Vissen vooijaarsmoe? Wijziging Ziektewet -- Hengelaars hebben één ding gemeen met volkstuinders: zodra zich ook maar het eerste vermoeden van de lente aan- kondigt, begint er iets te kriebelen in hun bloed. Langer stil blijven zitten kunnen ze niet meer opbrengen; ze moeten erop uit. Met ingang van 1 mei 1985 is de Ziektewet op belangrijke onderdelen gewijzigd. Vooruitlopend op nieuwe CAO-afspraken, zal ook na 1 mei 1985 - bij wijze van voor schot - 100 van het netto salaris worden doorbetaald. Toch moeten we de salarisaf rekening aanpassen als er ziektedagen zijn. Per 1 mei 1985 wordt de 'doorbetaling tijdens ziekte' namelijk pre mieplichtig loon voor de so ciale wetten. De inhoudingen op 'doorbetaling tijdens ziek te' zijn daardoor exact gelijk aan de inhoudingen bij 'wer ken'. Het tot nu toe gebruikte systeem, waarbij we vanuit een gelijkblijvend netto-sala ris terugrekenden naar een (lager) bruto-salaris kunnen we dan ook verlaten. De ziek tedagen blijven we wel op de salarisafrekening vermelden omdat hierdoor een goede controle op de ziek- en her stelmeldingen mogelijk blijft. Bij de verwerking van de ziek tedagen zullen we het bruto salaris evenredig verdelen in 'salaris' (op basis van gewerk te dagen) en 'doorbetaling tij dens ziekte' (op basis van de ziektedagen). Over beide be dragen moeten we vervolgens premies voor de sociale wet ten berekenen. Het kan voor komen, dat we bij de salaris afrekening over de maand mei 1985 nog ziektedagen op de 'oude' manier verwerken. Dit zijn dan nog ziektedagen van vóór 1 mei 1985 (i.v.m. de verwerkingsdatum van de sa larisberekening bestaat er steeds een achterstand bij de verrekening van de ziekte dagen). W. Hurkmans, Centrale Salaris- en Personeelsadministratie De uitrusting krijgt een eerste grondige inspectiebeurt, en men gaat enthousiast op pad. Terwijl overgebleven ijsschot- sen nog als drijfijs het scheep vaartverkeer bemoeilijken, stellen de meest fanatieke hengelaars alweer in wed strijdverband hun persoonlij ke conditie op de proef. Met sportvissers uit de Rabo- bankgelederen is het al niet anders gesteld. Ook hier al in het vroege voorjaar een niet te verklaren onrust, het duide lijkste teken dat het met de winterslaap maar eens afge lopen moet zijn. De fanatiekste liefhebbers ontmoetten elkaar dit jaar in april voor hun traditionele voorjaarswedstrijd nabij Zut- phen, waar het Twenthe- kanaal fungeerde als plaats van handeling voor de onder linge krachtmeting. Het be wuste viswater heeft in hen gelaarskringen een legendari sche naam. Normaliter zou den 'hele bulten' vis elkaar hier verdringen om verschalkt te worden. Vol verwachting bracht dus ook het Rabobank-legioen - een kleine honderd perso nen sterk - het tuig in gereed heid. Maar een merkwaardige speling van het lot heeft reeds herhaaldelijk gewild dat de vis het resoluut en massaal af laat steldheid was meer dan ge weldig. Dat er hier en daar nog een enkel visje gevangen werd was eigenlijk maar een bijkomstigheid. De heer Joep Vissers wist zich uiteindelijk de sterkste met een vangst van 5600 gram. Hij werd op weten zodra ook maar iets valt te bespeuren van de Rabo- bank-wedstrijdvissers Na wat er dit jaar gebeurde op die gedenkwaardige aprildag gelooft vast niemand meer iets van de in het vooruitzicht gestelde enorme vangsten. Toch restte de deelnemers aan de voorjaarswedstrijd een (schrale) troost: de weersge- de voet gevolgd door Ad Slie- ker en Cor van Lit. Zij wisten respectievelijk 5225 en 51 75 gram op de wal te brengen. Zelfs een in hengelaarskring toch gereputeerd en gevreesd man als Henk van Meijel kon ditmaal de visgeheimen van het Twenthekanaal in het ge heel niet doorgronden; verder dan 840 gram bracht hij het niet. Hoe bedroevend het aan de staart gesteld was, mag blijken uit vangsten van 50, 35 en 20 gram bij de hekke- sluiters in het klassement: H. Nijenhuis, L. van Dijk en P. Meijer. WA

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1985 | | pagina 11