Part-time open
Veel voorzieningen
verdwenen
In de versukkeling
9
Het waait hard, prima om te
surfen, maar waarschijnlijk te
koud voor de waterrecrean
ten. Als er hier massaal ge-
surfd moet worden, zijn er
heel wat aanpassingen nodig.
Dat gaat ten koste van natuur
schoon en de rustieke sfeer
die er nu heerst.
In 1911 werd een Raifeissen-
bank opgericht in Oosterzee,
toen nog een redelijk welva
rend dorpje. De bank sloot
zich aan bij de centrale bank in
Utrecht. Hier begint dus de
geschiedenis van de Rabo
bank Lemsterland.
Lemmer ontwikkelde zich
voorspoediger dan Oosterzee
en kreeg later het hoofdkan
toor. Er werd over gedacht de
vestiging Oosterzee te sluiten.
Toch vond het bestuur eigen
lijk dat er in het dorp ook een
zitting moest zijn. Daar was
voor Lemsterland immers al
les begonnen. Voorzitter van
het bestuur, de heer Zijlstra,
vertelt over de moeilijke be
slissing: 'We hebben toch be
sloten om de vestiging daar te
houden, maar dan wel een die
part-time open is, net zoals de
vestiging in Echtenerbrug. Er
is een nieuw gebouw ge
opend, dat is in augustus ge
beurd. Twee personeelsleden
openen 's ochtends de bank in
Echtenerbrug, sluiten die om
half een en gaan dan naar
Oosterzee, om daar tot het
einde van de dag verder te
gaan. Zo hebben we de perso
neelskosten laag gehouden.'
Directeur Luehof vult aan:
'We hebben met een beperkt
budget gewerkt. In totaal
heeft het nieuwe gebouw
300 000 gulden gekost, dat is
uniek laag. Toch is het goed
uitgerust. Het is zo gecon
strueerd dat er eventueel met
een paar ingrepen een bunga
low van kan worden gemaakt.
Mocht het in Oosterzee niet
lukken, dan kunnen we de
vestiging altijd nog verkopen
als woning.'
De bevolking van Oosterzee
stond zeer positief tegenover
de opening. Er zijn de afgelo
pen jaren al veel voorzienin
gen verdwenen. In het dorp is
nog wel een bakker en een
kleine buurt-supermarkt.
Dirk van der Pal is jaren be
heerder geweest bij de Rabo
bank Lemsterland en is in
Oosterzee geboren. Hij heeft
altijd met zijn neus bovenop
de ontwikkelingen in het dorp
gestaan. 'Er waren tot zo'n
twintig jaar geleden een stuk
of zes bakkers, veel kruide
niers en een aantal timmerbe
drijven. Die zaken zijn nu weg.
Niet door geldproblemen,
maar door ouderdom van de
eigenaren. Ze werkten alle
maal in de buurt. Boeren lieten
bijvoorbeeld timmerlui komen
om de hekken rond hun land
te repareren. Daar hoef je nu
niet mee aan te komen. De
boeren doen het zelf wel, om
dat het anders te duur wordt.
In die tijd werden alle bood
schappen ook nog gebracht,
op bakfietsen. De bakkersjon
gens fietsen kilometers, om
een extra krentebolletje te
verkopen. Voor de boeren was
dat natuurlijk ideaal. Maar die
bedrijven zijn nu veelal gesa
neerd. De overheid heeft in de
jaren zestig en zeventig bij
voorbeeld veel bakkers uitge
kocht. In de regeling staat dat
in een pand, waar eens een
bakker heeft gezeten, na een
sanering geen bakker meer
mag komen.
De jeugd had geen zin om de
ouders op te volgen. Voor de
jongeren is hier verder ook
weinig te zoeken. De bevol
king vergrijst sterk, er is wei
nig werkgelegenheid. Er staan
hier twee fabrieken en een
limnologisch instituut (zoet-
wateronderzoek). Dat lijkt
nogal wat, maar op het insti
tuut werken een tiental we
tenschappers en het wordt
binnenkort misschien opge
heven. De fabrieken blinken
uit in automatisering, dus dat
komt de werkgelegenheid
weinig ten goede.
De buurtsuper is duurder dan
een supermarkt in bijvoor
beeld Lemmer. Toch doen we
hier veel boodschappen. Voor
een flesje koffiemelk, dat hier
een gulden duurder is, ga je
toch niet helemaal naar Lem-
Gelegenheid tot uitgaan is er
voor de jeugd ook bijna niet. Er
zijn een paar cafe's, vooral in
Lemmer en Echtenerbrug,
maar die zijn meestal inge
steld op toeristen. En het is
moeilijk om naar een andere
plaats te gaan door de afstand
en het slechte openbaar ver
voer.
Bantega, ook een dorp in
Lemsterland, is nog meer in
de versukkeling geraakt. Vrij
wel geen winkels en ook geen
Rabobank. Alleen een SRV-
wagen die langs komt. Een
dorp dus dat kan worden ge
rekend tot de drie procent met
een rijdende/part-time be
schikbare winkel. Er wonen
600 mensen. Het dorp wordt
gevormd door verspreid lig
gende boerderijen. Vroeger
was er een grote kruidenier,
die hier de boodschappen
f\\ VA
mer. Veel bejaarden gaan
naar deze winkel, omdat het
er gezelliger is. En natuurlijk
dichterbij.'
Volgens Van der Pal wil de
jeugd hier wel blijven wonen.
Maar er zijn weinig scholen.
Voor een HAVO- of VWO-op-
leiding moet men naar Hee
renveen of Emmeloord. Dat is
een eind fietsen.
In de winter gaan de leerlin
gen vaak met de bus, die één
keer per uur gaat. 's Avonds
na een uur of negen rijdt er he
lemaal geen bus meer. Verder
is er geen openbaar vervoer.
bracht. Vergeleken daarmee
is Oosterzee er nog niet zo
slecht aan toe. Of het een zelf
de lot is beschoren zal veel te
maken hebben met wat er met
het Tjeukemeer gebeurt. Blijft
dat zoals het nu is, dan wordt
het moeilijk. Als er binnen niet
al te lange tijd betere moge
lijkheden komen om te surfen
op het meer, kan Oosterzee
zich wellicht net zo ontwikke
len als Echtenerbrug. En mis
schien wordt het dorp ook ge
red door de toeristen.
Pieterjan van der Werf,
Stagiair Public Relations
Rabobank Nederland