Nederlanders niet gediend van inkijk
De privacy-problematiek leeft sterk onder het lezerspubliek
van Raboband. IMa een reportage in de vorige editie grepen
diverse collega's de telefoon voor een spontane eerste reac
tie.
Snel werd duidelijk dat het onderwerp de gemoederen bezig
houdt. Moeilijker - maar wie had anders verwacht? - was
het ontdekken van een zekere lijn in de commentaren. Mis
schien liepen daarvoor de opvattingen tezeer uiteen. Wat
vermeende oorzaken betreft, zowel als in de geadviseerde
remedie. Enkele veelgehoorde opmerkingen:
- Al maak je het nog zo ingewikkeld, een waterdicht sy
steem van maatregelen bestaat niet. Het zit in de mens zelf,
zijn nieuwsgierige aard;
- Van dit probleem hebben ze in een stad minder last.
Het speelt voornamelijk op het platteland, waar mensen el
kaar allemaal kennen;
- Klanten worden ongeduldiger. Tegenwoordig heeft ieder
een haast. Zo ontstaat dat gedrang. Daar kun je niets tegen
beginnen;
- Privacy wil iedereen, maar dat je daar zelf aan mee moet
werken komt bij de meesten niet op. Men vergeet het ge
woon;
- Vroeger hoorde je nauwelijks klachten, terwijl de aanpak
vanuit de bank vrijwel gelijk gebleven is. Volgens mij komt
veel narigheid voort uit het feit dat een toenemend percen
tage klanten is aangewezen op uitkeringen. Men zit vaker
krap bij kas, dat leidt gemakkelijk tot irritatie in het contact
met de bank en dan is de kans dat de privacy in het gedrang
komt maar al te groot.
Rabobank-directeur Piet
Rombouts uit Bergeyk stuur
de Raboband in een reactie
een foto uit de oude doos.
Nog pas zeer onlangs heeft hij
'de bank alleen gelaten'. Met
pijn in het hart, dat mogen we
gerust weten. Hij doelt op het
feit dat de voormalige dienst
woning na een recente ver
bouwing bij de bank getrok
ken werd. Het lijkt een hele
ruimte nu. Grondig werd ook
de rest van het pand onder
handen genomen. Wel even
wat anders dan het tafereel op
de foto uit de beginjaren van
zijn loopbaan bij de bank
Niemand had te klagen
Het geslacht Rombouts is let
terlijk al drie generaties van
huisuit betrokken bij het
bankwezen in de Bergeykse
gemeenschap. Het wil heel
wat zeggen, ook op privacy
gebied. Een jarenlange prak
tijk leerde hem dat je wat dat
betreft niet voorzichtig ge
noeg kunt zijn. Zelfs de klein
ste opmerking kan bij deze of
gene verkeerd vallen. Hij her
innert zich hoe in de primitie
ve beginjaren van de bank 'bij
ons thuis' nog iedereen apart
geholpen werd. 'In de gang
thuis stonden stoelen voor de
wachtenden. Het kon wel lang
duren ooit, maar de mensen
hadden meer tijd, zo leek het
wel'.
Vervolgens brak het tijdperk
aan zoals op de foto staat af
gebeeld. Er kwamen ten dien
ste van de klant luikjes, ont
staan door het gedeeltelijk
wegbreken van de scheids
muur metde koeienstal. En
ook nu had geen sterveling te
klagen over de privacy. Want
dat hij behalve een toegewijd
bankier ook een fervent lief
hebber van zangvogels is,
heeft Piet Rombouts nooit on
der stoelen of banken gesto
ken. En dus prijkten tussen de
kantoorinventaris altijd wel
enkele kooitjes van waaruit
een doorlopend achtergrond
concert elke poging tot mee
luisteren verijdelde.
De zaken breidden zich uit, en
ook Bergeyk schakelde op een
'toonbank' over, jarenlang
beeldbepalend voor iedere
bankhal. Maar wat gebeurde
er? Uit eigen beweging hield
iedereen eerbiedig afstand,
meer dan royaal zelfs. Pas
wanneer men zelf aan de
beurt was, werden enkele
stappen voorwaarts gedaan.