Rabo band De Rabobank Sneek-Joure wil iedereen bij het beleid betrekken Nummer 6/28 april 1989 Iemand die niet alleen aangeeft wat er moet gebeuren, maar die ook meehelpt met de implementatie en voor een stukje begeleiding zorgt.' Stappenplan 'We zijn begonnen met het opstellen van een stappenplan,' vertelt Projectmanager De Jong, 'We hebben gefor muleerd wat gaan we doen, met wie en wanneer. Dan wordt er veel gepraat en gediscussieerd. Op micro-niveau, de mede werkers dus, komen indringende vragen op tafel, die voorheen nooit werden gesteld. Kijk nou eens naar je eigen markt, ontwikkel maar eens initiatieven met betrekking tot die markt. Vaak weet men er eerst niet goed raad mee. Dan worden de schouders opgehaald en er wordt gezegd: wat een ge leuter is dat nou. Wij verzorgen hier de vast legging van de cijfertjes en commercieel denken is of was eigenlijk in dat opzicht niet noodzakelijk. Dan ga je zeggen: ja, maar jul lie zijn ook een commerciële club. Het vergt wel wat om dat commercieel bewustzijn aan te praten.' Van Rijn: 'De mensen gingen, toen ze eenmaal bezig waren, de lol ook van inzien. Wat zijn nou mijn goede klanten, wat voor kansen zitten daar in?' Rendabel De cliëntsegmentatie heeft daar ook toe bijgedragen', vertelt Dorst. 'Daar hadden we nooit mee gewerkt. Je doet verrassende ontdekkingen. Bijvoor beeld dat een groot deel van je cliënten niet bijdraagt aan je resultaat. Je dacht: ik heb een druk kantoor, dus is het rendabel. Dat gaf voor mensen van de balie, maar ook voor ons, een verrassende uitkomst.' De Jong: 'Hoe ga je dan om met die goede cliënt, je moet opeens onderscheid ma ken. Dan krijg je te maken met theorieën die er in de organisatie zijn. Over cliëntbe diening: maatwerk, standaardadvisering, routine.' Dorst: 'Je hebt een eigen cultuur, die willen wij in Katwijk niet te veel veran deren. De cliënt moet zich blijven thuisvoe- len; een persoonlijke bediening wordt op prijs gesteld.' Bankhai Drost: 'Als gevolg van het project is de bankhai aangepast. Voor in de bank de GEA, dan de geldwinkel, ge volgd door de adviesbalie, met daarachter een ring van spreekkamers en spreekhoe- ken, waar adviesgesprekken kunnen plaats vinden. Dat is het in een notedop, de hoofdmoot. We wachten nu op wegwij- zerbordjes. Dan kunnen we de gewijzigde klantbediening gestalte geven.' 'We hebben duidelijk een toplaag van klanten, die voor een goede rentabiliteit zorgt', zegt Van Rijn. 'Het is niet denkbeel dig dat andere marktpartijen, denk aan Ro- parco, zuigkracht uitoefenen. We moeten extra zuinig op ze zijn. Vandaar dat we van een passief naar een actief beheer zijn ge gaan.' Dorst: 'We zitten nu nog midden in de uitwerkingsfase. We hebben de activi teiten uitgezet op een tijdslijn. Het moet niet verzanden. Er zijn dingen die lopen nu. Het meeste ligt in de particuliere sfeer.' De Jong: 'De hulpmiddelen zijn in het ka der van het project aangereikt, nu moet de bank het aan de gang houden. Het vlieg wiel moet blijven draaien.' Projectmanagement: een voorbeeld uit de praktijk De bank Sneek-Joure heeft bijna 100 me dewerkers en 9 kantoren. Er wonen 56.000 mensen in het werkgebied en het marktaandeel van de bank ligt rond de 60%. Het balanstotaal is 450 miljoen gul den. Vier jaar geleden vond de fusie plaats tussen Sneek en Joure. Gerrit van der Duim, hoofd interne zaken, heeft bij de bank Sneek-Joure het project voor een groot deel getrokken. Directeur Bert de Jong zwaait hem al aan het begin van het gesprek alle lof toe. Van mei tot oktober 1988 heeft in Sneek-Joure het pro ject plaatsgevonden. Via via wist men in het Friese, dat er in Eindhoven een afde ling was, die banken kon doorlichten. Vol gens De Jong waren er bij de bank geen specifieke problemen: 'We waren geen S- min bank, de rentabiliteit en solvabiliteit waren goed.' Waarom dan toch een onder zoek? De Jong: 'We wilden iedereen zoveel mogelijk bij het beleid betrekken. De neu zen van honderd mensen in één richting krijgen kost best wat moeite. Na de fusie ging het ons goed. Toch hebben we ge zegd: laten we er eens een paar mensen van buiten bij betrekken, dat geeft mis schien een nieuwe kijk op verschillende za ken.' Wilbert Gooskens en Harry Arke- steijn, die ook bij andere banken ervaring hadden opgedaan, hebben de bank Sneek- Joure begeleid. Van der Duim: 'Het was voor beheerders nieuw om in het beleid mee te denken. De heren van projectma nagement hielpen het personeel met het naar buiten brengen van hun denkbeelden, ledereen kon in een persoonlijk gesprek aangeven wat men belangrijk vond voor zijn kantoor of werkplek.' Het feit dat de projectmanagers van buiten de bank, maar van binnen de organisatie kwamen, was belangrijk. 'Wij gingen wel elk jaar de kan toren langs, maar als we dan vroegen hoe het ging of wat ze wilden, bleef je steken bij niet ter zake doende kleinigheden', zegt De Jong, 'en dat hoeft dus niet in een be leidsplan.' Van der Duim: 'Arkesteijn en Gooskens kennen de techniek om er meer uit te halen, om iedereen erbij te betrek ken.' Echte knelpunten bleken er niet te zijn in Sneek-Joure. 'Dat wisten we ook wel', zegt De Jong met gepaste trots. 'Dat was ook niet het punt, maar we wilden geen topstructuur waarin de directie be slist. ledereen moet meedenken over de toekomst, het is ook hun belang.' Van der Duim: 'Het enthousiasme om mee te den ken is wel wakker geschud! De betrokken heid tot het eigen kantoor of de eigen af deling was er wel, maar verder ging die be trokkenheid niet. Nu denkt men dus wel verder. Wat betekent een verandering voor de rentabiliteit? Wat verdien ik er meer mee? Men is zich meer bewust geworden van de eigen verantwoordelijkheid in veel zaken.' Cliëntenrentabiliteit 'Wat iedereen nu benadrukt is de particuliere sector, de cliëntenrentabiliteit en de groepsindeling van de cliënten', zegt De Jong. 'Het is ei genlijk moeilijk om van A en B cliënten te spreken. Onze mensen keken er althans een beetje moeilijk tegenaan: iedereen is ons even lief. We zijn er nog niet hele maal uit, maar dit betekent toch een beleidsombuiging. En die moeten we vast houden. We sturen niemand weg, maar proberen wel 'de grote vis binnen te ha len'. Maar ach, welke bank doet dat niet, en ze zitten hier in Joure en Sneek alle maal hoor.' Activiteitenplan Alle te ontplooien ac tiviteiten, die uit het project naar voren zijn gekomen, zijn uitgezet op een tijds lijn. De Jong: 'We willen nu een werk groepje in het leven roepen, dat gaat kij ken wat er van die plannen is uitgevoerd. G. van der Duim (I.), hoofd interne zaken Rabo bank Sneek-Joure: (Het project kostte veel tijd, maar het was de moeite waard). E. de Jong (r.), directeur Rabobank Sneek-Jou re: ledereen bij het beleid betrekken. Ook de OR is daarbij betrokken. We heb ben de mensen enthousiast gemaakt, dus moeten we doorgaan. Het rapport moet niet in de kast terecht komen.' Van der Duim: Wat ons is tegengevallen, is de tijd die het heeft gekost. Vooral het bo ven water halen van allerlei gegevens. En het verwerken van de gesprekken is ook een hele klus. Er moet op een gegeven moment een lijn in komen. En dan moet je ook weer terug naar het micro-niveau. Als een idee niet is overgenomen, moet je vertellen waarom niet. Je moet voor zichtig met iedereen omgaan. Mijn gewo ne werk heeft zich tijdens het project be hoorlijk opgestapeld.' Doorgaan De Jong: 'Toen de heren van Management Ondersteuning AB hier ver trokken, was voor hun het project afgeslo ten. Voor ons gaat het verder. We moeten nu doorgaan en niet inslapen. Eigenlijk zou je zo'n exercitie elke vijfjaar moeten doen. Het is goed voor iedereen, van hoog tot laag. Het enige bezwaar is, zoals al ge zegd, dat het erg veel tijd kost. Je zou er haast iemand voor vrij moeten maken. Iemand die op z'n strepen kan gaan staan, iedereen begeleidt en de voortgang in de gaten houdt. Iemand moet het project coördineren en de mensen motiveren. De wensen moeten natuurlijk wel reëel zijn. Een kaskantoor, dat hypotheken wil verko pen, is leuk maar waarschijnlijk niet prak tisch. De haalbaarheid staat voorop.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1989 | | pagina 16