Verslag van de vergadering van de CAAR van 8 april 1987 /-PM01 1. Video apparatuur Onder verwijzing naar het geen in vorige vergaderin gen over het gebruik van video-apparatuur door aan gesloten banken werd be sproken, werd onder de aandacht gebracht dat be sluiten worden voorbereid over het aanbieden aan de aangesloten banken van Computer Ondersteund On derwijs. In dit verband werd door de werknemersdelega tie nogmaals de noodzaak onderstreept om het ge bruik van passende video apparatuur door aangeslo ten banken te bevorderen. Voorts werd desgevraagd medegedeeld dat binnen Rabobank Nederland een keuze wordt voorbereid voor het gebruik van perso- nal computers. Onder meer wordt bezien tegen welke prijs en onder welke condi ties personal computers aan medewerkers beschikbaar kunnen worden gesteld. In de volgende vergadering zal op dit punt worden terug gekomen. 2. Interne arbeidsmarkt Medegedeeld werd dat, on der voorbehoud van instem ming door de Onderne mingsraad, is besloten tot instelling van een vacature bank binnen Rabobank Ne derland. In grote lijnen zal deze vacaturebank dezelfde werking hebben als de ne gen regionale vacatureban ken. Primair zal worden ge tracht om vacatures te ver vullen vanuit het eigen Di rectoraat. Slaagt dit niet, dan zullen alle medewerkers van zowel plaatselijke ban ken als Rabobank Neder land in een sollicitatieproce dure gelijkwaardige kansen hebben. De CAAR nam met instemming kennis van deze mededeling en verzocht Rabobank Nederland na on geveer 2 jaar een evaluatie van de werking van deze va caturebank te doen uit voeren. 3. Jaarverslag 1985 Stichting Pensioenfonds Rabobankorganisatie Door de CAAR werd met in stemming kennis genomen van het jaarverslag 1985 van de Stichting Pensioen fonds Rabobankorganisatie (SPR), dat een sterk voor lichtend en informatief ka rakter heeft en, naar het oordeel van de CAAR, een uitstekende aanvulling biedt op de informatie die in een aantal artikelen onder de ti tel 'Wandelingen door Pen- sioenland' in Raboband is gepresenteerd. Bovendien werd geconstateerd dat rui me aandacht is besteed aan de positie van de vrouw in de Rabobankorganisatie. Naar aanleiding van enkele vragen uit de CAAR werden de volgende aangelegenhe den nader toegelicht. De Directie van het Pensi oenfonds verwacht de aan bieding van de jaarverslagen over 1986 en 1987 aanmer kelijk te kunnen vervroegen, zodat in de toekomst de bespreking van het jaar verslag nog voor de vakan tieperiode zal kunnen plaatsvinden. Met betrekking tot de re serve-overdracht werd toe gelicht dat in 1986 de Stich ting Dienstverlening Sa menwerkingsverband is op gericht die zich bezighoudt met de opstelling van over eenkomsten en rekenregels voor een landelijk geldend systeem van reserve-over dracht van pensioenrech ten. Ook de SPR heeft zich bereid verklaard hierin deel te nemen. Dit vereist even wel een aanpassing van het reglement omdat anders aan iedere individuele deel nemer de als vanzelfspre kend te verlenen toestem ming zou dienen te worden gevraagd om diens reserves aan zijn nieuwe werkgever over te dragen. Voorts wordt toegelicht dat nader overleg plaatsvindt over de meest passende wijze van de financiering van de pensioenverplichtin gen door de SPR. Het bestuur zal zich daarover op korte termijn buigen, waar na definitieve besluiten zul len worden genomen, die mede hun uitwerking kun nen hebben op de hoogte van de vereveningsomslag over de aangesloten ban ken. Naar aanleiding van een op merking over de actuaris verklaring, die inhoudt dat de pensioenverplichtingen van de SPR op 'redelijke' wijze tot uitdrukking zijn ge bracht, werd toegelicht dat deze term door de actuaris consequent wordt gebruikt vanuit de visie dat toe komstige ontwikkelingen al tijd een element van onze kerheid in zich hebben. Niet temin kan de SPR naar de huidige maatstaven in ruime mate aan haar verplichtin gen voldoen. Inzake de gehanteerde re- kenrente werd medege deeld dat door de Verzeke ringskamer, die toezicht houdt op het functioneren van de Pensioenfondsen, wordt voorgeschreven dat de pensioenverplichtingen door de fondsen dienen te worden afgefinancierd op basis van een rentevoet van maximaal 4%. Dit is een schatting van de ontwikke ling van de marktrente op lange termijn. Formeel wordt deze rekenrente vast gesteld door het Bestuur van de SPR op advies van de actuaris. 6

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1987 | | pagina 6