CAAR-Jaarverslag Op 1 januari 1984 kreeg de medezeggen schap van werknemers in de Rabobank- organisatie gestalte door de instelling van de Centrale Adviesraad Arbeids- aangelegenheden Rabobankorganisatie (CAAR). Inspraak bij de vaststelling van het sociale beleid werd daarmee een feit. Hieraan was heel wat studie en discussie voorafgegaan. Het werd weliswaar wen selijk geacht aansluiting te zoeken bij de wettelijke kaders die er voor de instelling en het functioneren van ondernemings raden bestonden, maar de bijzondere structuur van onze organisatie rechtvaar digde toch ook de keuze voor een samen stelling en werkwijze die beter zou pas sen bij het coöperatieve karakter van de Rabobankorganisatie, waarin harmonie en locale autonomie centraal staan. Samenstelling CAAR per 1 januari 1984 Aantal vergaderingen Werkwijze 28 CAAR-JAARVERSLAG indien de regiocommissies, zeker in deze opbouwjaren, zich vooral zouden richten op ondersteuning van de CAAR. Wel vraagt dat van elk individueel personeelslid, dat het verslag van de CAAR in Raboband leest, de overtuiging dat hierin het werk van de negen regiocommisies in belangrijke mate doorklinkt. Ik sluit mij dan ook graag aan bij de lovende woorden die de voor zitter van de Raad van Beheer on langs in Raboband uitsprak over het vele werk dat door de regio commissies is verricht. Eenheid in pluriformiteit is door de jaren heen, en nu meer dan ooit, de kracht gebleken van onze organisatie. Waarom zou die for mule niet ook succesvol zijn voor de totstandkoming respectieve lijk handhaving van een goed so ciaal beleid? Peter Liebregts Aan het einde van het eerste zit tingsjaar kan worden geconsta teerd, dat de CAAR zich een plaats heeft weten te verwerven in de overlegcultuur, die typerend is voor coöperatieve samenwer king. Noch de leiding en het ma nagement van plaatselijke ban ken, noch de ondernemingsraden zijn beperkt in hun eigen verant woordelijkheden waar het gaat om de inrichting van het sociale beleid. Een belangrijk uitgangs punt voor de CAAR was, is en blijft het vertrouwen dat zowel de plaatselijke banken als Rabobank Nederland zich gebonden achten aan de adviezen die hij uitbrengt. Hoewel in het eerste jaar van de CAAR noodzakelijkerwijs veel aandacht is besteed aan de eigen werkwijze, kwamen ook vele on derwerpen aan bod die direct sa menhangen met de taak waar voor de CAAR is ingesteld: het gevraagd en ongevraagd uitbren gen van advies aan de Raad van Beheer over het sociale beleid van onze organisatie. Dit jaarver slag beoogt slechts een beperkte weergave te zijn van de veelheid aan zaken die de revue passeer den. Voorzitter O. W. A. van Verschuer Secretaris P. Liebregts Werknemersvertegenwoordigers: Naam Namens H. van Aken F. Bakema G. Douma J. Haverkamp W. Heppe P. van der Heijden A. den Hoed H.Jacobs M. Jongbloed-Brands V. Kerkhoff J. Kerstens M. Linssen K. de Mol H. van Reeven G. Riemersma I. Romkes F. de Ruiter J. Smit A. Smits E. Strating J. Vlaming-Ruiter K. Zuidema Re.' Arnhem Rc. Zwolle Rc. Groningen Rc. Bergen op Zoom Rc. Haarlem Rc. Arnhem Rc. Rotterdam Rc. Roermond OR Rabobank Nederland Rc. Haarlem Rc. Bergen op Zoom Rc. Roermond OR Rabobank Nederland Rc. Rotterdam Rc. Leeuwarden Rc. Leeuwarden Rc. Arnhem Rc. Rotterdam Rc. Eindhoven Rc. Zwolle Rc. Haarlem Rc. Groningen In de loop van het jaar heeft F. de Ruiter besloten zijn lidmaatschap op te zeggen. Hij werd opgevolgd door: H. Minten Rc. Arnhem Werkgeversvertegenwoordigers: Regiocommissie) De CAAR kwam zesmaal in ver gadering bijeen. Voor elke verga dering kwamen de werkgevers- en werknemersdelegatie's steeds afzonderlijk bijeen. Zoals te verwachten was is bin nen de CAAR over de te volgen werkwijze regelmatig van ge dachten gewisseld. Een greep uit de gemaakte afspraken: •plaatsvervangend voorzitter schap: - bij kortstondige afwezigheid van de voorzitter zal tijdens de eerste helft van de zittingsperio de een vertegenwoordiger van de werknemersdelegatie de voorzit tersrol vervullen; in de tweede P. Burghouts C. ten Donkelaar J. van Geloven P. van Maldegem B. van Zeijts helft van de zittingsperiode neemt een vertegenwoordiger van de werkgeversdelegatie die rol in zo'n geval over; - bij langdurige afwezigheid zal de plaatsvervangend voorzitter van de Raad van Beheer voorzit ter van de CAAR zijn. 'openbaarheid: - van CAAR-vergaderingen wordt een verkort verslag gepu bliceerd in het drie-wekelijkse personeelsblad Raboband. 'raadpleging deskundigen: - de CAAR mag zowel in- als ex terne deskundigen raadplegen - de heer J. Ruiter, hoofd direc toraat Arbeidszaken van Rabo bank Nederland, is als adviseur

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1985 | | pagina 28