Voorbeeld (tariefgroep 1,
loonbelastingtabel 1986)
1
2
3
4
5
belastbaar
belastbare
loon
loonbelasting
loonbelasting
maandloon
verhoging
belasting
over de ver
over de ver
over 1 2
hoging (2)*
hoging in
2.000,-
297,70
2.500,-
500,-
437,40
139,70
27,94
3.000,-
500,-
577,-
139,60
27,92
3.500,-
500,-
730,60
1 53,60
30,72
4.000,-
500,-
914, -
183,40
36,68
dit is het verschil tussen het bedrag uit kolom 3 met het bedrag
van kolom 3 van de vorige regel, bijvoorbeeld: bij f 2.500,- is de
loonbelasting f 297,70, bij f 3.000,- (2.500,- 500,-) is dit
bedrag f 437,40. Het verschil is dus f 139,70.
'Van mijn vakantietoeslag kan
ik niet op vakantie: het bruto-
bedrag is leuk, maar door het
bijzondere tarief is de loonbe
lasting verschrikkelijk hoog. Er
blijft netto bijna niets over.' Is
deze (en soortgelijke) veel ge
hoorde opmerking wel juist?
Dat de inhoudingen op loonbe-
talingen (te) hoog zijn hebben
wij al eerder in dit blad betoogd
(artikel 'Schoon is beter' in
Raboband 11/1986). Het is ech
ter een misverstand om deze
hoge inhouding aan het bijzon
dere tarief toe te schrijven.
Als naast het vaste maandsala
ris een 'bijzondere beloning'
wordt uitgekeerd, kan de sala-
risadministratie voor de bereke-
ning van de loonbelasting kie
zen uit twee methodes. Bijzon
dere beloningen zijn eenmalige
uitkeringen als vakantietoeslag,
dertiende maand e.d. en over
werk. De berekeningsmetho
des zijn:
- de (normale) maandtabel
toepassen op het vaste
maandsalaris en de bijzon
dere beloning samen (dus
op de totale bruto-betaling);
- de (normale) maandtabel
toepassen op het vaste
maandsalaris en het 'bijzon
dere tarief' op de bijzondere
beloning.
Uiteraard valt de keuze altijd op
de methode waarbij de in te
houden loonbelasting het
laagst is. Als bij een afrekening
van een bijzondere beloning
blijkt, dat het bijzondere tarief
werd toegepast, is dit de voor
de medewerker gunstigste me
thode.
Progressief tarief
De belastingheffing noemt
men 'progressief' dat wil zeg
gen naarmate het inkomen
stijgt, wordt de verschuldigde
belasting méér dan evenredig
verhoogd. De achtergrond hier
van is, dat 'de sterkste schou
ders de zwaarste lasten kunnen
dragen', Uit het volgende voor
beeld blijkt, hoe de progressie
verloopt.
Het percentage uit kolom 5 laat
de progressie zien. Bij een ver
hoging van het belastbaar loon
met f 2.000,- per maand be
taalt men over de eerste
f 1.000,- ca 27,9%, over de
volgende f 500,— ca 30,7% en
over de laatste f 500,- ruim
36,6% aan loonbelasting.
Het bijzondere tarief
Het bijzondere tarief is een vast
percentage voor loonbelasting,
dat jaarlijks wordt vastgesteld.
De hoogte van het percentage
is afhankelijk van het totale be
lastbare loon in het vooraf
gaande jaar. Bij een maandsala
ris van f 2.500,- zal dat belast
bare jaarloon ca f 35.000,- be
dragen (inclusief vakantietoe
slag en dertiende maand). Bij
tariefgroep 1 is het bijzondere
loonbelastingpercentage dan
27,9%. Dit percentage blijft
het hele jaar, voor alle bijzonde
re beloningen, gelijk. Als we
even kijken naar het voorbeeld,
zien we dat het verschil tussen
de maandtabel en het bijzonde
re tarief is:
Over de eerste en tweede
f 500,- is het verschil gering;
daarna is het tarief voor bijzon
dere beloningen duidelijk veel
voordeliger.
Loonbelasting is voorheffing
De loonbelasting is een voor
heffing voor de inkomstenbe
lasting. ledereen die aangifte
moet doen voor de inkomsten
belasting, ontvangt de eventu
eel teveel ingehouden loonbe
lasting terug (en moet een te
kort aanvullen). Voor veel me
dewerkers, die geen aangifte
hoeven te doen, is de loonbe
lasting 'eindheffing' (de hoogte
van het inkomen en eventuele
neveninkomsten zijn hiervoor
bepalend). Het is dan ook be
langrijk voor deze medewerkers
niet méér loonbelasting in te
houden dan wettelijk verplicht
is!.
Als iemand een beschikking
voor vermindering van loonbe
lasting heeft aangevraagd,
moet hij altijd aangifte doen
voor de inkomstenbelasting.
De hoogte van het inkomen
speelt dan geen rol. Voor me
dewerkers die een beschikking
voor vermindering van loonbe
lasting hebben, passen we op
bijzondere beloningen altijd het
tarief volgens
bijzonder tarief
27,9%
27,9%
27,9%
27,9%
bijzondere tarief toe. De hierbo
ven besproken keuze tussen
normale tabel of bijzondere ta
rief schakelen we in deze geval
len uit. De ingehouden loonbe
lasting blijkt dan veel beter aan
te sluiten bij de uiteindelijk ver
schuldigde inkomstenbelas
ting. Ook worden hiermee ver
velende gevolgen van het te
weinig inhouden van premie
AOW/AWW voorkomen.
Premie AOW/AWW
De Algemene Ouderdomswet
(AOW) en Algemene Weduwen
en Wezenwet (AWW) zijn
volksverzekeringen waarvoor
iedereen die inkomen geniet
premie verschuldigd is (met uit
zondering van 65+ers).
Voor 1986 is de premie voor
beide wetten vastgesteld op in
totaal 12,7% van het belastba
re inkomen. De premie is over
maximaal f 63.750,- verschul
digd, zodat het jaarmaximum
f 8.096,- bedraagt. Werkgevers
zijn verplicht om op loonbeta-
lingen de premie AOW/AWW in
te houden en af te dragen aan
de belastingdienst. Bovendien
moet de werkgever in de vorm
van een opslag op de af te dra
gen premie nog premies voor
AKW, AWBZ en AAW afdragen
(in 1986 ca 106% van de pre
mie AOW/AWW).
De vaststelling van de ver
schuldigde premie op het vaste
maandloon vindt weer plaats
aan de hand van de maandta
bel. Naast de verschuldigde
loonbelasting geeft deze tabel
ook de verschuldigde premie
AOW/AWW aan. De maand
tabel houdt rekening met
het jaarmaximum (in 1986
f 674,60).
Ook de AOW/AWW premie kent
een tarief voor bijzondere belo
ningen. Doordat hier geen spra
ke is van progressie, is dit een
vast percentage dat voor alle
inkomensklassen nagenoeg ge
lijk is.
Het is wettelijk voorgeschre
ven, dat de keuze tussen 'ta
bel' of 'het bijzondere tarief'
die voor de berekening van de
loonbelasting is gemaakt, voor
de berekening van premie
AOW/AWW wordt gevolgd.
Door het maandmaximum in de
tabel, kan dat (voor hogere in
komsten) rare consequenties
de eerste
de tweede
de derde
de vierde
500, -
500,-
500,-
500, -
tarief volgens
tabel
27,94%
27,92%
30,72%
36,68%
11