De wet op de loonbelasting onze coöperatieve organisa tie. Naar buiten toe is ons pensioenfonds op grond van de wet te beschouwen als een ondernemingspen sioenfonds. Binnen de orga nisatie functioneert ons fonds als een bedrijfspen sioenfonds, dat wordt be stuurd door werkgevers en werknemers uit onze hele organisatie. De bedoeling achter het voorschrift een bedrijfs-, dan wel een onderne mingspensioenfonds op te richten is te komen tot een afzonderlijke organisatie waarin alle pensioenpre mies, los van enige directe zeggenschap van de werk gever worden beheerd. Het enige doel is met deze pre mies en de opbrengsten hiervan te zijner tijd pen sioenen te kunnen uitkeren. Een ander element dat ka rakteristiek is voor de PSW, is de bescherming van de rechten van de deelnemer, die voor zijn pensionering met ontslag gaat en derhal ve een slaper wordt. Voor de inwerkingtreding van de PSW ontving een ex- werknemer geen of een veel lager pensioen. Dit hing samen met de opvattingen over pensioen: het was geen recht, maar een gunst. Iemand die voor zijn pensio nering de onderneming ver liet, werd als een deserteur beschouwd, die derhalve de pensioengunst niet meer verdiende. De PSW bracht hier verandering in. Pen sioen is thans een recht dat in een aantal jaren wordt opgebouwd. Wanneer ie mand voortijdig met ontslag gaat, krijgt hij zijn opge bouwde rechten als een uit gesteld recht op pensioen mee. Omdat de PSW de bedoe ling heeft eenmaal toege zegde pensioenen zeker te stellen, is het begrijpelijk dat er een overheidsorgaan is dat toezicht houdt op alle pensioenfondsen. Dit or gaan is de Verzekeringska mer. Jaarlijks beoordeelt de Kamer aan de hand van een verplichte rapportage van de jaarcijfers of ieder Pen sioenfonds wel over vol doende middelen beschikt om aan zijn verplichtingen te voldoen. Een voorschrift tenslotte dat in dezelfde lijn ligt, het zeker stellen van de pen sioenaanspraken, is de be paling dat een pensioen fonds slechts een beperkt gedeelte van zijn vermogen mag beleggen in de eigen onderneming. Uiteraard om te voorkomen dat via deze belegging de aanspraken op pensioen toch nog afhanke lijk worden van de resulta ten van het bedrijf dat de pensioentoezegging heeft gedaan. Hierboven hebben we ge zien dat de PSW geen defi nitie van pensioen geeft. Dit is geregeld in de wet op de loonbelasting. Dit lijkt op het eerste gezicht een erg onlogische plaats, maar schijn bedriegt zoals we zul len zien. De pensioentoe zegging van de werkgever moet gezien worden als een van de inkomsten uit dienstbetrekking en zou daarom maandelijks moeten leiden tot een fiscale bijtel ling bij het loon (op dezelfde wijze als dit gebeurde met het rente voordeel bij de personeelshypotheek). Dit zou betekenen dat op grond van ons fiscale stelsel de uitkeringen na pensionering onbelast zijn, één keer be lasting betalen is immers genoeg. De wetgever die het doen van pensioentoezeggingen heeft willen stimuleren, heeft het bovenstaande omgedraaid. In artikel 11 van de wet is bepaald dat pensioenaanspraken op grond van regelingen die aan bepaalde voorwaarden voldoen, zijn vrijgesteld van loonbelasting. Logisch ge volg hiervan is dat na pen sionering de uitkeringen be last worden. Hierdoor werd de wetgever tevens gedwongen te defi niëren wat onder een pen sioenregeling moet worden verstaan. Hoewel de taal wat ambtelijk is volgen hier onder de drie elementen, waaruit deze definitie be staat. - Er moet sprake zijn van een regeling; - de regeling moet uitslui tend of nagenoeg uitslui tend ten doel hebben de verzorging van werkne mers en gewezen werk nemers bij invaliditeit en ouderdom en de verzor ging van hun echtgeno ten en minderjarige kin deren en pleegkinderen; - de regeling moet gericht zijn op verwezelijking van dat doel door middel van pensioen dat niet uitgaat boven hetgeen naar maatschappelijke opvat tingen, mede in verband met diensttijd en genoten beloning, redelijk moet worden geacht. Als u deze volzinnen goed heeft geproefd, ook al zijn ze slecht verteerbaar, ziet u dat de wetgever er vanuit is gegaan dat pensioen be doeld is als middel om de oude of zieke ex-werknemer en zijn familie te verzorgen. De hoogte van het pensioen is afhankelijk van het salaris en de diensttijd van de werknemers bij een onder neming, maar ook van de maatschappelijke opvattin gen. Hiermee wordt bedoeld dat niet iedere hoogte van pensioen acceptabel is. In zijn algemeenheid geldt een maximum van 70% van het laatstgenoten inkomen, te bereiken bij 40 dienstjaren, waarin de AOW dan is be grepen. Wanneer een pen sioenregeling belangrijk ho ger uitkomt dan bovenge noemde 70% bij 40 dienst jaren, wordt zij als boven matig beschouwd. In het uiterste geval betekent dit dat de vrijstelling van loon belasting niet meer geldt. De minister van financiën, de bewaker van de wet op de loonbelasting, heeft wel de bevoegdheid om in bij zondere gevallen pensioen regelingen, die niet geheel aan de definitie voldoen, aan te wijzen als een toege laten pensioenregeling. Dit is de laatste tijd bijvoorbeeld gebeurd in een aantal rege lingen, die ook pensioen toekennen aan partners van werknemers in andere sa menlevingsvormen dan het huwelijk. In de definitie zal u namelijk zijn opgevallen dat er uitsluitend wordt gespro ken over 'echtgenoten'. In het artikel waarin onze pen sioenregeling zal worden besproken, komen wij nog uitgebreid op de fiscale aspecten van onze regeling terug. Tot slot nog een kleine terugblik De bedoeling van dit artikel was om u in vogelvlucht te schetsen hoe de pensioen voorzieningen zijn ontstaan, welke rol de overheid hierin gespeeld heeft en welke randvoorwaarden er bij het toekennen van pensioen gelden. We hebben dan ook gezien dat de overheid aan iedere bewoner van Neder land van 65 jaar en ouder AOW aanbiedt en dat het bedrijfsleven in veel gevallen hier bovenop aan zijn werk nemers nog eens een aan vullende voorziening geeft. Deze laatste pensioenvoor ziening moet passen binnen de regels van de Pensioen en Spaarfondsen-wet en voldoen aan de definitie van pensioen in de wet op de loonbelasting. In het volgende nummer zullen wij de verschillende pensioensystemen, die in Nederland worden gehan teerd behandelen. Wij hopen dat u deze eerste excursie door Pensioenland plezierig heeft gevonden. Wout Beekman, Pensioenfonds Harry Janssen, Arbeidszaken 8

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1986 | | pagina 8