l De arbeidsmarkt mensen en mogelijkheden I 1 1 ONTWIKKELINGEN van de arbeidsproduktivi- teit. De gezamenlijke plaatselij ke banken (incl. ROG's) hadden per 31 december 26 445 personeelsleden in dienst (24 517 volledige ar beidsplaatsen). De toename ten opzichte van 1985 be droeg 1 090 personeelsle den, een groei van 4,3% in aantal personeelsleden en 3,7% in volledige arbeids plaatsen. ziet er naar uit dat het per centage deeltijders binnen de organisatie zich zal stabi liseren tussen de 20 en 25%. Bij de meeste plaatselijke banken is er niet veel ruimte meer voor uitbreiding van het percentage deeltijders. Naast organisatorische haal baarheid is hiervoor nog een andere reden aan te geven. De reeds in dienst zijnde medewerkers die interesse hadden in deeltijd-arbeid Ontwikkeling Personeelsbestand Rabobank Nederland en gelieerde instellingen 5.050 4.900 4 750 4 600 4 450 4.300 □I Totaal aantal medewerkers Volledige arbeidsplaatsen M 1982 1983 1984 1985 1986 Bij Rabobank Nederland, de geliëerde instellingen en Stichting Pensioenfonds Rabobankorganisatie (SPR) groeide het personeelsaan tal met 218 personen tot 4 982, zijnde 4 805 volledi ge arbeidsplaatsen. Dit be tekende een groei van 4,6% in personeelsaantallen en 4,3% in volledige arbeids plaatsen. Dit percentage wordt sterk beïnvloed door dat de cijfers van de Neder landse Scheepshypotheek- bank hierin begrepen zijn. Zouden deze buiten be schouwing gelaten worden dan zouden de percentages uitkomen op respectievelijk 3,1 en 2,8%. Groei deeltijdpercentage dalende De toename van het percen tage medewerkers dat in deeltijd werkt neemt af. Het zijn veelal reeds een derge lijke arbeidsovereenkomst aangegaan, waardoor er in tern steeds minder potentië le kandidaten resteren. Hoewel het aantal omzettin gen van voltijd naar deeltijd dit jaar nog licht steeg kan verdere uitbreiding van het deeltijdpercentage dan ook alleen nog maar verwacht worden bij herintreding in deeltijd van vrouwen en - in beperktere mate - in diensttreding van jeugdigen. Binnen de groep jeugdigen met geschikte vooropleiding zoals bijvoorbeeld MEAO, HAVO etcetera, waaruit vooral geworven wordt, blijkt echter - onder in vloed van de voor hen ver beterde situatie op de ar beidsmarkt -, de voorkeur, steeds meer uit te gaan naar een voltijd-dienstverband. Ultimo 1986 bedroeg het Deeltijdarbeid als percentage van het personeelsbestand 22 20 18 16 14 12 10 8 Plaatselijke banken ^|Rabobank Nederland 1982 1983 1984 1985 1986 deeltijdpercentage voor plaatselijke banken (incl. ROG's) 20,9% en voor Rabobank Nederland en ge lieerde instellingen 10,6%. Voor de totale organisa- tie(excl. buitenlandse vesti gingen) kwam dit percenta ge uit op 19,5%. Jeugdigen De situatie op de arbeids markt werd in 1986 voor de jeugdigen beduidend beter. Het uitzicht op een baan en de mogelijkheden om werk ervaring op te doen zijn voor het merendeel van de jonge ren in het afgelopen jaar, met uitzondering van een aantal 'kansarme' groepen, behoorlijk toegenomen. Ook de banken hebben een bijdrage geleverd aan de jeugdwerkgelegenheid. Door aanstelling van jeugdi gen op deeltijd-basis ge combineerd met scholings inspanningen zijn er de af gelopen jaren heel wat jon geren bij de banken in dienst getreden. Het is duidelijk gebleken dat waar werkgevers samen werken bij opleiding en vor ming van jeugdigen een be langrijke bijdrage kon wor den geleverd aan de oplos sing van de werkloosheid onder jeugdigen. Een deel van de opleiding vindt plaats via het leerlingstelsel. Het probleem dat dit onder wijs nog in onvoldoende mate aansluit bij de behoef ten van de bank werd aan gepakt door praktijkbegelei ding en concrete hulp en ondersteuning bij de inrich ting en keuze van leerstof pakketten. Bij de organisatie zijn in 1986 in totaal 2 746 jeugdi gen onder de 23 jaar bin nengekomen. Van deze jon geren kwamen er 1 794 in voltijd in dienst en 952 in deeltijd. Van de deeltijders kregen 269 een leer-ar- beidsovereenkomst aange boden. Van de, als gevolg van de gemaakte CAO-afspraken sinds 1983 binnen de Rabo bankorganisatie afgesloten leer-arbeidsovereenkom- sten, is inmiddels 95% na voltooiing van de opleiding omgezet in een dienstver band voor onbepaalde tijd, voor een deel in voltijd en voor een deel in deeltijd. Ge zien het grote aantal 'blij vers' kan geconcludeerd worden dat zowel de jeugdi ge werknemer als de bank van deze inspanningen pro fijt blijken te hebben. Op de interne arbeidsmarkt hebben zich de afgelopen jaren een aantal knelpunten gemanifesteerd. Deze knel punten waren onder andere gelegen in afstemmingspro- blematiek bij vraag naar en aanbod van personeel. Het is gebleken dat een aan tal vacatures intern moeilijk vervulbaar was. Er was im mers lange tijd nodig om

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1987 | | pagina 6