Afschaffing 'fiscale bijtelling in verband met rentevoordeel' soms nadelig De belastingdienst besliste eind vorig jaar, dat de fiscale bijtelling in verband met rentevoordelen bij personeelslenin- gen vanaf 1 januari 1987 niet langer ver plicht is. Deze beslissing werd algemeen met instemming begroet. Toch zijn er ook situaties waarbij het achterwege laten van de fiscale bijtelling nadelig is. Indien u: - tweeverdiener bent, en - een (hypothecaire) lening op personeelsvoorwaarden hebt, en - uw echtgenoot een belangrijk hoger inkomen heeft dan u, kan het achterwege laten van de fiscale bijtelling voor u per saldo tot een hogere belastingheffing leiden. Als u na lezing van dit artikel tot de conclusie komt dat u er belang bij hebt, kunt u de bank verzoeken om het rente voordeel fiscaal bij te tellen. Waarom is een fiscale bijtelling soms voordelig? Laten we een voorbeeld nemen. Een echtpaar heeft een ei gen woning. De vrouw werkt bij de bank, en heeft een per- soneelshypotheek. Stel dat de man een hoger inkomen heeft dan de vrouw. Als de vrouw de bank verzoekt om het rentevoordeel fiscaal bij te tellen, wordt hiermede haar 'belastbaar inkomen' ver hoogd. Zij betaalt dan meer premie AOW/AWW en loonbe lasting. We nemen aan dat zij zelf geen aangifte doet voor de inkomstenbelasting. De loonbelasting is dan 'eindhef- fing'; zij ontvangt geen belasting terug en hoeft ook geen belasting bij te betalen. De man heeft het hoogste inkomen. Hij zal dan de aftrek posten omtrent de eigen woning fiscaal verwerken. Naast de werkelijk betaalde rente mag hij nu ook het bij het loon van zijn vrouw bijgetelde rentevoordeel aftrekken. De bijtelling van het rentevoordeel zorgt er dus voor, dat: - het belastbaar loon en de ingehouden premie AOW/- AWW en loonbelasting bij de vrouw hoger worden; - het belastbaar inkomen en dus de verschuldigde in komstenbelasting (en meestal ook de premie AOW/AWW) bij de man lager worden. Uitgangspunt in dit voorbeeld is, dat het inkomen van de man belangrijk hoger is, dan dat van zijn vrouw. Er is dan een verschil in het percentage dat aan belasting verschul digd is. Het kan heel goed zijn, dat de vrouw over het bijge telde rentevoordeel bijvoorbeeld 28% loonbelasting betaalt, en de man in verband met de extra aftrek over dat zelfde be drag bijvoorbeeld 42% minder aan inkomstenbelasting ver schuldigd is. Het voordeel van de fiscale bijtelling zou dan 14% over het bijgetelde bedrag zijn. In bovenstaand voorbeeld werd er van uitgegaan dat de man het hoogste inkomen geniet. Uiteraard doet dezelfde situatie zich voor als het 'rolpatroon' omgekeerd is, dus als de man het laagste inkomen geniet, bij de bank werkt en een rentevoordeel heeft. Wat te doen voor 1987? Indien u voldoet aan de hierboven opgesomde voorwaarden ('tweeverdiener' met lening op personeelsvoorwaarden, echtgenoot heeft hoger inkomen) is het verstandig te bere kenen of een fiscale bijtelling van het rentevoordeel voor u tot een belastingvoordeel leidt. De belastingdienst heeft voor 1987 de fiscale marktrente vastgesteld op 5,75%. Er is dus sprake van een rentevoor deel, als de personeelsrente van een of meer leningen lager is. Wij dringen erop aan, om de berekeningen nauwkeurig uit te voeren. Indien u eenmaal hebt verzocht om het rente voordeel bij te tellen, kan dit niet meer worden terugge draaid, ook niet als later zou blijken, dat de bijtelling nadelig werkt. Indien u hier prijs op stelt, kunt u door middel van het ant woordformulier op pagina 6 nadere informatie, met reken- instructies, aanvragen bij de CSPA. De opgave van de bij te tellen bedragen kan dan via de bank (voor Rabobank Nederland: via de Personeelsadministratie) aan de CSPA worden doorgegeven. Voor 1987 zal de bijtel ling dan eenmalig plaatsvinden, waarbij het tarief voor bij zondere beloningen zal worden toegepast, in de eerst vol gende maand na inzending. Voorbeeld Om u een indruk te geven van de wijze van berekenen en de bedragen waar het zo ongeveer om gaat, volgt hier een voorbeeld. Een echtpaar heeft een eigen woning. De belastbare huur waarde is f 1.170,-. De vrouw werkt bij de bank en heeft een jaarsalaris van f 35.000,- (exclusief vakantietoeslag en dertiende maand). Zij heeft een personeelshypotheek. De hoofdsom bedroeg in 1987 gemiddeld f 100.000,- en de personeelsrente is (stel) vastgesteld op 4,6%. De man heeft een inkomen van f 50.000,- (all in). Hij heeft f 6.400,- aan premie AOW/AWW betaald. A. Rentevoordeel. Het voordeelpercentage is 1,15% (5,75 - 4,6). Het rentevoordeel is f 1.150,— (1,15% van de gemiddelde hoofdsom ad f 100.000,-). B. Netto jaarsalaris vrouw, Bruto Sociale premies Premie AOW/AWW Loonbelasting Netto zonder bijtelling rentevoordeel, f 40.717,- f 4.924,- f 5.068,- f 6.241,- f 24.484,- 4

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1987 | | pagina 4