Samenvattend verslag van de extra vergadering van de CAAR van 19 januari bepalingen van de CAO vallen. Dit werd een uiterst onge wenste ontwikkeling geacht. Opgemerkt werd dat bij een malige verlenging van een der gelijk arbeidsovereenkomst een eventuele ontslagprocedure via het Gewestelijk Arbeidsbureau dient te verlopen. Ten slotte werd gesteld dat een onjuiste toepassing van deze arbeids contracten ertoe leidt dat ook te lang wordt gewacht met het maken van afspraken over opleidingen. Door Rabobank Nederland werd opgemerkt dat de onder havige notities zijn opgesteld vanuit het oogpunt dat de Rabobankorganisatie op een verantwoorde wijze moet om gaan met arbeidsovereen komsten voor bepaalde tijd en voor parttime dienstverband. Geenszins mogen zij worden gezien als een mogelijkheid om de proeftijd te verlengen. Bij Rabobank Nederland bestaat echter niet de indruk dat in de organisatie op ruime schaal een onjuist gebruik van deze contracten zou voorkomen. 5. Stichting Hulp Personeel Rabobankorganisatie De CAAR stelde de volgende voordracht op voor de sa menstelling van het bestuur van de nieuwe SHPR: Namens de beheerscolleges van de plaatselijke banken: de heren A. H. M. Kerkhof, voor zitter van het bestuur van de Rabobank Twello, en drs. G. A. A. Smits, voorzitter van de raad van toezicht van de Rabobank Schiedam-Vlaardin- gen. Namens de medewerkers van Rabobank Nederland: de heren A. J. Verbakei en E. Wolting. Namens de medewerkers van de aangesloten banken: de he ren G. J. J. M. Joosten, Rabo bank Stramproy, F. Th. Bake- ma, Rabobank Voorthuizen, en W. Heppe, Rabobank Halfweg- Zwanenburg. Namens de directeuren van de aangesloten banken: de heer R. D. W. Nanninga, Rabobank Veendam. Medegedeeld werd dat, hoewel in het algemeen de tarieven voor de particuliere ziekte kostenverzekeringen per 1 ja nuari 1987 met 6% zullen stij gen, het tarief voor het collec tieve ziektekostencontract van Rabobank Nederland op een gelijk niveau zal blijven. Ook het incalculeren van de ver plichte bijdrage van de verze kerden aan de overheid van f 114,- zal niet leiden tot pre mieverhoging. Deze bijdrage zal overigens als onderdeel van de premie worden aangemerkt, zodat zij voor de werkgeversbij drage zal meetellen. Vervolgens werd medegedeeld dat een wijziging wordt voor gesteld in het huishoudelijk reglement van de SHPR. Deze stijging houdt in dat in het huis houdelijk reglement wordt vastgelegd dat de aangesloten banken de werkgeversbijdrage ziektekostenverzekering uitslui tend kunnen verstrekken aan werknemers of gepensioneer den die deelnemer zijn van de Stichting. De wijziging heeft ten doel te voorkomen dat een bank een selectie gaat toepassen voor degenen die zij wel en die zij niet tot het collectieve contract laten toetreden. Na een korte gedachtenwisse- ling besloot de CAAR om de solidarïteitsgedachte als uit gangspunt te nemen en posi tief te adviseren over de voor gestelde wijziging van het huis houdelijk reglement. 6. Kinderbijslag en toeslagen Van werknemerszijde werd naar voren gebracht dat in de huidige CAO toeslagen zijn be schreven die zijn gekoppeld aan het recht op kinderbijslag. Ge vraagd werd hoe hieraan vorm zal worden gegeven tegen de achtergrond van de onlangs in gestelde studiefinanciering voor jeugdigen vanaf 18 jaar. Geantwoord werd dat in de on derhandelingen over de CAO 1987 een en ander zal worden geregeld. De intentie daarbij is om de huidige voorzieningen op hetzelfde niveau te conti nueren. 7. Beloning assurantie medewerkers Van werknemerszijde werd op gemerkt dat in een nummer van InFormatie in het verslag van de TOC-Verzekeringen is gesteld dat op termijn zou kun nen worden overwogen een meer gericht beloningssysteem voor assurantiemedewerkers uit te werken. Gevraagd werd welke oplossingen daartoe zou den kunnen worden gevonden. Door Rabobank Nederland werd geantwoord dat de des betreffende medewerkers val len onder de bepalingen van de CAO. Een afzonderlijk belo ningssysteem lijkt dan ook niet tot de mogelijkheden te beho ren. Bovendien zou het gewij zigde salarissysteem voldoen de mogelijkheden moeten bie den om ook de assurantieme dewerkers naar prestatie te ho noreren. 8. Terugblik eerste zittingspe riode van de CAAR Door de voorzitter en vertegen woordigers van de werkne mers- en de werkgeversdelega ties werd aandacht besteed aan de afronding van de eerste zittingsperiode van de CAAR. Daarbij werd opgemerkt dat de CAAR zich in de afgelopen drie 1. CAAR voor tweede zittingsperiode geïnstalleerd Op maandag 19 januari werd de CAAR voor zijn tweede zit tingsperiode door mr. O. W. A. Baron van Verschuer geïnstal leerd. In zijn installatiewoord wees de heer Van Verschuer - zijn in stallatierede bij de opening van de eerste zittingsperiode van de CAAR in januari 1984 in her innering roepend - op de bete kenis van de getalsverhouding in de CAAR, die bestaat uit 23 werknemers- en 5 werkge versleden. Stemmingen, aldus de voorzitter, dienen in het functioneren van de CAAR een uitzondering te vormen. De ad viezen van de CAAR dienen tot stand te komen op basis van wederzijdse overtuiging, het geen in de eerste zittingsperio de door de zich op een goed ni veau bewegende discussies in belangrijke mate is gereali seerd. Ten slotte wees hij op de onderwerpen die de CAAR op korte termijn zal dienen te be handelen. Het meest in het oog springende daarvan is de be handeling van het nieuwe pen- jaar een positie heeft weten te verwerven en dat de uitge brachte adviezen vrijwel alle door de Raad van Beheer zijn overgenomen. De Raad heeft zich met een breed veld van on derwerpen beziggehouden. Steeds is dat gebeurd in een sfeer van open gedachtenwis- seling, waarbij met name bleek dat de werknemersdelegatie onder meer in de voorbereiden de besprekingen in de regio commissies zich op gedegen wijze in de onderwerpen had verdiept. Aan de afscheidne mende leden van de CAAR werd een woord van dank ge richt voor hun inzet in de afge lopen zittingsperiode. Het ver trouwen werd uitgesproken dat ook de nieuwe CAAR in staat zal zijn om afgewogen en kwa litatief goede adviezen aan de Raad van Beheer uit te brengen. sioenreglement. 2. Taakverdeling Op voorstel van de Werkne mersdelegatie werd de heer A. den Hoed, Rabobank Lopik, be noemd tot secretaris van de CAAR. Tot voorzitter van de Werknemersdelegatie werd be noemd de heer P. L. Liebregts, Rabobank Tilburg, tot plaats vervangend voorzitter de heer L. Brink, Rabobank Amster dam, en tot plaatsvervangend secretaris de heer A. H. Th. J. Smits, Rabobank Schaijk-Reek. 3. Pensioenaangelegenheden Met name ter inwerking van de nieuwe leden van de CAAR werd, evenals dit 25 oktober 1986 al plaatsvond, een alge mene gedachtenwisseling ge voerd over een aantal aangele genheden, die grondslag kun nen vormen voor een nieuw op te stellen pensioenreglement. In een op 25 februari te houden extra vergadering van de CAAR zal nader van gedachten wor den gewisseld over concrete uitgangspunten voor dit reg lement. 13

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1987 | | pagina 13