Duur en einde van het lidmaatschap fende regio voorkomende werknemers die op de verkiezings datum verkiesbaar en kiesgerechtigd zijn. 2. De CAAR schrijft de in artikel 9 bedoelde kiesgerechtigden aan. In dit schrijven wordt medegedeeld op welke wijze kandi daatstelling kan plaatshebben. 3. Tot uiterlijk drie weken voor de verkiezingsdatum kunnen de in het vorige lid bedoelde kandidaatstellingen bij de secretaris van de CAAR schriftelijk worden ingediend. 4. Bij elke kandidaatstelling wordt van de kandidaat een schrif telijke verklaring overgelegd dat hij de kandidatuur aanvaardt. Artikel 13 1De CAAR onderzoekt of de kandidaten voldoen aan de vereisten van dit reglement. 2. De CAAR verklaart een kandidaatstelling, die niet aan de in het vorige lid bedoelde vereisten voldoet, ongeldig en deelt dit onverwijld mede aan de kandidaat. 3. De CAAR stelt per kiesgroep een lijst van werknemers op, die voor de desbetreffende kiesgroep kandidaat zijn gesteld. Artikel 14 Indien er in een kiesgroep niet meer kandidaten zijn gesteld dan er voor die kiesgroep plaatsen te vervullen zijn in de regio commissie, vinden er in die kiesgroep geen verkiezingen plaats en worden de gestelde kandidaten geacht te zijn geko zen. Artikel 15 1. Indien er in een kiesgroep meer kandidaten zijn gesteld dan er voor die kiesgroep plaatsen te vervullen zijn in de regio commissie, vinden er in die kiesgroep verkiezingen plaats. De CAAR maakt de kandidatenlijst aan de kiesgerechtigden van de desbetreffende kiesgroep bekend en zendt de kiesgerechtigden te zamen met de kandidatenlijst een gewaarmerkt stembiljet. Op dit stembiljet staan per kiesgroep de te kiezen kandidaten vermeld. 2. De verkiezing vindt plaats bij schriftelijke stemming. 3. De stembiljetten dienen uiterlijk op een door de CAAR aan te geven datum op een door de CAAR aan te geven adres te zijn ontvangen. Artikel 16 In de kiesgroep brengt iedere kiesgerechtigde ten hoogste drie stemmen uit. Op iedere kandidaat kan slechts één stem worden uitgebracht. Artikel 17 1Na het einde van de stemming stelt de CAAR het aantal geldige stemmen vast dat op elke kandidaat is uitgebracht. 2. Ongeldig zijn de stembiljetten: a. die niet door of namens de CAAR zijn uitgereikt; b. waaruit niet duidelijk de keuze van de stemgerechtigde blijkt; c. waarop meer stemmen zijn uitgebracht dan volgens artikel 16 is toegestaan. Artikel 18 1. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 zijn geko zen de kandidaten, die achtereenvolgens het hoogste aantal stemmen hebben behaald. Indien nodig beslist bij een gelijk aantal stemmen het lot. 2. De uitslag van de verkiezing van de leden van de regiocom missies wordt door de CAAR vastgesteld. Artikel 19 De gebruikte stembiljetten worden door de secretaris van de CAAR in een of meer gesloten enveloppen ten minste drie maanden bewaard. Artikel 20 1Binnen twee weken nadat de uitslag van de verkiezing van de leden van de regiocommissie is vastgesteld, komt iedere regiocommissie bijeen. 2. Tijdens de, in het eerste lid van dit artikel bedoelde, bijeen komst van de respectieve regiocommissies, worden de werkne mersvertegenwoordigers van de CAAR gekozen. Drie werkne mersvertegenwoordigers worden gekozen door en uit de regio commissie van respectievelijk de regio's Arnhem, Haarlem en Rotterdam, met dien verstande dat twee werknemersverte genwoordigers worden gekozen uit de leden van de regiocom missie, die door en uit de kiesgroep 'Ondernemingsraadhou- dende aangesloten banken' zijn gekozen, en een werknemers vertegenwoordiger wordt gekozen uit de leden van de regio commissie, die door en uit de kiesgroep 'Niet-ondernemings- raadhoudende aangesloten banken' zijn gekozen. Twee werk nemersvertegenwoordigers worden gekozen door en uit de re giocommissies van de overige regio's, met dien verstande dat een werknemersvertegenwoordiger wordt gekozen uit de leden van de regiocommissie, die door en uit de kiesgroep 'On- dernemingsraadhoudende aangesloten banken' zijn gekozen, en een werknemersvertegenwoordiger wordt gekozen uit de leden van de regiocommissie, die door en uit de kiesgroep 'Niet-ondernemingsraadhoudende aangesloten banken' zijn gekozen. Binnen de termijn als bedoeld in het vorige lid van dit artikel, worden twee werknemersvertegenwoordigers gekozen door en uit de ondernemingsraad van Rabobank Nederland. Artikel 21 Zowel de uitslag van de verkiezing van de leden van de regiocommissie als van de werknemersvertegenwoordigers van de CAAR wordt op een door de CAAR. te bepalen wijze binnen de Rabobankorganisatie bekend gemaakt. Artikel 22 De leden van de CAAR en de regiocommissies treden om de drie jaren tegelijk af. Artikel 23 De aftredende en/of herkozen leden van de CAAR en de regiocommissies zijn terstond herbenoembaar. Voorziening in tussentijdse vacature Artikel 24 1In geval van een tussentijdse vacature van een werkgevers vertegenwoordiger in de CAAR zal de benoeming van de op volger van de werkgeversvertegenwoordiger geschieden vol- 3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1985 | | pagina 13