CA AR dringt aan op hervatting CAO-gesprek Extra beraad Op 28 augustus 1985 heeft opnieuw een onderhande lingsronde plaatgevonden om de werkgevers en de werknemersorganisatie nogmaals in de gelegenheid te stellen overeenstemming te bereiken over een CAO voor 1985. Dit overleg heeft niet tot de beoogde resultaten geleid. Thans heeft het bestuur van de Werkgeversvereniging voor het Bankbedrijf haar le den geadviseerd om het door de werkgevers gedane eindbod in de CAO-onder- handelingen te doen uitvoe ren en te laten gelden voor de periode 1 januari 1985 tot 1 januari 1986. Dit eindbod betreft het vol gende: - een jeugdplan voor de wer ving van 3000 jongeren tot 23 jaar. Het gaat in 1985 om 750 jongeren met een leerar- beidsovereenkomst en om 2250 jongeren met een deel tijdcontract. - verdere bevordering van deeltijdarbeid. - een arbeidsduurverkorting van 72 uur, in beginsel in blokken van vier uren maar met een ruimere mate van flexibiliteit. - tot 1 juli 1986 en onder be paalde voorwaarden een een malige gelegenheid tot vrijwil lig vervroegd uittreden voor medewerkers die voor 1 juli 1925 zijn geboren. Tevens een verlenging van de VUT- regeling voor medewerkers vanaf 62 jaar. - een aanbeveling aan ban ken om naar een zo groot mo gelijk mate van herbezetting te streven, waar nodig in ver band met de werkdruk en voor zover dit economisch verant woord is. - verbetering van de koop kracht middels een structure le salarisverhoging van 1,5% per 1 oktober 1985, een een malige uitkering ineens ter grootte van 1,5% van het jaarsalaris. Deze verbeterin gen werken tevens ten volle door in de uitkeringen voor gepensioneerden. - 100% uitbetaling van het ziekengeld en aanvulling van de WAO in het eerste jaar tot 100 van het laatst verdien de salaris. Omdat dit pakket nu geen on derdeel vormt van de CAO, werd daarover advies ge vraagd aan de CAAR, die daarvoor op 4 september een aparte bijeenkomst hield. Ten aanzien van de maatrege len ter bevordering van de koopkracht werd toegelicht dat de Stichting Pensioen fonds Rabobankorganisatie, in tegenstelling tot het advies van de Werkgeversvereni ging, een indexering toepast op de uitkeringen. Voor de verzekerden is deze indexe ring iets gunstiger dan toe passing van het advies van de Werkgeversvereniging. In de Rabobankorganisatie zijn nu al 300 leerarbeids- overeenkomsten afgesloten en zijn 1 500 jongeren aange steld. Hiermee komt de orga nisatie ruimschoots tegemoet aan het criterium dat in de CAO-onderhandelingen aan de orde is geweest. Het advies van de Werkge versvereniging is door enige handelsbanken reeds tot uit voering gebracht. Om discre pantie in het arbeidsvoor waardenbeleid in de bedrijfs tak te voorkomen, kunnen in het voorliggende pakket geen amendementen worden aan gebracht. De werknemersdelegatie sprak teleurstelling uit over het feit dat partijen er niet in zijn geslaagd om overeen stemming over een CAO te bereiken. Mede tegen de achtergrond van de maat schappelijke verantwoorde lijkheid van de bedrijfstak, zou het niet mogen voorkomen dat in het bankbedrijf geen overeenstemming over een CAO wordt bereikt. Voorts was de werknemers delegatie van oordeel aat, bij een positief advies van de CAAR ten aanzien van het voorliggende arbeidsvoor waardenpakket, de onderhan delingspositie van de vakor ganisaties bij toekomstige CAO-onderhandelingen zou kunnen worden verzwakt. Er werd er daarom voor ge pleit om de onderhandelingen over een CAO voor het Bank bedrijf 1985 voort te zetten. De werknemersdelegatie ver zocht Rabobank Nederland voorts een diepgaand onder zoek in te stellen naar de toe passingsmogelijkheden van arbeidsduurverkorting. Tegen de achtergrond van de ontstane situatie stond de werkgeversdelegatie op het standpunt dat aan de Raad van Beheer diende te worden geadviseerd om de aangeslo ten banken te adviseren het voorliggende arbeidsvoor waardenpakket onverkort in te voeren. Advies geformuleerd Na een diepgaande gedach- tenwisseling besloot de CAAR het volgende advies aan de Raad van Beheer uit te bren gen: a. De werknemersdelegatie is van opvatting dat tot nu toe onvoldoende de bereidheid aanwezig is geweest om fun damenteel zaken zoals ar beidsduurverkorting en her bezetting van arbeidsplaatsen uitte onderhandelen, is voorts van mening dat het eindbod van de werkgevers aan de werknemersorganisaties niet de mogelijkheid biedt om tot overeenstemming te komen en geeft als haar opvatting te kennen dat een indringend beroep op partijen wordt ge daan de onderhandelingen op de kortst mogelijke termijn te hervatten teneinde voor 1985 alsnog een CAO tot stand te brengen. De werknemersde legatie onthoudt zich derhalve van een advies. b. De werkgeversdelegatie is van oordeel dat het advies van de Werkgeversvereniging voor het Bankbedrijf door de Raad van Beheer aan de Rabobankorganisatie dient te worden geadviseerd. c. Onder deze omstandighe den en gezien de situatie waarin de onderhandelingen zich thans bevinden en er geen opening meer mogelijk schijnt te zijn voor 1 januari 1986 adviseert de CAAR de Raad van Beheer in ieder ge val een advies uit te brengen. Verder wordt er van werkne merszijde met klem op aange drongen de onderhandelin gen te heropenen hetgeen de werkgeversdelegatie kan bil lijken. Tenslotte werd desgevraagd toegelicht dat, indien de Raad van Beheer komt tot het be sluit het voorliggende ar beidsvoorwaardenpakket aan de aangesloten banken te ad viseren, dit advies zal treden in de plaats van het eerder uit gebrachte advies ten aanzien van de invulling van de ar beidsduurverkorting voor de tweede helft van het jaar 1985. Indien aangesloten banken evenwel reeds maat regelen voor de toekenning van de arbeidsduurverkorting voor het tweede halfjaar 1985 hebben getroffen, zou den deze maatregelen c.q. af spraken onverkort dienen te worden gehonoreerd. 4

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1985 | | pagina 4