marktbewerking in studentensteden Rabo NSoiiwa aannaL Resultaten experimen- iH IW* dclll|jctl\ ten in praktijk gebracht Studenten aan het wetenschappelijk en het hoger beroepsonder wijs wonen meestal in de plaats waar zij de opleiding volgen. Uit andere steden en dorpen trekken ze daar naar toe om zich een aantal jaren aan een studie te wijden. Die jonge mensen krijgen met geldzaken te maken, of ze willen of niet. Studiebeurs, ka merhuur, contant geld, een verzekering, collegegeld, het moet al lemaal worden geregeld. Daar heb je een bank en een betaalre kening voor nodig. Na de studie gaan de afgestudeerden aan het werk, vaak met een redelijk inkomen en de nodige autoriteit: het zijn wat je zou kunnen noemen 'beslissers'. Banken rekenen die afgestudeerden graag tot de cliënten. Dat is gemakkelijker te re aliseren als ze tijdens de studie al voor een bank hebben geko zen. Dat is het uitgangspunt voor het nieuwe studentenbeleid. Studentenmarkt in beweging Nummer 9/1 juli 1988 band Een dinsdagmiddag in juni. Vertegen woordigers van banken uit de regio Haarlem met een WO- of HBO-oplei- ding in het werkgebied zijn naar het regio kantoor gekomen om méér informatie te vergaren over de toekomstige bewerking van de studentenmarkt. Uit Eindhoven zijn Rob Lohman en Karei van der Burgt van Marketing Pariculieren naar Haarlem geto gen om vragen te beantwoorden en de nieuwste ontwikkelingen toe te lichten. Want, binnen de studentenwereld is er mo menteel heel wat aan de hand. De onze kerheid over de eventuele wijziging van de studiefinanciering maakt de uitvoering van de al lang geplande activiteiten er niet een voudiger op. Gedurende enkele jaren is er door de aangesloten banken Wageningen-Rhenen en Groningen-Haren geëxperimenteerd om te komen tot een effectieve aanpak van de studentenmarkt. Het doel daarvan was om, zoals de heer Lohman het formuleert, 'het inzicht te vergroten in de mogelijkhe den om cliënten onder de studenten te werven en te behouden'. De resultaten van de proef waren bemoedigend. Na een jaar was in Groningen onder eerstejaars studenten een penetratie gerealiseerd van 40%. Voor het experiment van start ging, was dat nog maar 15%. In Wageningen werd de penetratie gebracht van 25% op 63%. Na twee jaar waren de percentages opnieuw gestegen, in Groningen tot 52% en in Wageningen tot 64%. Ook het realise ren van een verhoging van de dienstenaf- name behoorde tot de doelstelling van het experiment. In twee jaar tijd werd die in Groningen van 1,3 gebracht op 1,9 en in Wageningen van 1,1 naar 1,6. De 'trekkers' van het project, Lohman en Van der Burgt, hebben heel wat tijd in het project gestoken. Het resultaat liegt er niet om: een uitgebreide handleiding en zes marktbewerkingspakketten maken het de banken mogelijk, goed geïnformeerd aan de slag te gaan. Wat zal het reslutaat zijn? De heer Lohman: 'We hebben vier doelstellingen. In de eerste plaats willen we op termijn landelijk onder studenten een penetratiegraad van 35% realiseren. Die is nu nog maar 12%. De dienstenafna- me willen we brengen op het hoogst haal bare niveau van 3 per studentcliënt. Dat is doelstelling nummer twee. Het zal duidelijk zijn, dat we de student na afloop van de studie voor de organisatie als cliënt willen behouden. Bij doelstelling nummer drie hebben we daarom gesteld, dat er een vol ledige relatieoverdracht van afgestudeerde cliënten moet plaatsvinden naar de Rabo- banken in de uiteindelijke plaats van vesti ging. Dat geldt ook voor cliënten, die voor- Aktieve medewerking alle banken gewenst Een effectieve bewerking van de stu dentenmarkt valt of staat met de me dewerking van alle aangesloten ban ken. De heer Lohman: 'Volledige rela tieoverdracht van VWO- en HAVO- schoolverlaters, die het ouderlijk huis verlaten om te gaan studeren en zich gaan vestigen in een studentenstad, is noodzakelijk. Daarom doe ik een be roep op alle banken om actief mee te werken aan een volledige relatieover dracht van die cliënten. Alleen dan kunnen we gezamenlijk de doelstelling realiseren en de studentcliënten na afloop van hun studie voor de organi satie als interessante relatie behou den.' tijdig de studie afbreken. Tenslotte streven wij naar een verbetering van ons imago on der deze doelgroep. We moeten ons in de ogen van de studenten positief onderschei den van de andere banken.' De 'studentenbanken' zullen zich veel inspanningen moeten getroosten om met goed resultaat deze markt te bewerken. Dat kost ook extra geld. Het vervelende is, dat als de studentcliënt is afgestudeerd, deze voor de bank pas écht interessant kan worden. Op dat moment vertrekt de cliënt naar elders. Voor dat probleem is een oplossing gevonden. De heer Van der Burgt: 'Er is een vergoeding voor de kos ten van marktbewerking en relatiebeheer ten behoeve van Rabobanken in studen tensteden. Voor iedere zelfstandig wonen de student-cliënt die een betaalrekening aanhoudt ontvangt de bank een bepaald bedrag. Daarmee wordt voorkomen, dat de betreffende banken weinig of geen aan dacht besteden aan studenten, omdat ze toch niet rendabel zijn. Bij een Rabobank in een studentenstad verhuizen die cliën ten na de studie immers toch weer naar el ders.' 'De bewerking van de studentenmarkt vraagt extra aandacht. Dat betekent dat u een coördinator moet aanstellen,' raadt de heer Lohman de aanwezige banken aan, 'doet u dat niet, dan is het haast voorspelbaar dat u het niet redt. De erva ringen van Groningen en Wageningen wij zen dat uit.' Net als bij andere akties ge bruikelijk is, blijken de meeste aanwezige banken al zo'n coördinator te hebben aangesteld. Uitgebreide informatie is voor de banken beschikbaar om de markt se rieus en goed aan te pakken. Het begint bij de aankomende studenten, die de voorlichtingsdagen van de onderwijsin stelling bezoeken en gaat dan via een systeem van kamerbemiddeling naar acti viteiten rond de introductieperiode aan het begin van de studie. Hebben de stu denten eenmaal een relatie met de bank, dan zijn de inspanningen erop gericht om het aantal diensten te vergroten. Ook daarvoor is een marktbewerkingspakket samengesteld. De uitvoering van de Wet Studie Finan ciering eist veel van de aandacht op. Op die dinsdagmiddag in juni was de minister van Onderwijs nog niet tot een beslissing gekomen. De eigen Rabobank Studenten lening is er wel, maar die is voor een se lecte doelgroep. 'Een goed produkt', was de mening van de aanwezigen. De nu nog roerige studentenmarkt kan met de resultaten van de proefbanken Wa geningen en Groningen serieus worden ontgonnen. Het resultaat moet zijn, dat studenten zich thuis voelen bij de Rabo bank, er al hun bankdiensten afnemen en dat ook na afloop van de studie zo hou den. SP

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1988 | | pagina 9