Biljartcrack Ad Verlouw:
'Mentale kracht en Gevoel'
Letten op
de kleinigheden
8
'Als ik straks 70 ben, hoop ik
nou ook nog net zoveel ple
zier aan mijn sport te bele
ven'. De uitspraak tekent Ad
Verlouw ten voeten uit. In het
zaaltje waar we vandaan ko
men, werd biljart gespeeld.
Niet aan één, maar aan drie ta
fels tegelijk. Vanaf de zijkant
volgde een handjevol mannen
op leeftijd alle verrichtingen
binnen de gelige lichtcirkels
nauwlettend. Iemand veror
berde met smaak een van huis
meegebracht appeltje. 'Dat
was nou Martien, zo'n beetje
mijn eerste leermeester'.
Zonder resultaat zijn de les
sen van 20 jaar terug niet ge
bleven: begin vorige maand
nam de 34-jarige beheerder
van het Rabobankkantoor
Ammerzoden voor de derde
keer in successie deel aan de
nationale biljartkampioen
schappen voor driebanders.
In het selecte gezelschap van
acht finalisten reikte hijzelf
deze keer niet verder dan een
wat onfortuinlijke zevende
plaats. De titel ging naar Rini
van Bracht uit Waalwijk, ove
rigens een speler die samen
met Hans v. d. Wurf, Jacques
v. d. Pijl enAd Verlouw in
teamverband competitiewed
strijden speelt. Veertig teams
bestrijden elkaar hier de
landstitel, waarna de winnen
de ploeg zich mag storten in
het Europacup-avontuur.
Verlouw herinnert zich de
daaruit voortvloeiende trips
naar Kopenhagen en Barcelo-
na nog met genoegen. Daar
naast zijn er dan de profijtelij
ke demonstratiepartijen als
rechtvaardiging voor 'een
hobby waar ik erg veel plezier
en tijd in kan stoppen terwijl
ze me niks kost. Dat ik me er
op zo'n manier in uit kan
leven, klinkt toch even anders
dan wanneer je weekenden
lang van huis bent en je bo
vendien telkens moet vragen
of moeder de vrouw je maar
weer een zakcent mee wil ge
ven'.
Vijftien jaar prijkt de naam
Verlouw nu al tussen die van
de zestien sterksten: de Ne
derlandse ereklasse. De plaats
in het eindtoernooi werd dit
jaar evenals het jaar daarvoor
puur verdiend op grond van
prestaties tijdens voorgaande
kampioenschappen: achter
eenvolgens een derde en een
tweede plaats. Het bespaarde
hem een afmattende voorron
de, ofschoon de voorbereidin
gen er toch niet om logen.
'Sommige spelers prikken de
foto van een tegenstander bo
ven hun bed. Zover ga ik niet.
Maar toch, vanaf het moment
datje weet wie er in de eerste
ronde tegenover je staat, be
gin je er een soort vijand van
te maken. Dat geldt voor alle
medestrevers. Zo blijf je met
zo'n kampioenschap bezig'.
In huize Verlouw staat de ho
metrainer opgesteld vlakbij
een levensgrote spiegel. Er
wordt ook druk geoefend met
gewichten, en een verzorger
van ijshockeyspelers komt
met wijze raadgevingen voor
het warm maken van de spie
ren. Geen greintje vettigheid
ook op voedselgebied. Het is
in de weken die voorafgaan
aan een kampioenschap volle
dig taboe, al eet en rookt Ver
louw normaal gesproken toch
'vrij aardig' terwijl hij tevens
'een hele goeie borrel lust'.
Flauwekul of niet? Verlouw:
'Wie zal het zeggen? Waarom
zweren wielrenners bij een
bepaald soort kleding? Ook de
kleinste kleinigheden zijn es
sentieel. In 1983 eindigde ik na
4 dagen biljarten bij de Neder
landse kampioenschappen als
tweede met een punt achter
stand op de winnaar'.
Het verhaal van de kostbare
biljartkeu voor eigen gebruik
mag illustratief heten. Daar
heeft hij bij een Belgische re
latie wel mooi onmiddellijk
vier nieuwe topjes voor laten
maken. 'Voel maar. De ge
bruikte houtsoort is prettiger,
veel gladder', aldus de verkla
ring.
Alsof het zo moest zijn, veran
derde kort voor het kam
pioenschap de bank in de
Bommelerwaard haar ope
ningsuren. 'Nu is er een lange
middagpauze en gaan we
's avonds later door. Je hebt
genoeg klanten die uitslui
tend dan naar de bank kun
nen. Och, als ik het zoek, kom
ik altijd wel aan mijn trai
ningsuren. Maar nu ga ik in
die middagpauze op mijn ge
mak wat biljarten. Een kwes
tie van wennen, dat wel. Je
moet zien schik te houden in
het werk. Ik merk, je leeft wat
rustiger. Mij komt het goed
uit zo'.
Als jongen van 14 raakte Ad
Verlouw bij toeval in de ban
van de biljartsport. 'In het café
tegenover mijn ouderlijk
huis', herinnert hij zich, 'ging
vader zondagmorgen altijd
trouw kaarten. Ga hem eens
roepen, gebood mijn moeder
zo rond etenstijd. En dan zag
je daar als jongetje die ballen
rollen over het biljart. Waarna
op een goede dag de histori
sche woorden 'ik word biljar
ter' volgden. Biljarten was
toen nog regelrecht caféwerk.