Wandelingen door
pensioenland
Aflevering 3 De pensioenbreuk
/wilt U MIJ WEER VOLöE/Y ?J
In het vorige nummer heb
ben wij uitgelegd hoe pen
sioenfondsen werken en
welke pensioensystemen zij
voornameljk hanteren. Aan
het slot van dat artikel ga
ven wij de kenmerken aan
van in Nederland gebruikelij
ke pensioenvoorzieningen.
Daarmee zijn we al een heel
eind gevorderd op onze
dwaaltocht door pensioen-
land. Misschien bent u in
middels tot de conclusie
gekomen dat pensioenaan
gelegenheden wel moeilijk
zijn, maar toch logisch in el
kaar zitten.
Dit nummer gaan wij uw
mogelijk optimisme wat
matigen. We moeten u na
melijk de pensioenbreuk uit
leggen. Als er over één
onderwerp op pensioenge-
bied de laatste tijd veel is
geschreven, dan is het wel
de pensioenbreuk. Soms
heel geëmotioneerd: de
pensioenbreuk zou 'georga
niseerde diefstal' zijn. Wat
afstandelijker zeggen ande
ren dat het een klein pro
bleem voor velen en een
groot probleem voor weini
gen is. Voordat we verder
gaan moeten we eerst uit
leggen wat dit verschijnsel
inhoudt.
Onze pensioenvoorzienin
gen zijn er voornamelijk op
gebaseerd dat men steeds
bij dezelfde werkgever blijft
werken, ledereen weet dat
dit steeds vaker niet het ge
val is. Een werknemer anno
1986 verandert tijdens zijn
actieve loopbaan wel eens
van baan en wordt dan ge
confronteerd met het pen
sioensysteem van zijn
nieuwe werkgever. Vaak
sluiten die pensioensyste
men niet op elkaar aan en
treedt pensioenverlies op.
De nieuwe baan betekent
meestal een promotie en le
vert meer salaris op. Dat er
ook minkanten aan zitten
beseft men meestal in de
opwinding rond de nieuwe
uitdaging niet. De pensioen
breuk is ook vaak nog niet
zo concreet aan te geven,
pas na vele jaren worden de
gevolgen op pensioenge-
bied zichtbaar.
Pensioenbreuk kan zich
voordoen in drie vormen.
We sommen ze eerst op en
leggen ze dan uit.
De eerste vorm wordt
veroorzaakt doordat de ou
de werkgever een financie
ringssysteem voor zijn pen
sioenvoorziening hanteert
waarbij er geen evenredige
pensioenrechten per dienst
jaar worden opgebouwd. In
de eerste jaren van het
dienstverband wordt er min
der dan evenredig, (geme
ten naar het aantal verstre
ken dienstjaren) opge
bouwd, in de laatste jaren
meer dan evenredig, zodat
er per saldo toch gemiddeld
1,75% per dienstjaar wordt
opgebouwd.
De tweede gedaante van
de pensioenbreuk bestaat
uit het niet indexeren van
rechten op pensioen na ont
slag. De oude werkgever
geeft zijn vertrekkende werk
nemer een premievrije polis
mee, waarin staat hoeveel
pensioen hij op de pen
sioendatum zal ontvangen.
Dit bedrag wordt echter
meestal niet aangepast aan
de loon- of prijsontwikkelin
gen en wordt dus steeds
minder waard. Hiermee
houdt het probleem verband
dat de nieuwe werkgever
slechts pensioen toekent
over de dienstjaren die bij
hem worden doorgebracht.
Alle salarisverhogingen bij
de nieuwe werkgever in
combinatie met het niet in
dexeren van ontslagrechten
bij de oude werkgever, leve
ren meestal een stevige
pensioenbreuk op.
Tenslotte kan er ook een
pensioenbreuk optreden
doordat de oude werkgever
het toegezegde pensioen op
de pensioendatum na in
gang niet indexeert, terwijl
hij dat wel doet voor werk
nemers die steeds in dienst
zijn gebleven tot hun pensi
onering. Ook daardoor wordt
een eenmaal ingegaan pen
sioen afhankelijk van de op
getreden prijsstijgingen of
loonontwikkelingen steeds
minder waard.
Voordat u verbaasd van uw
stoel valt, nu eerst de uitleg.
Geen evenredige
affinanciering
Zo heet in vaktaal de eerste
vorm van pensioenbreuk. In
het vorige nummer hebben
we u uitgelegd dat pensioen
per jaar wordt opgebouwd.
Meestal in stapjes van
1,75% per dienstjaar en dat
gedurende 40 jaar, zodat er
aan het einde van deze peri
ode een pensioen van 70%
van het inkomen (inclusief
AOW) is opgebouwd. We
gingen er hierbij vanuit dat
het pensioenfonds tegelij
kertijd een hoeveelheid geld
reserveert, die leidt tot het
pensioenrecht dat op dat
moment wordt toegekend,
een financiering derhalve
die gelijk opgaat met de
groei van het pensioen
recht. Vandaar de naam
'evenredige affinanciering'.
Er zijn echter pensioenrege
lingen, waarbij in de eerste
jaren de financiering van de
opgebouwde pensioenrech
ten is achtergebleven ten
opzichte van de hierboven
genoemde evenredige affi
nanciering. In latere jaren
wordt dit voor de perso
neelsleden die blijven wel
weer ingehaald. Wat dat
voor een personeelslid bete
kent, die gedurende de eer-
te 5 jaar zijn dienstverband
beëindigt, laat het onder
staande staatje zien. We
volgen hierbij het getallen-
voorbeeld uit het opbouw-
Dienst
Pensioen
Opbouw
Opgebouwd pensioenrecht
jaar
grondslag
1,75%
bij even
bij minder
per dienst
redige
dan even
jaar
affinan
redige af
ciering
financiering
1
f 30 000,-
f 525,-
f 525,-
f 450,-
2
f 32 000,-
f 560,-
f 1 085,-
f 930,-
3
f 35 000,-
f 612,50
f 1 697,50
f 1 465,-
4
f 38 000,-
f 665,-
f 2 362,50
f 2 035,-
5
f 40 000,-
f 700,-
f 3 062,50
f 2 635,-
6