Doelstelling 2: Arbeidsvoorwaarden en rechtspositie Arbeidsovereenkomsten kregen nieuw jasje Rust aan het arbeidsvoorwaardenfront Begin 1984 namen de plaatselijke ban ken nieuwe arbeidsovereenkomsten en aanstellingsbrieven voor nieuwe mede werkers in gebruik. Deze vernieuwing was noodzakelijk door de toetreding tot de CAO voor het Bankbedrijf die een aan tal bepalingen in arbeidsovereenkom sten en aanstellingsbrieven uitdrukkelijk voorschrijft. In 1984 zijn er op het gebied van arbeids voorwaarden weinig grote veranderin gen opgetreden. Gemeld kan worden dat een gewijzigde presentatie van de ar beidsvoorwaarden met succes is afge rond. De plaatselijke banken bestelden ongeveer 20000 exemplaren van de nieuwe arbeidsvoorwaardenboekjes voor hun medewerkers. 10 ARBEIDSVOORWAARDEN EN RECHTSPOSITIE Eén van de belangrijkste verplich te bepalingen is uiteraard dat de CAO voor het Bankbedrijf in de verhouding tussen werkgever en werknemer van toepassing is. Daarnaast moet natuurlijk schrif telijk vastgelegd zijn of het dienstverband tijdelijk of voor on bepaalde tijd is afgesloten, welke functie de nieuwe medewerker gaat vervullen, in welke functie groep men is ingedeeld en welk salaris men zal ontvangen. In de nieuwe modelarbeidsover eenkomsten staan steeds de al gemene bepalingen, die de basis voor de individuele arbeidsover eenkomsten vormen. De bijbe horende aanstellingsbrieven voor elke nieuwe medewerker in onze organisatie vermelden de aanvul lende bepalingen, die meer zijn toegespitst op de individuele si tuatie. Bij de herziening is tevens van de gelegenheid gebruik gemaakt twee nieuwe soorten arbeids overeenkomsten te introduceren, die trouwens in de praktijk al wer den toegepast: voor het werken op afroep en voor het werken vol gens het min/max-systeem. Deze werkvormen passen uitstekend in het noodzakelijke en ook door on ze organisatie steeds meer toe gepaste systeem van 'flexibel werken'. Dank zij afroepcontracten is het namelijk mogelijk tijdelijke piek- drukte op te vangen door extra personeel tijdelijk in dienst te ne men. Min/max-systemen regelen de mogelijkheid medewerkers zo nodig wat langer te laten werken dan het overeengekomen mini mum aantal uren, tot aan een van te voren overeengekomen maxi mum. De vakorganisaties zijn over deze werkvormen minder goed te spreken: zij vrezen dat de rechtspositie van de betrokken medewerkers gevaar loopt. Het belangrijkste kenmerk van de gewijzigde opzet is, dat de CAO als uitgangspunt is gekozen en daarmee de belangrijkste infor matiebron werd. De situatie waarin de CAO en het eigen ar beidsvoorwaardenpakket van de Rabobankorganisatie gedeelte lijk overlappend naast elkaar be stonden behoort daarmee tot het verleden. Verder is er in de loop van het jaar een apart boekwerkje uitgebracht waarin de arbeids voorwaarden voor directeuren van plaatselijke banken zijn gere geld. Evenals in 1983 heeft de belas tingdienst ons genoodzaakt een regeling te wijzigen. In april 1 984 heeft de fiscus bepaald dat het belastingvrije deel van de vergoe dingsbedragen uit de verhuiskos tenregeling verlaagd moest wor den. Bovendien bleek in het na jaar dat er regeringsmaatregelen op stapel stonden die eveneens een relatie hadden met deze voor de mobiliteit van de medewerkers zo belangrijke regeling. Al met al voldoende aanleiding om de ver huiskostenregeling te wijzigen. De nieuwe regeling zal in 1 985 na het definitief worden van de over heidsmaatregelen worden inge voerd.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1985 | | pagina 10