inkomsten
belasting
Rabo
band
Op 1 januari worden wijzigingen in de belastingwetgeving inge
voerd. Deze wijzigingen zijn een gevolg van het door de 'Commis
sie Oort' uitgebrachte rapport 'Zicht op eenvoud'. In een aantal
artikelen in Raboband aandacht voor de wijzigingen. In deze
tweede aflevering gaat het over de gevolgen van de veranderde
belastingwetgeving op de inkomstenbelasting.
'Oort': belastingoperatie
van de eeuw
Nummer 13/22 september 1989
Rombouts: 'Het gevaar bestaat dat men het spoor bijster raakt door de vele wijzigingen en de invoe
ring van nieuwe begrippen.
Waar is de bedoelde vereenvoudi
ging in de nieuwe belastingwet
geving nu eigenlijk te vinden?
We vroegen het aan Kees Rombouts van
Fiscale Zaken. 'Het gevaar bestaat dat
men het spoor bijster raakt door de vele
wijzigingen en de invoering van nieuwe be
grippen', stelt Rombouts. 'Pas als de be
tekenis van de nieuwe begrippen duidelijk
is, zal men de eenvoud kunnen waarderen.
Bij de inkomstenbelasting is een onder
deel van de vereenvoudiging het streven
om het aantal mensen, dat in de inkom
stenbelasting betrokken wordt, sterk terug
te dringen. Ofwel, een kwantitatieve ver
eenvoudiging die ten koste gaat van de
kwaliteit van de wetgeving. De 'Oort'-wet-
geving is veelomvattend. We kunnen alleen
proberen een inzicht te geven in deze
'belastingoperatie van de eeuw'. Dat moet
voorop staan, en niet het streven naar vol
ledigheid.'
Tariefstructuur De nieuwe tariefstruc
tuur van de inkomstenbelasting is eenvou
diger geworden:
Belastbaar bedrag
Tarief IB plus
volksverzekeringen
f0 -f41.500 35,2%
f41.500 -f83.000 50
meer dan f 83.000 60
Rombouts: 'Deze structuur heeft een aan
tal voordelen. De premies AOW etc. zijn
niet meer aftrekbaar en de loonbelasting
sluit veel beter aan bij de inkomstenbelas
ting. Verder kent de progressie van inkom
stenbelasting en volksverzekeringen sa
men geen pieken en dalen meer, maar
wordt het een vloeiend verloop. Ook ont
staat een beter inzicht in het effect van de
belastingheffing op een aftrekpost of een
bijverdienste. Het naast elkaar bestaan
van twee dienstbetrekkingen leidt voortaan
pas tot een aanslag inkomstenbelasting
als het gezamenlijk loon meer is dan
f 46.000,-. Er is geen afzonderlijke be
zwaarschriftenprocedure meer voor de
volksverzekeringen.'
Tweeverdienerswetgeving De in 1984
en 1985 ingevoerde tweeverdienerswetge
ving wordt voor een deel afgeschaft. Ver
vallen zijn: de arbeidstoeslag, de aanvul
lende arbeidstoeslag, de alleenstaande
toeslag (behoudens een overgangsregeling
voor 1990) en de voetoverheveling (met
behoud van een alles of niets overdracht
van de basisaftrek). De indertijd ingevoer
de systematieken, bijvoorbeeld de inko-
menstoerekening, blijven ongewijzigd.
Aftrekposten 'De moeilijkheidsgraad
van de belastingwetgeving wordt vaak afge
meten aan het aantal mensen dat in staat
is zelf zijn aangiftebiljet in te vullen', zegt
Rombouts. 'In die zin zal men straks kun
nen concluderen dat we erop vooruitge
gaan zijn. Hulp werd namelijk vaak ingeroe
pen, omdat men bang was een aftrekpost
te vergeten. Die angst lijkt me voortaan
overbodig. Het aantal aftrekposten wordt
drastisch verminderd. Die kaalslag van af
trekposten moet worden gezien als tegen
hanger voor de verlaging van het toptarief
van 72% naar 60%. Vooral deze categorie
zal zijn aftrekposten verspelen.'
Kosten van verwerving In eerste aan
leg blijft het bestaande systeem van kos-
tenaftrek overeind. Men mag kosten af
trekken mits ze nodig zijn voor, of objectief
gezien kunnen bijdragen aan, de behoorlij
ke vervulling van de dienstbetrekking.
Rombouts: 'Volgens de oude wetgeving
moest een en ander binnen de grenzen der
redelijkheid blijven, maar die grenzen wer
den door de Hoge Raad zeer ruim getrok
ken. Mede hierdoor werden vooral de pos
ten met een privé karakter - de gemengde
kosten - tot op grote hoogten opgevoerd in
de aangiften, zonder dat de fiscus daar
veel tegen kon ondernemen.' De wetgever
heeft de belastingdienst nu twee nieuwe
wapens in handen gegeven, twee algeme
ne criteria. Verder is een groot aantal ge
mengde kosten van aftrek uitgesloten, dan
wel aan beperkingen of normen onderhevig
gemaakt.
Algemene criteria Rombouts geeft
een voorbeeld: 'Een bankdirecteur schaft
zich in 1990 voor f 3.000,- boeken en vak
tijdschriften aan. Gesteld dat deze nodig
zijn voor zijn werk, dan zal de inspecteur
tot en met 1989 deze uitgaaf moeten ac
cepteren als een aftrekpost. In de 'Oort'-
situatie legt de inspecteur twee nieuwe
toetsen aan. Dat zijn het omvangscriterium
en het vergelijkingscriterium. Stel: Het is
onder bankdirecteuren gebruikelijk om per
jaar f 1.800,- uit te geven aan boeken en
daarom is slechts dat bedrag aftrekbaar.
Dat heet het omvangscriterium. Dat deze
directeur meer leest voor zijn werk is niet
van belang. Evenmin de omstandigheid dat
hij zijn aankopen toevallig geconcentreerd
heeft in één jaar. Geeft hij volgend jaar