CAO voor het bankbedrijf
Reserve-overdracht binnen het bankbedrijf
Het op 21 maart bereikte
principe-akkoord inzake de
CAO voor het Bankbedrijf
heeft in de landelijke pers
ruime aandacht gekregen.
Die belangstelling was voor
al te danken aan het feit dat
het akkoord met slechts
twee vakorganisaties, de
Unie BLHP en de VKBV, was
gesloten.
Natuurlijk is dat een belang
wekkend gegeven. In dit
verband gaan we daar nu
niet verder op in. In de publi
citeit is betrekkelijk weinig
aandacht geschonken aan
de inhoud van het akkoord.
Het is wellicht de moeite
waard om daar in dit artikel
wat meer over te zeggen.
Een belangrijk aspect van
iedere CAO die in deze tijd
wordt gesloten is de beteke
nis voor de werkgelegen
heid. In het akkoord staan
maatregelen, die er voor
zorgen dat in het bankbe
drijf 1800 personen extra uit
de externe arbeidsmarkt
worden opgenomen, te
weten:
- 700 als gevolg van deel
tijdarbeid;
- 600 als gevolg van VUT
en eenmalige VUT;
- 500 als gevolg van de
leerarbeidsovereenkom-
sten.
Verder zijn er afspraken ge
maakt over een experiment
met scholing en praktijksta
ges voor 300 langdurige
werklozen teneinde hun
kansen op de arbeidsmarkt
te vergroten.
Daarnaast krijgt, evenals in
voorgaande jaren, de be
strijding van de jeugdwerk
loosheid de nodige aan
dacht door 3000 jongeren
aan te stellen in het kader
van een jeugdwerkplan.
Daaronder vallen de 500 al
eerder genoemden die een
leerarbeidsovereenkomst
krijgen voor de duur van 2
jaar. De overige 2500 krij
gen een deeltijd dienstver
band. Nieuw is dat de
laatstgenoemde categorie
buiten werktijd en op kosten
van de werkgever een func
tiegerichte opleiding zal
gaan volgen. Hieraan zal
binnen de Rabobankorgani-
satie speciaal aandacht
worden besteed.
Een ander belangrijk onder
deel van de CAO is de ar
beidsduurverkorting (ADV).
In 1986 zal de ADV worden
uitgebreid tot 80 uur. Daar
mee is een gemiddelde we
kelijkse arbeidsduur van 38
uur bereikt. De vormgeving
van de ADV was tijdens de
onderhandelingen een heet
hangijzer. De werkgevers
wilden maatwerk, de moge
lijkheid om de ADV toe te
kennen in overeenstemming
met de organisatorische
mogelijkheden. Tot op zeke
re hoogte voldoet de thans
overeengekomen CAO aan
die voorwaarde. De beper
king van ADV tot uitsluitend
eenheden van tenminste 4
uur behoort tot het verle
den. Roostervrij in blokken
van 2 uur is nu ook moge
lijk. Daarnaast kan rooster-
vrije tijd worden aangewend
voor opleidingsdoeleinden,
non-aktiviteit en educatief
verlof. Het is van groot be
lang dat er in 1986 op een
verantwoorde wijze gebruik
wordt gemaakt van de ver
schillende mogelijkheden
die er zijn om de ADV vorm
te geven.
De CAO-bepalingen zijn
echter zo gesteld dat de
vormgeving van de ADV,
wanneer geen roostervrije
uren worden aangewezen,
niet eenzijdig door de werk
gever kan worden vast
gesteld. Werkgever en werk
nemer zullen in onderling
overleg overeenstemming
moeten bereiken.
Het is nu aan de werkgevers
en de werknemers om met
elkaar af te spreken hoe één
en ander in de praktijk zal
worden aangepakt.
W. van Manen
Arbeidsvoorwaarden/
rechtspositie
Er wordt de laatste tijd in de
pers veel over reserve
overdracht geschreven. Dit
is een methode om pen
sioenbreuk (gedeeltelijk) te
voorkomen. Pensioenbreuk
kan optreden als een werk
nemer van werkgever gaat
veranderen. Zijn pensioen
aanspraken bij het pen
sioenfonds van zijn oude
werkgever worden dan
meestal in een premievrije
polis vastgelegd waarin de
concrete bedragen worden
genoemd waarop de werk
nemer bij het bereiken van
de pensioengerechtigde
leeftijd aanspraak heeft.
Het pensioenverlies, de
breuk, wordt veroorzaakt
door de waardeverminde
ring van deze concrete aan
spraken tussen de ontslag
datum en het tijdstip dat het
pensioen ingaat. Deze be
dragen worden namelijk in
het algemeen niet aan de
prijsontwikkelingen aange
past.
Binnen het bankbedrijf is er
om deze reden al op 1 juli
1977 de afspraak gemaakt
dat werknemers die vanaf
deze datum binnen het
bankbedrijf van werkgever
veranderen met het geld dat
hun oude pensioenaan
spraak waard is, de contan
te waarde heet dit in vak
taal, extra pensioenaanspra
ken kunnen inkopen bij het
pensioenfonds van hun
nieuwe werkgever. De pre
mievrije polis komt dan
uiteraard te vervallen. Nu is
de datum van 1 juli 1977
destijds willekeurig geko
zen; werknemers die voor
dit tijdstip binnen het bank
bedrijf van baan zijn veran
derd, worden met deze pen
sioenbreuk nog steeds ge
confronteerd.
Met een aantal andere ban
ken is onlangs afgesproken
dat werknemers die voor
deze datum binnen het
bankbedrijf van werkgever
zijn veranderd, het pensi
oenfonds van hun oude
werkgever kunnen vragen
alsnog tot reserve-over
dracht over te gaan.
Indien u voor deze mogelijk
heid belangstelling heeft en
u voor 1 juli 1977 bij
de Rabobankorganisatie in
dienst bent getreden vanuit
een andere bank, kunt u
contact opnemen met W.
Beekman van de Stichting
Pensioenfonds Rabobankor
ganisatie (030) 34 82 14.
Het Pensioenfonds zal dan
vervolgens contact opne
men met het Pensioenfonds
van uw oude werkgever en
onderzoeken of reserve
overdracht tot de mogelijk
heden behoort.
H. M. J. Janssen
Directoraat Arbeidszaken
7