Venture Capital Group: Partner voor banken en bedrijven band Een ondernemer of ondernemer in spé heeft een goed idee voor een produkt, maar geen eigen middelen om een bedrijf te star ten. Of iemand heeft een bedrijf, maar wil een heel nieuw pro dukt gaan maken. Een klein bedrijf wil behoorlijk uitbreiden of weer een ander wil het bedrijf van zijn baas overnemen. Voor een bank is het vaak onmogelijk deze zaken te financieren. De ban caire normen staan dat niet toe. Een mogelijkheid voor de onder nemer om zijn ideeën toch te kunnen verwezenlijken is het in schakelen van een participatiemaatschappij. Deze stelt zoge naamd risicodragend kapitaal beschikbaar, door een aandeel in een bedrijf te nemen. 'Venture capital' kan door de ondernemer worden gebruikt om plannen of projecten te financieren, waar voor hij zelf een tekort aan vermogen heeft. Rabobank Nederland heeft ook participatiemaatschappijen, die tezamen de Venture Capital Group vormen. Een gesprek met Wim Gruijters en Martin van Schijndel van VCG. 'Elk bedrijf heeft zijn eigenaardigheden en eigen aardigheden' Nummer 8/9 juni 1989 Een bedrijf, dat in een bepaalde fase geld nodig heeft en niet of maar ten dele in aanmerking komt voor een bankfinanciering, kan bij een participatie maatschappij aankloppen. De Venture Ca pital Group van Rabobank Nederland (VCG) neemt deel in kleine, middelgrote en grote bedrijven. Momenteel is men betrokken bij bijna 40 bedrijven. Dat varieert van een schildersbedrijf tot de exploitatie van een koelschip en van plantenveredeling tot een computersysteemhuis. Mede gestimuleerd door de van overheidswege ingestelde ga rantieregeling, heeft Rabobank Nederland samen met derden begin 1982 de partici patiemaatschappij Ondernemend Vermo gen Nederland opgericht. Vervolgens kwam daarbij het Biotech Venture Fund, dat zich specifiek bezighoudt met participatie in biotechnologische projecten. Gruijters: 'De Rabobank onderschrijft het belang van de ontwikkelingen in de biotechnologie. Dat heeft alles te maken met continuïteit op termijn van onze cliënten en van onszelf. Als bank moet je in die ontwikkelingen voorop lopen en je nek durven uitsteken. Nadat Ondernemend Vermogen Nederland een 100% belang was geworden, zijn me dio 1988 beide participatiemaatschappijen samengevoegd onder de naam Rabobank Nederland Venture Capital Group.' Wat kan, wat niet Wat kan de Ven ture Capital Group wel en wat niet voor de aangesloten banken betekenen? Van Schijndel legt uit: 'We zijn geïnteresseerd in participatie in kansrijke bedrijven, die hun kansen niet kunnen realiseren omdat ze onvoldoende eigen vermogen hebben. Kansrijk wil zeggen groei, potentie, etc. Daarbij mag het bedrijf in haar bedrijfsvoe ring niet afhankelijk zijn van één persoon. Dus geen dierenarts of 'de slager op de hoek'. Als die persoon wegvalt, is de conti nuïteit in het bedrijf namelijk weg.' Gruijters: 'Fleeft een bank een financie ringsprobleem dat ze niet kan oplossen, dan gebeurt het wel eens dat men denkt: daar in Utrecht zit een club die alles doet wat normaal niet kan. Laten we de cliënt daar maar heensturen. Er zijn zaken die naar ons toekomen, die geen venture karakter hebben. In zo'n geval kost het ons dan veel tijd om de zaak te bekijken en vervolgens naar de bank toe te beargu menteren waarom dat niet zo is en hoe ze het zonder ons anders kunnen oplossen. Dat is voor ons én de bank vervelend. De bank denkt dat zij een oplossing heeft, maar moet terug naar de cliënt met slecht nieuws. De bank moet zelf echt in een be drijf geloven, voordat men het aan ons doorgeeft. De bank kan als het ware als zeef fungeren.' Ook nieuwe cliënten Een bank kan door een beroep te doen op de Venture Ca pital Group klanten verwerven. Een bedrijf, dat volgens bancaire maatstaven niet fi nancierbaar is, kan cliënt blijven of wor den. Bedrijven met een lage eigen vermo genspositie, lager dan 20%, zijn niet mak kelijk traditioneel te financieren. Gruijters: 'Denkt een bank van zo'n bedrijf met een lage eigen-vermogenspositie: dat is een Rabobank Nederland Venture Capital Group bestaat uit: Ondernemend Vermogen Nederland. Een participatiemaatschappij voor aller lei bedrijven, van klein tot groot. Biotech Venture Fund. Een participa tiemaatschappij speciaal voor de bio technologie. flexibel bedrijf met goede kansen, dan kan men ons inschakelen. We zien het meest in vernieuwende bedrijven, daar zitten de goede toekomst-verwachtingen.' Van Schijndel: FHet komt zelfs voor dat iemand alleen een idee heeft en nog geen bedrijf. Zo'n idee moet gecommercialiseerd wor den. Hoe doe je dat? Ook daarvoor kan men bij ons terecht.' 'Wat ook van essentieel belang is', zegt Gruijters, 'is dat een bank zo snel mo gelijk naar ons toe komt. Dan kunnen we met de bank samen bekijken wat we kun nen doen voor een cliënt. Bij een grote overschrijding van de krediet-limiet is men al te laat.' Van Schijndel: 'Als een bank belt en zegt: ik krijg het niet rond en de cliënt moet morgen geld hebben, dan kun nen ook wij niets meer doen. Wat de plaat selijke bank voor gegevens heeft over een bedrijf, is voor ons slechts het begin. Wij willen met de accountant praten, met het tweede, derde echelon, etc. We moeten heel veel weten voor we ergens instap pen.' De praktijk Komt een aangesloten bank met een bedrijf naar de Venture Capi tal Group toe of stapt een bedrijf zelf direct naar de VCG, dan vindt - als het enigszins mogelijk is - binnen een week een eerste gesprek plaats. Op zo kort mogelijke ter mijn wordt besloten of er bij VCG in princi pe interesse is. Van Schijndel: 'Zo ja, dan gaan we kijken of we tot een participatie- voorstel kunnen komen. We beginnen dan een onderzoek. Dat duurt maximaal twee maanden. Wij kijken wat er voor plannen zijn, hoe het bedrijf er uitziet en of de on dernemer het aan kan. We analyseren het ondernemersplan. We lichten als het ware de hele doopceel. We proberen ook voor onszelf een beeld te creëren van de markt. We laten onderzoeken doen en verifiëren zoveel mogelijk zelf. We moeten onze wijs heid vaak overal vandaan halen, want wat we zien is meestal heel nieuw. Er is vaak nog niet veel over bekend.' 'Wij presenteren ons direct als een partner waar de ondernemer de toekomst mee in moet. Wij zijn geen bankier', stelt Gruijters. 'Dat weet de ondernemer van te voren. Wij nemen via aandelen deel in het bedrijf. Wij gaan mede de kar trekken en leveren toegevoegde waarde. Wij brengen het bedrijf op een hoger niveau. Wij gelo ven erin, we doen het samen. Het is een in tijd afgegrensd partnership. We gaan eruit op een moment dat een bedrijf verant woord afscheid van ons kan nemen. De ondernemer wil zijn bedrijf natuurlijk het liefst helemaal alleen voeren. Daar hoeven we niet omheen te draaien. Maar hij krijgt het bancair niet rond, dus dat kan niet. Wij zijn in eerste instantie een 'noodzakelijk kwaad'. Maar de doelstellingen van de on dernemer komen door ons dichterbij. We leveren duidelijk een toegevoegde waarde. Dat blijkt meestal al gauw. Venture capital heeft nog een beladen klank bij veel onder-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1989 | | pagina 5