Privacy-reglement bedrijfsgezondheidsdienst Rabobank ingevoerd H Rabo band De bedrijfsgezondheidszorg binnen de Rabobankorganisatie is de laatste jaren sterk uitgebreid. Sinds vorig jaar wordt ook een groot deel van de bedrijfsgezondheidszorg voor medewerkers van aangesloten banken door de BGD-RABO uitgevoerd. Door de toe name van het aantal cliënten worden steeds meer gegevens van medische, psychologische en bedrijfshygiënische aard in de ge automatiseerde administratie van de BGD vastgelegd. De regis tratie van deze persoonsgegevens is geregeld in een privacy reglement. We spraken daarover met Jan Hageraats, hoofd van de BGD. De persoonlijke levenssfeer beschermen Rechten geregistreerden Nummer 11/11 augustus 1989 et privacy-reglement komt ge deeltelijk voort uit het medisch beroepsgeheim van de artsen en de gedragscode voor psychologen', ver telt Hageraats. 'Dat zijn zaken die al lang bestaan. Daarnaast is het nieuwe regle ment vooral gebaseerd op de eind 1988 aangenomen Wet Persoonsregistraties.' Het concept van het privacy-reglement is besproken en goedgekeurd door de Caar en de ondernemingsraad van Rabobank Nederland. Geheimhoudingsplicht Hageraats: 'De BGD heeft tot taak de gezondheid van ie dere medewerker in verband met zijn werk te beschermen en te bevorderen. De wet legt daarbij aan de bij een be drijfsgezondheidsdienst werkzame perso nen de verplichting op medische, psycho logische en persoonlijke gegevens ge heim te houden. Maar ja, persoonsgege vens kunnen steeds meer en steeds ge makkelijker worden gekoppeld aan soci aal-medische en psychologische gege vens. Zeker nu de meeste gegevens ge automatiseerd zijn vastgelegd. Er komen dan ook steeds meer vragen over het op slaan, bewaren en beheren van deze ge gevens. In antwoord daarop heeft de BGD het privacy-reglement ontwikkeld.' Het reglement voorziet in twee per soonsregistraties: één voor de sociaal- medische en één voor de psychologische gegevens, elk in een eigen reglement vastgelegd. Hageraats is als hoofd BGD aangewezen als 'houder'. Dat betekent, dat hij bevoegd is te bepalen voor welk doel de registratie is bestemd, welke ge gevens erin moeten worden opgenomen en aan wie, wanneer en onder welke voorwaarden gegevens zullen worden ver strekt. Hageraats is belast met het coör dinerend beheer van alle persoonsregis traties binnen de BGD. Daarnaast is elke BGD-medewerker zelf verantwoordelijk Hageraats: 'Er is geen verbinding met andere systemen. voor het beheer van de gegevens die on der hem rusten. Stand alone systeem 'De registratie van sociaal-medische en psychologische gegevens is op geen enkele wijze verbon den met een systeem dat de grenzen van de BGD te buiten gaat', benadrukt Hage raats. 'Er is dus geen verbinding met an dere Rabobank-systemen, zoals bijvoor beeld het Personeels Registratie- en Infor- matiesysteem (PRIS). De geautomatiseer de opslag van gegevens binnen de BGD gebeurt dan ook in een zogenaamd stand alone systeem: een computer opgesteld in een ruimte binnen de BGD en alleen toegankelijk voor de medewerkers van de BGD.' Derden hebben dus nooit toegang tot het systeem. Wel worden soms gegevens aan derden verstrekt. Hageraats: 'Binnen de Rabobankorganisatie kan dat, indien het belang van de geregistreerde en het bedrijfsbelang zich daar niet tegen verzet ten. Dit gebeurt alleen als de geregis treerde daar schriftelijk toestemming voor heeft gegeven. Ook aan derden buiten de Rabobankorganisatie kunnen gegevens worden verstrekt. Dat gebeurt bijvoor beeld - altijd anoniem - in het kader van wetenschappelijk onderzoek. Verder ge ven we - op verzoek van en met vooraf gaande schriftelijke toestemming van de geregistreerde - gegevens aan bijvoor beeld de huisarts of de GAK-arts. Van ie dere verstrekking wordt aangetekend aan wie dat gebeurt en ook om welke gege vens het gaat.' Bewaren of vernietigen De door de BGD verzamelde gegevens worden uit het lopend bestand van de personeelsregis tratie verwijderd, indien ze niet meer pas sen binnen de beschreven doelstellingen van de persoonsregistratie. Binnen een jaar worden de gegevens uit het lopend bestand overgebracht naar het slapend bestand, waarna de gegevens op termijn vernietigd worden. Het vernietigen en de bewaartermijn kunnen beïnvloed worden door wettelijke voorschriften. Soms wor den gegevens langer bewaard. Reden daarvoor is bijvoorbeeld de mogelijkheid om ziekte-oorzaken op te kunnen sporen, die met de werkomstandigheden te ma ken hebben. 'In een voortdurende wisselwerking met de geregistreerden, hun vertegen woordigers en met de wettelijke ontwikke lingen en voorschriften, zal de BGD haar reglementen waar nodig aanpassen en verfijnen', besluit Hageraats. Het reglement BGD-RABO is opgeno men in het Handboek Personeel en verder ligt het op elke vestiging van de bedrijfs gezondheidsdienst ter inzage. De cliënt heeft - zo staat in het reglement - een belangrijke stem in het kapittel be treffende de over hem verzamelde gegevens en de wijze waarop deze worden be heerd. Waarborgen voor de privacy worden niet alleen gevonden in reglementering van persoonsregistraties, maar vooral ook door toekenning van een aantal rechten aan de geregistreerde personen. Dat zijn er drie: Het recht op kennisgeving van opname van gegevens in een bestand. Dit kan ach terwege blijven als de betrokkene redelijkerwijs kan weten dat zijn gegevens in een bepaalde registratie worden opgenomen. Bijvoorbeeld informatie van huisarts, spe cialist, keuringsgegevens e.d.; Het recht op inzage. De geregistreerde heeft rechtstreeks, of via een door hem aan te wijzen vertrouwenspersoon, inzagerecht; Het recht op verbetering van onjuiste gegevens of op verwijdering van niet meer re levante gegevens. Dit laatste als deze gegevens niet terzake doen gezien de doel stelling van de persoonsregistratie. De procedures tot verbetering of vernietiging van gegevens zijn in het reglement op genomen, net als een daarbij behorende beroepsprocedure.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1989 | | pagina 13