Gevolgen voor
werkgelegenheid onderzocht:
Roostervrije dagen
hebben effect
Invulpuzzel
Problemen
k
a
k
a
n
m
a
a
P
a
t
a
k
k
e
P
d
a
k
P
g
k
a
n
n
r
k
15
Al schreef één aangesloten
bank letterlijk in de kantlijn
'Roostervrije dagen zijn on
dingen!', toch blijkt deze
hartekreet niet representa
tief voor de mening in onze
organisatie omtrent rooster
vrije dagen die onlangs uit
een enquête naar voren
kwam. Deze enquête was
opgesteld omdat de Centra
le Adviesraad Arbeidsaan-
gelegenheden Rabobankor-
ganisatie (CAAR) eind mei
had gevraagd naar de effec
ten van de 6 roostervrije da
gen dit jaar per bankmede
werker. Was de werkgele
genheid door deze bepaling
uit de CAO gestegen? Of had
deze werkgelegenheidsbe-
vorderende afspraak géén
effect? De eerste resultaten
van de inventarisatie wilden
wij u alvast geven.
Zo'n 75% van de verzonden
enquêteformulieren kwam te
rug bij de eenheid Beleidsont
wikkeling van het Directoraat
Arbeidszaken, die het CAAR-
verzoek uitwerkte. Het meren
deel daarvan kwam van de
100 aangesloten banken die
ervoor benaderd waren. Ge
middeld steeg bij hen het aan
tal personeelsleden tussen 1
juli 1983 en 1 juli 1984 van
28,1 tot 28,5 medewerkers.
Aangezien het grootste deel
van de formulieren tegelijker
tijd aangaf dat de hoeveelheid
werk in die periode ongeveer
gelijk was gebleven, lijkt de di
recte invloed van de 6 rooster
vrije dagen in de vorm van
personeelsgroei op het eerste
gezicht niet spectaculair. De
antwoorden op een andere
vraag en enkele opmerkingen
in de kantlijn verklaren hoe (de
afwezigheid van medewer
kers door) de roostervrije tijd
werd opgevangen. Meer dan
de helft van de ondervraagde
aangesloten banken liet de
roostervrije uren namelijk in
de stille periodes vallen. An
dere lieten deeltijdmedewer
kers meer uren maken of na
men, eventueel in deeltijd,
nieuwe medewerkers aan.
Verder schakelde men (extra)
uitzendkrachten of afroep-
krachten in. De nog niet geto
taliseerde centrale bank-for-
mulieren vermeldden nog an
dere oplossingen: (meer)
werk uitbesteden of, waar
mogelijk, minder werk ver
richten.
Bij de meeste aangesloten
banken bleek het toekennen
van 6 roostervrije dagen per
medewerker al met al weinig
organisatorische problemen
op te leveren. Dat lag bij voor
al kleinere aangesloten ban
ken anders: zij gaven aan pro
blemen te ondervinden en
zelfs klachten te krijgen door
de afwezigheid van medewer
kers in verband met rooster
vrije uren. De in de inleiding
vermelde uitspraak was dan
ook duidelijk van zo'n kleinere
bank afkomstig. De suggestie
dan maar liever andere vor
men van werktijdverkorting in
de CAO op te nemen kwam op
enkele formulieren voor.
Andere invullers suggereer
den dat pas problemen zullen
ontstaan wanneer toekomsti
ge CAO-afspraken wéér roos
tervrije dagen met zich mee
brengen. Door de roostervrije
uren namen veel medewer
kers namelijk minder vakan
tie- en snipperdagen op, die
dus voor volgend jaar blijven
staan. De recent ingevoerde
roostervrije dagen hebben
2
3
4
5
6
0
i
7
e
9
10
11
12
13
14
15
16
17
0
ia
19
20
21
22
23
24
Deze puzzel is al voor een deel ingevuld. Het is de bedoeling, dat
u ook de rest invult, met gebruikmaking van de volgende letter
grepen:
ak - dar - der - dern - gek - gen - juit - ka - kam - kam - keg -
ken - ken - ker - ker - ker - kik - kip - kle - kom - kom - kop -
leg - lok - mak - man - mat - men - men - mo - nel - nen -
noe - nop - nor - pas - pel - pel - pel - pen - pin - rek - ren -
sta - tun - va.
Oplossing van de puzzel uit Raboband 11 is: regenboog.
Winnaars van deze puzzel: R. de Groot (Rabobank Soest), C. W.
van Ringelenstein (Waddinxveen), J. Beekman (Meddo), M. van
Dijk (Rabobank Marrum), L. Gommans (Rabobank Helden), J.
Hulscher (Rabobank 's-Hertogenbosch)
Oplossing uiterlijk 12 oktober insturen aan de redactie. Onder
de goede inzendingen worden drie boekenbonnen verloot.
daardoor nog een uitgesteld
effect.
Dit laatste werpt een wat an
der licht op de via het onder
zoek geconstateerde, onmid
dellijke herbezetting van circa
25 die landelijk gemiddeld
ook bereikt werd. Op termijn
zal de herbezetting naar ver
wachting zelfs nog hoger zijn.
D. Vijver,
Personeelsvoorlichting